JavaScript is required for this website to work.
Europa

Duits ideetje: Doe de rijken (uit de crisislanden) de crisis betalen

maandag - Europadag

Sander Roelandt22/4/2013Leestijd 4 minuten

De Duitsers lazen de voorbije weken in de pers dat ze de armsten van de eurozone zijn. Ze vinden het onrechtvaardig dat hen wordt gevraagd de financiële put van ‘onverantwoordelijke’ zuidelijke landen te vullen. Adviseurs van de Duitse regering denken aan een vermogensbijdrage in de crisislanden, om de kost van toekomstige financiële hulp te drukken.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Volgens een intussen veel besproken onderzoek van de Europese Central Bank (ECB) zijn Duitse gezinnen gemiddeld armer dan die in de rest van de eurozone. Vooral de bewering dat Duitsland zelfs armer is dan de “crisislanden”, zorgt voor beroering in de pers. Hoewel de methodologie van het onderzoek erg omstreden is, laait het debat over verdere financiële steun aan de “rijke” Cyprioten, Spanjaarden, Italianen en Grieken terug op.

De Duitse centrale bank speelde een opmerkelijke rol in deze controverse. Reeds een goeie maand voor de publicatie van de ECB studie, maakte de Bundesbank bekend dat de Zuid-Europeanen rijker zijn dan de Duitsers. In de kleine lettertjes van het communiqué stond weliswaar een waarschuwing dat de rijkdom in verschillende landen eigenlijk niet te vergelijken valt, maar de toon was gezet.

De Bundesbank beschikt over een enorme autoriteit in Duitsland en maakt daarvan, zoals wel vaker, gebruik om de publieke opinie te beïnvloeden. De Duitse centrale bankiers legden zich indertijd met tegenzin neer bij de beslissing om te euro in te voeren en tonen ook tijdens de eurocrisis geregeld hun ongenoegen over de gang van zaken. Zo namen al twee Duitsers ontslag uit de directieraad van de ECB uit protest tegen het beleid van de ECB om obligaties van landen in problemen op te kopen.

Duitse Bailout vrees

Een belangrijke voorwaarde voor de Duitsers bij de invoering van de euro was de zogenaamde “No-bailout clausule”. “Bailout” is de technische term voor het geven van leningen aan landen of bedrijven in moeilijkheden. Die clausule verbiedt dus financiële bijstand tussen eurolanden. De Duitsers vreesden een verlies aan verantwoordelijkheidszin indien financiële bijstand toegelaten zou zijn en dat uiteindelijk Duitsland het gelag ging moeten betalen.

De grootse angst van de Duitse publieke opinie was dat de monetaire unie een “transferunie” zou worden, waarbij Duitsland de rekening van het zuiden van Europa moet vereffenen. Het verbod op bijstand kon de budgettaire ontsporingen echter niet voorkomen. Stap per stap werd de clausule tijdens de eurocrisis vervolgens uitgehold. Eerst werd Griekenland via een juridische omweg ‘gered’, vervolgens kregen ook Ierland, Spanje, Portugal etc. via allerlei financiële constructies zoals het EFSF (Europees Financieel Stabiliteitsfonds) en het ESM (Europees Stabiliteitsmechanisme) leningen aangeboden.

De idee dat de “arme” Duitsers moeten betalen voor “rijke” (en in hun ogen bovendien “onverantwoordelijke”) Grieken en Spanjaarden, strooit zout in de wonde bij de Duitse publieke opinie. Aanvankelijk werd de stelling van de Bundesbank over de relatieve armoede van de Duitsers niet volledig overgenomen in de Duitse pers. Zelfs tabloid media zoals Bild trokken de resultaten van de studie in twijfel. Toch kopten belangrijke kranten uiteindelijk dat ‘Spanjaarden en Italianen rijker zijn dan Duitsers’ (Frankfurter Allgemeine Zeitung) of dat de ‘Duitsers de armsten zijn van Europa’ (die Welt). Zeker toen de ECB studie de stelling van de Bundesbank leek te bevestigen.

