JavaScript is required for this website to work.
post

‘Elk weldenkend figuur kan wel besluiten dat IS tegen de islam is.’

In het hoofd van salafist Omar

Karl Drabbe30/12/2015Leestijd 14 minuten

De islam heeft geen verlichting nodig, want is al verlicht. En overspelige vrouwen stenigen moet kunnen in Afghanistan.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

U las elders al dat Omar, stagiair bij De Standaard, op de tweede dag werd aangesproken over de waarden van de krant De Standaard. Allicht moet toen de redactie onraad hebben geroken, getipt zijn of weet hebben gekregen van een vermeende link met Sharia4Belgium. Als de stagiair weigert Al-Qaeda een terroristische organisatie te noemen, gaan alle alarmbellen af in Groot-Bijgaarden. Nochtans had de redactie eerder geen probleem met Omars geloofsbeleving. Die noemt hij zelf ‘fundamentalistisch’, omdat hij terugkeert naar de bronnen van de islam.

We spraken Omar niet alleen over zijn wedervaren bij De Standaard maar ook over zijn geloofsbeleving. Hoe gaat dat, als moslimfundamentalist in Antwerpen, Vlaanderen? Hoe gaat hij om met gendergelijkheid en homo’s? Waarom hebben pakweg homo’s en vrouwen in landen met een moslimmeerderheid minder rechten? Hoe moet een moslim omgaan met andersgelovigen? Wat is er goed aan een dhimmi-statuut? En waarom is de islam al verlicht? Doorbraak sprak gedurende lange tijd met Omar en probeerde in zijn hoofd te kijken. Een woordelijk weergegeven interview.

Moslim in Antwerpen

Is moslim zijn in onze samenleving een probleem?

‘Neen, maar het kan door anderen beschouwd worden als een probleem.’

Word je als gelovige moslim-met-baard geconfonteerd met vreemde blikken of haatdragende uitspraken?

‘Vreemde blikken zullen er altijd zijn, naar mij toe en naar mijn vrouw toe. Maar geen vijandelijke uitspraken. Toch niet op straat, misschien wel in de commentaarsectie op HLN.be.’

‘Ik heb geen probleem om hier als moslim te leven, te werken, te wonen en belastingen te betalen.’

Uw manier van moslim zijn is niet in tegenspraak met de Vlaamse samenleving vandaag?

‘Neen helemaal niet. Ik leef hier, ik ben hier geboren, ik spreek perfect Nederlands, ik ben ingebakken in de maatschappij. Maar ik ben een praktiserende moslim, zoals er praktiserende christenen en joden zijn.’

Hoe omschrijft u uzelf? Vlaming, Europeaan, Libanees, moslim, salafist?

‘Ik heb Vlaams bloed, mijn moeder is van Berchem, maar ik heb ook Arabisch, Libanees bloed. En ik ben moslim. Je moet wel geloof en etniciteit uit elkaar houden. Ik ben een kind van twee culturen, maar overkoepelend ben ik moslim. Maar als eerste identiteit ben ik moslim. Mijn prioriteit ligt bij mijn religie.’ 

Volgt u voorschriften die in tegenspraak zijn met wat hier gangbaar is of wettelijk?

‘Neen.’

Salafisme: de fundamenten van de islam beleven

Maar bij De Standaard spraken ze u aan op uw salafisme. Ongetwijfeld wordt er met die term veel gegoocheld. Maar probeer eens kort toe te lichten wat het voor u betekent terug te keren naar de fundamenten van de islam.

‘De islam is gebaseerd op drie grote pijlers: de Koran, het geloofsboek, het voorbeeld van de profeet, en de eerste generaties moslims die de jurisprudentie, politieke en maatschappijleer hebben ontwikkeld.’

Die derde pijler is de Sharia?

