JavaScript is required for this website to work.
post

De flamboyantste filosoof van Vlaanderen is niet meer

In memoriam Etienne Vermeersch (1934-2019)

Jean-Pierre Rondas24/1/2019Leestijd 3 minuten

foto © Reporters

Etienne Vermeersch: in memoriam voor de immer lerende leermeester, de vrijzinnige ex-jezuïet, de cultuurchristen en verrassende flamingant

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Zopas vernamen we het overlijden van Etienne Vermeersch, emeritus hoogleraar aan de Universiteit Gent.

Een jezuïet zoekt de vrijzinnige waarheid

Etienne Vermeersch werd geboren in 1934 te Sint Michiels bij Brugge. In de jaren vijftig volgde hij de jezuïetenopleiding in Drongen, waar hij na vijf jaar uittrad. In 1967 werd hij hoogleraar wijsbegeerte aan de Universiteit Gent.

De essentie van zijn cursussen is terug te vinden in De rivier van Herakleitos – een eigenzinnige visie op de wijsbegeerte. Hij heeft vaak stelling genomen inzake maatschappelijke en ethische problemen, vooral op het gebied van bio-ethiek, milieufilosofie en cultuurfilosofie. Als een van de eersten vroeg hij aandacht voor milieu en ecologie in het milieufilosofisch essay De ogen van de Panda  (1988 en 2010).

Als lid van heel wat parlementaire commissies leverde hij een belangrijke bijdrage tot de legalisering van abortus en vooral van euthanasie in België. Zijn ideeën zijn uitmuntend vertolkt in het interviewboek Dirk Verhofstadt in gesprek met Etienne Vermeersch. Een zoektocht naar waarheid.

De leermeester

De laatste van de Grote Drie van de Vlaamse vrijzinnigheid is heengegaan. Drie collega’s-filosofen aan de UGent: eerst Leo Apostel, dan Jaap Kruithof, en nu Etienne Vermeersch. Lang geleden werden ze door het tijdschrift De Nieuwe Maand  verkozen tot de invloedrijkste intellectuelen van het land. Vermeersch’ invloed taande niet: hij bleef in dat soort enquêtes maar verkozen worden, tot voor twee jaar nog. Het lijkt wel alsof hiermee symbolisch een periode wordt afgesloten. Ik vrees daar eigenlijk ook voor.

Hij in elk geval was altijd de praeceptor Flandriae, de leermeester van Vlaanderen gebleven. Waar hij kwam en sprak werd er geluisterd. Telkens weer waren ook zijn tegenstanders onder de indruk van zijn enorme eruditie, zijn formidabel geheugen, zijn belezenheid, zijn scherp oordeel, zijn helderheid, en vooral zijn onbevreesdheid.

Toch maakte hijzelf altijd het onderscheid tussen zijn eigen diep-rationele afwegingen en de relatie met de personen met wie hij in discussie trad. Ook mensen wier ideeën hij afwees of zelfs nietig vond, konden uiteindelijk altijd op zijn sympathie rekenen. Beledigingen aan zijn adres wiste hij uit zijn geheugen.

De lerende

Ik heb hem leren kennen als assistent van Leo Apostel, bij wiens aartsmoeilijke cursus wiskundige logica hij de ‘tuyaux’ schreef, een begrijpelijke samenvatting die een student duidelijk maakte wat er in de cursus nu eigenlijk stond (en wat er op een examen meestal gevraagd werd). Later vertelde hij me dat hij die materie zelf ook pas had leren doorgronden. Zo ging hij door het leven: in de gedaante van een lerende. Tot het einde heeft hij geleerd, zich geïnformeerd, en zijn oordeel op opzoekingswerk en bergen informatie gebaseerd.

Later maakte ik uitzendingen op Radio 3 en Klara met hem over zijn geliefkoosde onderwerpen zoals De ogen van de panda, migratie, en zijn standpunten inzake de hoofddoek.