De armoedeleugen

Het debat culmineerde deze week in het coverartikel van het progressieve weekblad Der Spiegel: “De leugen van de armoede. Hoe de noodlijdende Europese lidstaten hun vermogen verborgen houden”. (In het Engels op Der Spiegel International) Het artikel stelt de vraag of Duitsland wel telkenmale financieel moet bijspringen als eurolanden in de problemen komen. ‘Misschien is Cyprus wel rijk genoeg om zichzelf te helpen?’ vraagt Der Spiegel. Het magazine stelt voor om het “bailout-beleid” te vervangen door een belasting op rijkdom in de crisislanden.

De crisis heeft inderdaad gezorgd voor armoede en werkloosheid, maar Der Spiegel nuanceert die ruwe werkelijkheid met verschillende anekdotes waaruit moet blijken dat mensen in de crisislanden wel eens rijker zijn dan het op papier lijkt. Volgende paragraaf komt uit het artikel en gaat over de Griek Dimitris en zijn vrouw Maria:

‘Binnenkort gaat Dimitris op pensioen. Hij besteedt het grootste deel van zijn tijd – met inbegrip van zijn werktijd – aan het organisch tuinieren. Het gaat niet goed met Dimitris en Maria door de crisis: “Onze kosten zijn te hoog”, klaagt hij, nadat hij één van zijn drie auto’s in een parkeerplaats bij het strand manoeuvreert. “Stel je eens voor. Nu moeten we belasting betalen over alle drie onze eigendommen en zelfs op de auto’s”.’

In de Zuid-Europese landen bestaan grote schaduweconomieën en dus zijn die landen veel welvarender dan we op het eerste moment zouden denken. Het artikel besluit daaruit dat, vooraleer de Duitsers moeten betalen, de strijd tegen de belastingontduikers moet worden opgevoerd. Ook een vermogenstaks moet tot de mogelijkheden behoren.

‘Hun’ rijken moeten de crisis betalen

The Telegraph bracht deze week aan het licht dat adviseurs van de Duitse regering inderdaad denken over een dergelijke vermogensbijdrage van de rijken in de crisislanden.  Een adviesgroep, met de bijnaam “De vijf Wijzen”, raadt Merkel aan om via een vermogensbelasting de kost van toekomstige bailouts te drukken. Die Vijf Wijzen worden, nog volgens The Telegraph, vaak gebruikt om bepaalde ballonnetjes op te laten die later officieel beleid worden.

Overheden uit de zuidelijke eurolanden argumenteren dat het logisch is dat Duitsland betaalt, aangezien het rijker is en omdat zijn economie zoveel voordelen heeft bij de eenheidsmunt. Duitse economen durven deze redenering nu weerleggen. Professor Lars Feld, één van de “wijze mannen”, benadrukt dat ‘uit de recente studie van de Europese Centrale Bank, blijkt dat de mensen in de door Duitsland geredde landen, vaak beter af zijn dan in Duitsland’.

Correct of niet correct, de resultaten van de ECB-studie dragen bij tot de “solidariteitsmoeheid” van de Duitsers. Bij de redding van Cyprus is ervoor gekozen het spaargeld van de quasi-failliete banken te belasten, in ruil voor een lening van de andere lidstaten van de eurozone. Deze oplossing was een soort test-case voor wat mogelijk is in de toekomst.

Al van in 2010 probeert Merkel, onder druk van de publieke opinie, om de private sector mee in het bad te trekken bij het redden van landen in de problemen. De bondskanselier blijft zoeken naar manieren om de Duitse belastingbetaler te sparen en de crisislanden zelf te laten meebetalen. De communicatie van de Bundesbank en de studie van de ECB duwen (respectievelijk bewust en onbewust) de publieke opinie en de regering naar nog meer terughoudendheid om verder te gaan op weg naar een transferunie.

 

 

Categorieën
Personen

Sander Roelandt (1989) is medewerker in het Europees Parlement en volgt er verschillende economische commissies.

Meer van Sander Roelandt
Commentaren en reacties