‘Ja. Die drie pijlers zijn de fundamenten van de islam. De terugkeer naar de fundamenten van de islam houdt volgens mij in dat we steeds die drie pijlers toepassen in nieuwe contexten. En dat we nieuwlichterij vermijden. Dat zijn zaken die aan de religie worden toegevoegd maar daar niet deel van uitmaken.’

Geef eens een voorbeeld van die nieuwlichterij.

(denkt na) ‘Bijvoorbeeld een heiligencultus. In sommige delen van de islamitische wereld is er een heiligencultus en worden er schrijnen gebouwd en graven aanbeden. Dat vormt geen deel van de islam, en mag niet gezien worden als islamitisch.’

‘Die drie fundamenten moeten worden toegepast worden in diverse contexten. Hier in Europa zijn wij een minderheid naast andersgelovigen. Hoe moeten wij daarmee omgaan? In Saudi-Arabië zijn moslims een meerderheid, en die hebben daar andere prioriteiten. Iedereen leeft in zijn eigen context, en enkel context moet worden getoetst aan de fundamenten van de islam.’

‘Dat is niét hetzelfde als radicalisme of extremisme. Dat wil zeggen die drie fundamenten in elke context toepassen zoals ze zijn. Negeren dat er verschillende contexten bestaan, en ervan uitgaan dat de drie fundamenten evenredig kunnen worden toegepast worden in élke context.’

Wat u nu zegt is dat als in een land met een moslimmeerderheid zesde-eeuwse wetten strikt mogen worden toegepast en in andere landen niet?

‘Neen, dat bedoel ik niet. Je hebt de islam. Die is gebaseerd op de drie pijlers. Die fundamenten staan vast, die zijn heilig, daar mag je niet aankomen. De wereld bestaat uit verschillende landen en volkeren. Elk volk heeft eigen prioriteiten. In Europa zijn er andere prioriteiten dan in Saudi-Arabië. Hier moeten we omgaan met andersgelovigen, in scholen bijvoorbeeld. In Saudi-Arabië is dat anders. We moeten als moslims die drie fundamenten toepassen in verschillende contexten. Hier in Europa moeten we in die fundamenten zoeken naar manieren om met andersgelovigen om te gaan.’ 

En dat is niet zo rooskleurig natuurlijk. Andersgelovigen dwingen jullie in een dhimmi-statuut.

‘Een dhimmi-statuut is enkel geldig in een islamitische staat, Europa is dat niet. Saudi-Arabië ook niet, dat omschrijft zichzelf als een liberaal koninkrijk. (lacht) Maar de prioriteiten liggen daar anders. Wij in Europa kunnen alleen maar dromen van een islamitische staat. Wij moeten in de Koran en de Soenna kijken wat daar geschreven staat over de verhouding van meerderheid tot minderheid. Toen Mohammed werd bedreigd in Mekka, stuurde hij emigranten naar Ethiopië, een christelijk land waar de moslims in de minderheid leefden, maar in een goede omgang met elkaar. En daar kunnen we lessen uit trekken hoe we dat hier moeten doen. We moeten dus fundamenten van de islam gebruiken om nieuwe contexten opnieuw in te vullen. En dat is anders dan bij extremisme en radicalisme, die staan voor de hardheid in de toepassing van de fundamenten, ongeacht de context. Zij maken geen onderscheid tussen de Europese en de Arabische context om er de islam toe te passen.’

Dat is wel een erg postmoderne redenering. Nu zegt u dat de manier waarop in Saudi-Arabië met homo’s wordt omgegaan dáár correct is, maar dat u dat hier niet kunt doen omdat u hier in de minderheid bent.

‘Juist.’

En dat geldt dan ook voor omgang met vrouwen en vrouwenrechten?