De voorzitter

En weer veel later mocht ik hem meemaken toen hij voorzitter werd van de Gravensteengroep — waardoor hij nogmaals vriend en vijand verbaasde. Vermeersch bleek (net zoals zijn collega’s Apostel en Kruithof) een soort flamingant te zijn. Al zijn expertise, werkkracht en intellectuele gewicht stak hij bijvoorbeeld in zijn studie over het regeerakkoord van Di Rupo in 2011, en over de pseudo-splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Etienne had nauwkeurig uitgeplozen en nageteld dat het akkoord 23 nadelen bevatte voor Vlaanderen, tegenover één nadeel voor Franstalig België (een samenvatting daarvan is te lezen in het Gravensteenboek Land op de tweesprong, 2012).

Ook in die context bleek wat voor een beminnelijk man hij was. Hij was gezelschap goed en fijn, het verrassendst nog als we, de vergadering vergetend, inefficiënt konden freewheelen, terend op zijn spitant associatievermogen. Maar voor geen gat te vangen. Hij lette altijd op.

Lang voor zijn afscheid beklaagde hij zich erover dat zijn generatie, alle invloed en actie ten spijt, juist niet de Grote Werken had geschreven, daar niet toe in staat was gebleken. Hij zelf ook niet. Dat gaf hem een gevoel van mislukking — wat hem nooit belet heeft ‘voort te doen’. Tot op het laatste plande hij een revisie van zijn doctoraat over informatiefilosofie.

Zijn stem

Ik lees nu een paar opstellen van hem, en ik hoor zijn stem. Wie hem leest wil onmiddellijk met hem in discussie gaan en dat komt door dat stellige spreken van hem, zijn waarmerk eigenlijk. Onnavolgbaar is niet het juiste woord: vele adepten zijn inderdaad gaan spreken zoals hij sprak. Omdat zijn stellingen zo onderbouwd waren, ging dat stellige spreken gepaard met een niet te onderschatten zin voor nuance, gebracht in een subtiele redeneerstijl en een rijke verwoording van zijn argumenten.

De cultuurchristen

Die stem liet zich ook gelden als het over religie ging. Hij heeft zich nooit met de religie verzoend, zelfs niet met die voorzichtige poging van de atheïst Habermas die stelde dat het hart van het geloof toch dingen weet die het verstand van het weten niet kan bevatten. Met genoegen bleef Vermeersch citeren uit de delen van Karl-Heinz Deschners  Kriminalgeschichte des Christentums. En toch kon hij voor zichzelf en voor anderen perfect een cultuurchristendom rechtvaardigen. De tekst ‘Every Valley’ uit Handels Messiah werd weliswaar bekritiseerd vanuit ecologisch standpunt, maar de hele Mattheuspassie werd doorgrond en uitvoerig geciteerd.

Naar de hel gaat hij niet. Dat kan niet, want (stem) in een constructie des geestes kan je immers niet verblijven! Dus gaat hij voor straf naar de hemel. Daar kan hij met een ongelovige glimlach God blijvend aanschouwen, terwijl hij met luider stemme protest tegen diens bestaan aantekent.

Jean-Pierre Rondas was tot 2011 radiomaker bij Klara (VRT) met de interviewprogramma’s Wereldbeeld en Rondas. Publiceerde 'Rondas’ Wereldbeeldenboek' (2006 en 2020). Als stichtend lid van de Gravensteengroep redigeerde hij 'Land op de tweesprong. Manifesten ter ontgrendeling van Vlaanderen' (2012). In 2014 verscheen 'De hulpelozen van de macht'. Publiceerde nieuwe geannoteerde edities van Filip De Pillecyns 'Tegen de muur' (2019) en 'Mensen achter de dijk' (2020). Maakte een keuze uit Mark Grammens' 'Journaal'-essays in 'Trouw moet blijken' (2022). Eigen essays verschenen in 'Een kwestie van bestaan. Vlaanderen in de wereld' (2020).

Commentaren en reacties