De rode Messias
Vandaag start een nieuwe rubriek. Uw toegenegen dienaar, Marcel ’t Kint becommentarieert voortaan regelmatig het commentariaat.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementIk stond daar te turen aan de waterkant en lurkte aan mijn pijp. Het riet boog zich in de koude wind. Eén stengel knakte zelfs. ‘Ja, de Steve’, mopperde ik bij mezelf.
Vlaanderen is toch nóg altijd een katholiek land. Mijn bejaarde buurvrouw die een paar weken geleden overleed zou content geweest zijn. Er was geen kat op haar begrafenis. Alleen ik en haar getatoeëerde zoon. De pastoor hield een mis volgens het boekje, hoedje af dat die man daar toch nog zoveel moeite insteekt. Hij nam zelfs de tijd om de politie te bedanken om het mogelijk te maken dat Ronny, de getatoeëerde zoon, toch even zijn enkelband mocht afleggen om naar de begrafenis te komen. Maar Ronny, ooit lid van een motorbende en de LDD, was er intussen al van onderen gemuisd. Net na de offergang, zoals dat in het katholieke Vlaanderen hoort.
Nu hebben we onze eigen messias. Ooit werd hij met verwondering onthaald door de media en de menigte, nadat hij al wonderdoenend het land rondtrok. Ja, de Steve was een bijzondere. Zijn politieke recepten veranderden water in wijn en lieten blinden weer zien. ‘Ge zijt een socialist, maar ge beseft het nog niet!’
Je kon engelenkoren horen zingen toen hij de woorden uitsprak, net zoals in de Bijbelfilms uit mijn jeugd met tal van blauwogige joden. Maar de Steve, dat was echt gene gewone, zelfs nog voor het tijdperk Koen Geens! Als de Steve kwaad was, dan ranselde hij de ongelovigen zijn tempel uit. Hij brak ook huizen af, maar in tegenstelling tot zoals bij die van Nazareth, lagen die na drie dagen nog altijd even plat. Steve had goede weken en ook slechte weken. Palmzondag was van korte duur. Zijn populariteit ging zo snel bergaf dat ze zelf bij de Humo tegen hem waren. De media folterde en bespuwde hem en toch hield hij vol: ‘Maar ik ben een gewone jongen die alleen maar Ethias, Infrax, een beursgenoteerd bedrijf en de GaultMillau voorzit!’ Toen ze hem maar bleven martelen probeerde hij nog even door ‘Fidel! Fidel!’ te roepen, maar het hielp hem niets. Net als dé Messias had hij het voor gevallen vrouwen. Op welke manier die voor hem vielen, moet het gerecht nog uitmaken. Maar de massa schreeuwt toch al: ‘Stenig hem!’ Met de vuisten in de lucht. Steve had dat graag, vuisten in de lucht. Een hoge schriftgeleerde van de VUB wil naar ’t schijnt vooral die vrouw stenigen. Bijbelvast, die VUB’ers.
Plots was de Steve weg. Alleen zijn jas, fiets en de kringen in het water liet hij na. Vlaanderen had zijn rode Heiland zodanig gefolterd dat hij de lasten ervan niet meer kon dragen. Yves ‘Simon Petrus’ Desmet had berouw voor wat zijn persvolk ‘Hem’ had aangedaan. De haan had nochtans meermaals gekraaid. De grond daverde op het negende uur in de Reyers- en Medialaan. De zonsverduistering was een paar weken te vroeg. Steve sloeg zijn ogen op en riep zijn perslui toe: ‘Mijn God! Mijn God! Waarom hebt Gij mij verlaten!’
Of hij op de derde dag zal verrijzen, dat weet ik niet. Mijnheer pastoor denkt alvast van niet. Hij kwam gisteren even bij me langs om me over de begrafenis van mijn buurvrouw te spreken. ‘Bedankt dat ge gekomen waart.’ Hij doet me zo een beetje aan Danneels denken zo. ‘ Dat is graag gedaan, mijnheer pastoor. Maar ge zult wel al gewend zijn dat er nogal echo is in uw kerk’. Hij vond mijn grapje niet meteen geslaagd. Ik vroeg hem of hij nog iets van de Ronny had gehoord. ‘Ja’, zuchtte hij, ‘De politie pakte hem donderdag op toen hij een fiets aan het stelen was op een jaagpad naast het Albertkanaal.’ Wie had dat gedacht?
We sloegen onze Rodenbach achterover.
Uw toegenegen Minister van Straat.
Marcel 't Kint observeert het dorpsleven en de wereld om hem heen. Hij beoefende twaalf stielen en beging evenveel ongelukken.
De familie van Marcel komt samen in Salons Het Conclaaf voor een barbecue. Vrij snel blijkt de politiek een ‘hot issue’.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.