‘Saudi-Arabië en Afghanistan zijn staten, en die hebben wetten en regels over de omgang met vrouwen. Moslims in Europa hebben geen staat. Onze omgang met gendergelijkheid of andersgelovigen is dus anders. Wij moeten nu eenmaal accepteren …’

Dat is geen antwoord op de vraag. De manier waarop in Saudi-Arabië of Afghanistan wordt omgegaan met homo’s of overspelige vrouwen is correct volgens u. Maar die behandeling mag de islam niet vertalen naar een Europese context.

‘Dat is correct.’

Dus een overspelige vrouw stenigen, zoals in Afghanistan, moet kunnen?

‘Dat is de wet daar.’ 

Maar die wet is gebaseerd op uw heilige teksten en tradities.

‘En dus kan ik niet zeggen dat het niet correct is. Het staat letterlijk in de overleveringen. Zoals het ook letterlijk in de Bijbel staat. Maar daar kán dat, want dat zijn islamitische samenlevingen. Daar is dat misschien een prioriteit. Maar hier kan dat niet. Hier moeten wij ons aanpassen aan het feit dat dat niet ingebakken zit in de maatschappij. Dat bedoel ik met prioriteiten. Maar iemand met een extremistisch gedachtegoed gaat dat vertalen naar hier. Homo’s worden daar gedood en moeten dus ook hier gedood worden. Dat is extremisme: geen onderscheid maken tussen verschillende contexten, alles toepassen op hetzelfde niveau.’ 

U gebruikt vaak het woord ‘prioriteit’. Wat is voor een moslim als u de prioriteit in een stad als Antwerpen, in Vlaanderen?

‘De omgang met andersgelovigen. Hoe gaan we om met Sinterklaas, met Kerstmis, met Halloween,… Stuur je je kinderen naar katholieke of gemeenschapsscholen.’ 

Moslimpartij maakt geen kans

Net deze week pleiten politici om – zoals in Frankrijk – een laïcistisch model door te voeren en bijvoorbeeld hoofddoeken te verbieden in het publieke leven. Moeten jullie je als moslims moeien in bijvoorbeeld het hoofddoekendebat?

‘Voilà. Dat is precies wat ik wil illustreren. (lacht) Wij als moslims hebben de plicht om ons in dat debat te mengen. De fundamenten van de islam zeggen dat de hoofddoek verplicht is voor de vrouw, dus moeten wij die prioriteit hier leggen.’ 

In Antwerpen is het verboden om met een hoofddoek achter een gemeenteloket te werken. Moet je je daar als moslimgemeenschap over uitspreken, of is dat een politiek debat? Moeten moslims zich politiek organiseren om hun plaats op te eisen in het publieke debat?

‘Moslims zijn nu eenmaal een deel van de bevolking hier. Ze wonen hier al tientallen jaren, gaan hier naar school, betalen hier belastingen,… Het feit dat er nu stappen worden genomen om onze religieuze beleving in te perken, zoals het hoofddoekenverbod, een niqaab-verbod, het verbod op ritueel slachten … Al die verboden stapelen zich op. Dat moslims zich dan geviseerd voelen is niet verbazingwekkend. Het is ons recht als burger om ons tegen die maatregelen te verzetten. Wij zijn een deel van deze maatschappij dus moeten wij ook onze rechten krijgen. In België geldt vrijheid van religie, wel laat ons dat dan toepassen.’

Maar je wil daar geen politieke consequentie aan verbinden, een gelovige moslimpartij? Nu zijn allochtonen verspreid over verschillende partijen. Beschouw je die mensen als vertegenwoordigers van de moslimgemeenschap?

‘Verschillende activisten en moslims fantaseren daar wel over, over een partij. Maar volgens mij is dat tot mislukken gedoemd. (lacht) Bijna de hele politiek was voor het algemeen hoofddoekenverbod in het Gemeenschapsonderwijs, behalve Eva Brems. Wat moet je dan doen als klein moslimpartijtje? 

Dyab Abou Jahjah heeft toch zijn allochtone partij RESIST gehad.

