De terugkeer van Couteaux
Foto van een willekeurig parochiehuis ter illustratie. Om veiligheidsredenen kunnen we het echte parochiehuis van Marcel niet tonen.
Michael Couteaux keert terug naar de politiek. Marcel herinnert Rooie Marc aan een dure weddenschap, tot jolijt van iedereen in het Parochiehuis.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementVanuit zijn dorp, meestal vanuit het Parochiehuis, observeert Marcel ’t Kint, ‘Minister van Straat’, zijn omgeving met alle kleine en grote wereldproblemen.
Op een zondagmorgen stond ik in mijn bureau te rommelen als een graaiende verkozene des volks. Mijn zenuwachtig geritsel met papieren wekte de aandacht van mijn lieve vrouw. ‘Wat zijt ge daar nu weer in hemelsnaam aan het doen, ‘Cel?’ Ze staarde me aan met een vaatdoek en aardappelmesje in de handen. ‘Ik ben op zoek naar onze papieren van de ziekenbond’, antwoordde ik geagiteerd. ‘Van de ziekenbond? Waarom?’ Terwijl ik verder ritselde, gaf ik verduidelijking: ‘Ik wil controleren of er in de kleine letterkes niets over ongewenste euthanasie staat.’ ‘Euthanasie?!’, schrok ze.
‘Ja! Volgens de CM moet dat kunnen bij mensen die oud en levensmoe zijn en omdat ge me altijd verwijt dat ik te veel loop te zuchten, ben ik bang dat hier op een dag van die witte jassen voor de deur zullen staan, omdat gij een briefke van de CM voor mij hebt ingevuld.’ Ze wierp haar ogen ten hemel zoals Ons Heer aan het kruis en sprak woorden uit die Hij nooit aan het kruis zou hebben gezegd. Het eindigde alleszins met ‘-domse onnozelaar’, in plaats van nogal CM-gewijs ‘Het is volbracht’. ‘Mannen zijn een bende halvegaren!’, verweet ze me. Ik werd heel grof: ‘Jij leest te veel De Standaard!’ Ze verdween met vaatdoek en patattenmes en ik voelde me weer veilig. Inmiddels vond ik wat ik zocht.
‘Het’ schandaal
Triomfantelijk wandelde ik tegen het elfde uur in de ochtend het Parochiehuis binnen. Magda tapte net een pintje uit voor een blinkende Rooie Marc die aan de toog zat. Dikke Eli trok net de deur van het toilet achter zich dicht, trok zijn broek op en ik zag enkele natte plekken die een man met prostaatleeftijd kenmerken. Achter zijn hoofd stond er in zwarte letters geschreven op een wit bordje: ‘Koer’. Ik wenste innig dat de tijd voor eeuwig de zondag in Braambeke zou bewaren, maar dat is ijdel en ik besefte het meteen.
‘Ha, ‘Cel! Hebben ze je gelost!’, sprak Rooie Marc zoals altijd veel te luid. De mannen boven de biljarttafel lachten en Eli schudde met zijn buik, waardoor het uiteinde van zijn broeksriem zwabberde. Ik nam plaats aan mijn vaste tafeltje aan het raam en Magda bracht me zonder ik iets hoefde te zeggen mijn Rodenbach. ‘Zeg, ‘Cel! Zoudt ge niet beter aan de zee gaan wonen?!’ Fons de Gendarm hoopte evenveel lachers op de hand te krijgen als Marc. Maar zijn zee-mopje had hij al net iets te vaak gebracht. Rodenbach drink je aan zee terwijl je garnalen eet, zo wil het cliché. Soms kiest Fons voor de grenadineopmerking wanneer ik mijn Rodenbach krijg, maar dat is alweer een poosje geleden.
‘Zeg, Marc!’, balkte ik in een poging even luid te zijn als de man zelf. Het deed me even hoesten. ‘Ik heb hier een papierken bij.’ ‘Hebt ge de Lotto gewonnen, ‘Cel?!’, grapte Eli. Hij had de lachers op de hand, tot enige jaloezie van Fons de Gendarm. ‘Nee, Eli’ken. Iets veel beter dan de Lotto!’ Ik had de nieuwsgierigheid opgewekt van iedereen in het café. Alleen Guy De Pré van Radio 2 babbelde nog door op de achtergrond. Ik zei uitdagend: ‘Weet ge nog, Marc? Toen Maaikel Couteaux op den eetavond van de Heemkundige Kring aankondigde dat hij niet meer zou opkomen voor de verkiezingen na “het” schandaal?’
Om een lang verhaal kort te maken: een maand geleden stond Couteaux van de socialisten tijdens het spaghettifestijn van de KLJ dronken op een tafel te dansen. Dat was op zich niet het ergste. Dat hij daarbij zijn broek aftrok, zorgde voor heel wat ophef. De immer zedige juffrouw Marianne zat aan die tafel en is sindsdien niet meer in het publiek gezien. Er wordt verteld dat ze op retraite is bij de benedictinessen van Gistel. Heel het dorp sprak er schande over en er verschenen zelfs artikels in de lokale kranten en enkele KLJ’ers hadden beelden gedeeld via sociale media. Maaikel Couteaux besliste dat zijn politieke carrière voorbij was en op aanraden van zijn moeder trad hij terug als lijsttrekker voor de gemeenteraadsverkiezingen. Tot enige dagen terug… Vlak voor het weekend kondigde hij via zijn sociale media zijn terugkeer aan. Niet langer zijn moeder, maar hijzelf zou de socialistische lijst trekken.
Een etentje
‘Tijdens diezelfde spaghettiavond sloten wij een weddenschap af.’ Marc toonde waarom hij zijn bijnaam verdiende. ‘Als Maaikel Couteaux binnen twee maanden terug lijsttrekker zou worden van de socialisten, dan gingde gij mij trakteren op een steak béarnaise in Le Toisson d’ Or op het kerkplein van Hinderwaart… Weet ge nog, Marc?’ Ik stak het briefje in de lucht waarop de weddenschap geschreven stond. Er werd gelachen. Op de radio klonk ‘Take the Money and Run’ van de Steve Miller Band. ‘Allé, ‘Cel’, stotterde Marc, ‘Dat is ik weet niet hoe duur, jong! En ik had gedronken!’ ‘Maaikel Couteaux ook!’, wierp Magda ad rem vanachter de toog terug. Fons den Gendarm klopte troostend op Marc zijn schouder terwijl hij in de andere hand nog zijn keu vasthield: ‘Belofte maakt diepe schuld, hé Marc.’ Het uiteinde van de broeksriem van Dikke Eli wapperde als een windvaan op de tarmac van Zaventem.
’s Avonds genoot ik nog na in de zetel. ‘Gaat ge die mens echt een hele menu laten betalen in Le Toisson d’Or, ‘Cel?’, vroeg mijn lieve vrouw. Ik legde mijn benen op de poef. ‘Nee, we hebben volgende week vrijdag afgesproken bij de frietchinees op ’t dorp. De Rooie Marc heeft daar een abonnement. Hij heeft goeie connecties met die Chinezen’, suste ik. Zijn smikkel die morgen in ’t Parochiehuis, dat was mijn grootste beloning. ‘Frieten zijn slecht voor uwe cholesterol, Marcel’. Ze schilde geduldig een appeltje.
Marcel 't Kint observeert het dorpsleven en de wereld om hem heen. Hij beoefende twaalf stielen en beging evenveel ongelukken.
De familie van Marcel komt samen in Salons Het Conclaaf voor een barbecue. Vrij snel blijkt de politiek een ‘hot issue’.