‘Ja, en?’ (lacht) 

Met de gemeenteraadsverkiezingen in Antwerpen haalde de PVDA toch veel allochtone stemmen? Die partij voerde campagne tegen het hoofddoekenverbod.

‘Je zou ervan schrikken, mocht je weten hoeveel allochtonen op SP.A en CD&V stemmen. CD&V omdat dat een partij van gelovigen zou zijn. SP.A omdat het een partij van het volk zou zijn. Maar moslims beseffen niet dat die tegen de hoofddoeken zijn. Als de moslims niet wat slimmer zouden worden, kunnen we onszelf niet organiseren.’

Kan de Moslimexecutieve daar geen rol spelen? Die kan de moslimgemeenschap toch een stem geven?

‘Dat is een orgaan dat niet werkt. Daar komen moslims niet overeen, zoals de Turken en de Marrokanen.’ 

Zijn er organisaties die de moslimstem kunnen vertolken?

‘Neen. Onze situatie is schrijnend.’

Movement X van Dyab Abou Jahjah?

‘Neen, zeker niet.’

Waarom noem je de situatie schrijnend?

‘Als je kijkt naar de situatie in Groot-Brittannië of Nederland, daar hebben moslims al veel meer vooruitgang gemaakt. Die hebben scholen, media, jeugdverenigingen …’

Maar in België kun je vanuit welke overtuiging ook je eigen school kan organiseren. In Mechelen is er een eerste moslimschool , er zijn de Lucernascholen.

‘Er zijn wel pogingen geweest om jeugdbewegingen op te richten. Maar die zijn telkens opgedoekt, omdat ze zogezegd terroristische trainingskampen organiseerden in de Ardennen. Er bestaat een enorme druk op de moslims, die erg verslagen zijn en het niet meer willen proberen. En dat is een foute instelling volgens mij.’ 

Verlichte of Europese islam?

Begrijp je dan niet dat er in West-Europa wordt gehoopt of gerekend op een soort verlichte islam waar de scherpe kantjes van zijn afgevijld?

‘Ik ben blij dat je die vraag stelt. Wat die verlichting betreft. Dat is een uitsluitend Europees verhaal. Tijdens het ancien régime had je een kerkelijk instituut dat over Europa heerste als machtsorgaan, waar macht, geld en religie samenkwamen. Dat orgaan stond geen wetenschappelijke vooruitgang toe, stond niet toe dat er andersgelovigen zijn – de inquisitie tegen Joden en moslims in Spanje, de kruistochten tegen de Katharen, de strijd tegen de heidenen in de Baltische staten en de protestanten. Er was een heel sterke oppressie door dat orgaan, en dat moest tegengegaan worden. Een verlicht christendom heeft dan de plaats ingenomen, waar de scherpe kantjes van afgevijld zijn. Dat is een Europees proces. De islam kent geen eenheidsorgaan dat over het geloof heerst. Je hebt verschillende geleerden en stromingen, maar geen overkoepelend orgaan. De islam stond altijd voor wetenschappelijke vooruitgang – Arabische termen als algebra, alchemie, medische alcohol zitten ingebakken in de Nederlandse taal – en stond wel open voor andersgelovigen – joden, christenen, hindoes in Indië. Die druk om tot een verlichte islam te komen bestond niet, want de islam was al verlicht. Andersgelovigen werden toegestaan, wetenschap was toegestaan. De islam is al verlicht, dus is er geen nood aan een verlichte islam.’

Dat is ook semantiek. Laat ons het dan een Europese islam noemen.

‘Als dat een islam is met Europese prioriteiten, dan ga ik daarin mee. Want dat betekent een islam die antwoorden biedt op de situatie in Europa, waar moslims geen geleerden hebben. Het gaat dan om hoe we moeten omgaan met Kerstmis, met scholen, met overlijdens in België,… Als een Europese islam een islam is die antwoorden biedt op die vragen, dan zeg ik dat we daar inderdaad nood aan hebben.’

‘Maar als een Europese islam betekent een islam waar het on-Europese is uit weggehaald en het Europese is aan toegevoegd, dan ben je gewoon een nieuwe religie aan het maken, dat is geen islam.’

Wat is daar dan het on-Europese en het Europese?

‘Als je zegt dat de islam in Europa moet betekenen dat je geen hoofddoek mag dragen of niet met vier vrouwen mag trouwen, dat je niet meer mag prediken,… al die zaken die in Europa niet meer aan de orde zijn, worden weggehaald uit de islam, en er worden zaken toegevoegd zoals de algemene aanvaarding van homo’s of travestieten,… en dat noem je Europese islam, dan zeg ik neen. Dat is geen islam. Dat is een nieuwe religie.’

Dat is natuurlijk wel wat er in de christelijke traditie altijd gebeurd is, het altijd her-interpreteren in functie van wijzigende contexten. Dat kan dus niet?

‘En wat betekent het christendom nu? Aanpassen is niet per se veranderen. Aanpassen betekent de drie fundamenten aanpassen naar de context waar dat vereist is voor moslims. Dat is niet hetzelfde als zaken weglaten of toevoegen opdat de islam zou passen aan het heersende kader. De islam veranderen om een Europese islam te zijn, daar ga ik niet in mee. Het christendom heeft dat gedaan, is meegegaan met abortus, euthanasie, homorechten, enzovoort en kijk waar het christendom nu staat: lege kerken, niet meer serieus genomen.’

Ayaan Hirsi Ali stelt in haar laatste boek Ketters dat je niet zozeer elementen moet toevoegen, maar wel moet ‘schrappen’, namelijk wat niet te verzoenen is met het westerse samenlevingsmodel.

‘Wij moeten het geloof nemen zoals het is. Volledig. Maar we mogen wel zeggen waar we ons meer moeten op concentreren. En we mogen elementen even laten rusten. Homorechten of de toepassing ervan is hier niet relevant. Hier moeten we ons bezighouden met de omgang met andersgelovigen.’

Andersgelovigen

Wat zegt de islam dan over die omgang met andersgelovigen?

‘In de eerste plaats moet er een rechtvaardige en correcte omgang zijn met hen. Het is een relatie van respectabel samenleven, zoals de profeet omging met andersgelovigen. Hier in België leven de moslims in een context zoals de eerste moslims in Abessinië (Ethiopië – red.), namelijk in een gezonde relatie met christenen, zonder vijandigheid. Maar we moeten onze eigenheid als moslim behouden. Maar er moet respect zijn. Er wordt te veel verwezen naar dhimmi, maar die termen gelden enkel in de context van een islamitische staat.

Die islamitische staten zijn er in het verleden alleen maar gekomen door oorlog en gebiedsroof.

‘Dat geldt voor elke religie.’

Maar als moslims grondgebied veroveren, dringen ze hun geloof op aan de bewoners en krijg je het dhimmi-statuut: je wordt moslim of je betaalt extra belastingen.

‘Er zijn wel voordelen verbonden aan het dhimmi-statuut. Een dhimmi hoeft geen legerdienst te doen, mag zijn eigen religie toepassen, zijn eigen rechtbank en kerk hebben, mag alcohol blijven drinken in zijn eigen brouwerijen. Er zijn dus voordelen aan verbonden, maar die moet wel extra belastingen betalen. Zoals wij hier ook veel belastingen moeten betalen.’

Maar hier moet u geen belastingen betalen omdat u moslim bent.

‘Dat niet. Maar er zijn dus voordelen aan verbonden. Je mag je eigenheid behouden. Veel landen zijn gewapenderhand veroverd, maar nadat de Arabieren zijn weggetrokken, is de islam wel overal gebleven.’

Op het Iberische schiereiland en het grootste deel van de Balkan toch niet?

‘Omdat de inquisitie gezegd heeft: bekeren of dood. Moslims moesten katholiek worden of werden gedood. Christenen mochten van de islam christenen blijven. Het kalifaat heeft zelfs het Grieks-orthodox patriarchaat in Byzantium in ere gehouden! De Grieks-orthodoxen waren blij met de komst van de Osmanen om te ontsnappen aan de katholieke Oostenrijks-Hongaarse druk. Onder het katholieke systeem mocht je geen moslim zijn.’

Kalifaat

Er is nu een Islamitische Staat – met hoofdletters – die zichzelf heeft uitgeroepen tot kalifaat. Hoe sta je daar tegenover? Is dat nu de heilstaat voor de gelovige moslim?

‘Een kalifaat is een theologische staat, een theocratie. Maar wat IS heeft uitgeroepen is iets heel anders. Ten eerste heeft IS een kalifaat uitgeroepen zonder goedkeuring van de meerderheid van de moslimgeleerden.’

Tja, er is dan ook geen kerkelijke structuur waar die geleerden op vaste tijdstippen samenkomen om bijvoorbeeld zo’n staat te erkennen als kalifaat.

‘Neen, maar je kunt wel geleerden samenroepen op het moment dat het tijd is om een kalifaat te stichten. Wat IS heeft gedaan is, ze hadden een lap grond en ze hebben gezegd: dit is het kalifaat, en alle moslims moeten gehoorzamen aan het kalifaat of wordt veroordeeld tot de dood.’

‘Ten tweede mag er geen doorlopend conflict zijn waarin dat kalifaat wordt gesticht. IS heeft een kalifaat gesticht tijdens een oorlog in een gebied dat nog niet eens vastligt; de grenzen verschuiven nog, ze voeren zeer verregaande straffen uit in een oorlogssituatie. Dat laatste is verboden, want de profeet heeft gezegd dat je geen straffen mag uitvoeren in tijden van oorlog. Dus, wat IS doet, is zeker niet een kalifaat inrichten. IS is zeker geen heilstaat. Want IS is een even grote vijand voor de moslims als voor de ongelovigen die daar leven.’

‘Het kalifaat heeft tot 1923-’24 bestaan. Dat is nog geen honderd jaar geleden …’

Begrijp je moslims die naar het kalifaat gaan om ginds ‘echt’ als moslim te leven?

‘Elk weldenkend figuur kan wel besluiten dat IS tegen de islam is.’

Maar die geradicaliseerde jongeren uit Antwerpen, Vilvoorde, Brussel … gaan toch uit een geloofsovertuiging naar Syrië en Irak?

‘Niet iedereen die naar ginds trekt, sluit aan bij IS.’ 

Is IS een terroristische organisatie?

(lacht smakelijk) ‘Ik zeg u: IS komt niet overeen met islam. Ik begrijp wel dat de moslims verlangen naar een kalifaat. Want er is altijd een kalifaat geweest en dat heeft grootsheid en eer gebracht aan de moslims. Er zijn maar twee momenten geweest dat het kalifaat is overrompeld van buitenaf, door de kruisvaarders en door de Mongolen. Maar het is telkens opnieuw in ere hersteld. Het kalifaat was zeg maar een staat tussen pakweg Marokko en India. En de moslims verlangen daar opnieuw naar. Nu is dat kalifaat verdeeld in staten die het gevolg zijn van de kolonisering.’

Dat is het Arabisch nationalisme van na de Sykes-Pykot-akkoorden na Wereldoorlog I. 

‘Inderdaad. De moslims zijn het beu verdeeld te zijn en geen grootsheid meer te kennen. Als je terugkijkt naar de geschiedenis … We moeten opnieuw trachten die toppositie in de internationale politiek te bereiken. De pogingen van IS zijn verkeerd, want gaan in tegen de fundamenten van de islam. Ze doden moslims, het is niet gebaseerd op eenheid of op een toestemming van de geleerden. IS brengt schade aan de islam en aan de kalifaten uit het verleden. In de media wordt kalifaat geschreven zonder hoofdletter, dus hier denkt men dat dat hetzelfde is als hét Kalifaat: hoofden afhakken, vrouwen stenigen …’

Maar dat laatste komt toch uit de Sharia?

‘Dat is maar een deel van de Sharia, dat is niet de hele Sharia. IS heeft dat gebracht als hoofdzaak, maar dat is niet de hoofdzaak. Sharia, dat is ook belastingen, landbouw, jurisprudentie én strafrecht, maar dat is maar een deel ervan, zoals ophanging. Maar dat is het enige wat mensen hier zien: steniging, ophanging. Sharia is veel meer dan dat. Als je IS als kalifaat gaat benoemen, en mensen zien dat zo, geeft dat een verkeerd beeld.’ 

Syriëstrijders

U bent natuurlijk hoogopgeleid, u hebt de bronnen gelezen, u kunt nuanceren. Maar dat geldt niet voor al uw geloofsgenoten. Sommigen hebben die kennis niet. Kunt u die mensen dan veroordelen omdat het geen goede moslims zijn?

‘Ik veroordeel die mensen niet voor hun initiële intentie. Ik veroordeel hen wel voor waar ze zijn terechtgekomen. Daar hadden ze rekening mee moeten houden voor ze vertrokken.’

In Syrië is er een conglomeraat van strijdende troepen. Zijn daar dan bewegingen die in uw ogen wél correct de islam interpreteren in hun strijd tegen Assad?

‘Zeker. Een van de grondbeginselen van de islam is de strijd tegen de oppressie. In Syrië is een strijd bezig tegen oppressie.’

En wij die dachten dat islam ‘onderwerping’ betekent.

‘Onderwerping aan God. God is geen dictator of een onderdrukker. Onderwerping aan God betekent, leven naar de regels van God. Het Syrische regime onderdrukt wel. Wie daartegen opkomt, steun ik, om die oppressie te beëindigen. Net zoals de Belgische vrijwilligers naar Spanje trokken tegen Franco. Mensen die naar IS gaan, veroordelen? Dan moet je ook de Oostfronters veroordelen.’

Dat is ondertussen al vaak en expliciet genoeg gebeurd.

‘Dat is geen islamitisch fenomeen. Dat is een menselijk fenomeen. Er zijn mensen die naar Spanje trokken om de oppressie van Franco te bestrijden. En er gingen mensen naar het front onder een foute veronderstelling goed te kunnen doen, net zoals de Oostfronters.’

Kent u mensen die naar Syrië getrokken zijn?

‘Via via. Ik hoor daar wel over, dat kan ook niet anders als je in Antwerpen woont, maar persoonlijk ken ik niemand.’

Wordt daarover gesproken in de moslimgemeenschap? 

‘Ja natuurlijk. Er wordt besproken wat de islam daarover zegt, hoe ouders daarmee moeten omgaan. Dat is een zware klap. Je moet die mensen steunen.’

En mensen die terugkeren uit Syrië?

‘Die ken ik helemaal niet.’ 

Hoe spreekt men daarover? Worden die wel of niet opgevangen?

‘Dat wordt niet ter sprake gebracht in de moskee. De moskee is een orgaan geworden dat niet meer bezig is met de noden van de moslim vandaag. Er word gepraat over hogere thema’s: het paradijs, de hel, geduld, geloof. Maar over concrete thema’s als het hoofddoekendebat of Syriëstrijders eigenlijk niet. Wij moeten zelf onze antwoorden uit de islam halen, want hier hebben we geen geleerden die ons antwoorden bieden.’

Omdat zij geen voeling hebben met onze samenleving? Alhoewel, Brahim Laytouss heeft dat net wel. Of Suleyman Van Ael. 

‘Brahim Laytouss. Daar zeg je het. Ofwel hebben imams geen voeling met de samenleving hier ofwel hebben ze er te veel voeling mee. (lacht) Ofwel spreken ze geen Nederlands en kunnen ze niet met moslimjongeren communiceren.’

Dus eigenlijk zouden imams hier moeten worden opgeleid.

‘Ze zouden moeten een cursus Nederlands krijgen als ze naar hier komen. Dat moet echt wel. De ouderen sterven uit en de jongeren kennen geen Arabisch. En dan zit je in de moskee en zit je kringetjes te tekenen in het tapijt, of kijk je wat naar de muren. En nadien ga je naar huis en ga je op internet op Engelse en Nederlandse websites zoeken, ga je zelf alles aan elkaar plakken en wordt er een beeld gevormd in je hoofd van wat de islam zou zijn, omdat er geen Nederlandstalige imams zijn die ons kunnen zeggen hoe het moet.’

U hebt zelf geen religieuze roeping?

‘Dat is mij al gevraagd. Misschien ooit.’

‘Daar ligt het probleem van de radicalisering bij jongeren. Ze zoeken hun antwoorden op internet, op Facebook.’

Laytouss, Van Ael of – aan de seculiere kant – Abou Jahjah zijn geen voorbeelden of vertegenwoordigers van de islam in Vlaanderen?

‘Dat zijn zeker niet de vertegenwoordigers van de islam. Wat ik zoek is iemand die de tussenweg bewandelt. Een imam die Nederlands kan praten, maar die ook duidelijk stelt wat de islam zegt en waar we ons aan moeten houden. Als je mensen als Laytouss confonteert met de feiten, breken ze meteen. Tijdens het grote terrorismedebat kreeg hij de vraag of de profeet mag worden beledigd. En hij antwoordde dat dat mag, maar dat het wel met respect moet gebeuren. (lacht) Heel veel moslims waren toen teleurgesteld in hem, want je mag de profeet helemaal niét beledigen. Ofwel hebben imams dus te weinig voeling met de samenleving, ofwel net te veel.’ 

Was Fouad Belkacem dan een goede vertegenwoordiger? 

‘Ook niet. Want die heeft te weinig draagvlak. Hij is ontstaan door de afwezigheid van de juiste figuren. Maar hij heeft de rol zelf niet kunnen vervullen …’

Dyab Abou Jahjah stelt dat Sharia4Belgium maar is kunnen ontstaan door de leegte die er gekomen is nadat hij naar Libanon is getrokken.

‘Neen. Die is nooit een vertegenwoordiger geweest van de jonge moslims. Hij had AEL, dat is Arabisch-nationalistisch, niet islamitisch. Fouad Belkacem is ontstaan als verontwaardiging bij de moslimjongeren om de afwezigheid van imams die het kunnen uitleggen. Belkacem is te hard geweest in zijn uitleg, te provocerend. Dat is ook niet ideaal.’

‘Wat is dan wel ideaal? In Nederland zijn er predikers van de jongeren, die in het buitenland voor imam zijn gaan studeren en dan terugkeren naar Nederland om er te prediken in hun eigen taal.’

‘Het is echt wel strikt noodzakelijk dat we mensen hebben die het kunnen uitleggen en over de juiste kennis beschikken.’

 

Lees hier de reconstructie van de mislukte stage van Omar bij De Standaard.

Lees hier het interview met Omar over zijn wedervaren bij De Standaard. 

Illustratie: ‘Laa Ilaaha Illa Allah’. Er is geen god dan Allah.

Karl Drabbe is uitgever van ERTSBERG. Hij is historicus en wereldreiziger en werkt al sinds 1993 mee aan Doorbraak.

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

‘Sick’ is een relevante en hilarische roman waarin Bavo Dhooge alle humoristische registers opentrekt, zonder daarbij ook maar een moment de vinger van de pols van de maatschappij te halen.