JavaScript is required for this website to work.
Multicultuur & samenleven

Frans opinieonderzoek bevestigt opkomst islamitische tegenmaatschappij

NieuwsWillem-Gert Aldershoff19/12/2023Leestijd 2 minuten

foto © Belga

De kloof tussen moslims en autochtone Fransen was nog nooit zo groot, blijkt uit de peiling van een Frans-Arabische zender.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Onlangs publiceerde de Frans-Arabische zender Elmaniya.tv de resultaten van een opiniepeiling over de houding van Franse moslims tegenover wat in Frankrijk laïcité wordt genoemd. Wij vertalen dat met secularisme, oftewel de strikte scheiding van kerk en staat. Laicité is in Frankrijk een wezenlijk onderdeel van de staatsinrichting.

Elmaniya omschrijft zichzelf als een ‘seculiere  zender die zich inzet voor de verdediging en bevordering van seculiere en humanistische waarden in Frankrijk en de Arabische wereld’. Zij zenden uit in het Frans en in het Arabisch. Op dit moment staat er op hun site nogal wat kritische informatie over de Moslimbroeders, een wijdvertakte organisatie met grote ultaconservatieve invloed op de moslims.

Meer religie

Een centrale conclusie van de peiling is dat de overgrote meerderheid van de Franse moslimbevolking het secularisme discriminerend vindt. Die meerderheid wil meer religie in de samenleving in het algemeen en op school in het bijzonder. 75% zegt ook voorstander te zijn van overheidsfinanciering voor gebedshuizen en voor imams, priesters, dominees, rabbijnen, enz.

Andere eisen gaan over de intrekking van regels die het dragen van religieuze kleding in de openbare ruimte verbieden. Er is overweldigend veel steun om Franse atleten het recht te geven religieuze hoofdbedekking te dragen tijdens de komende Olympische Spelen.

Franse moslims zijn nog altijd sterk gekant tegen de wet uit 2004 die religieuze symbolen op scholen verbiedt. Twee derde zegt voorstander te zijn van het dragen van religieuze hoofdbedekking (hoofddoek, keppeltje, enz.) in openbare middelbare scholen. Idem voor de daar aangeboden menu’s: 83 procent van de ondervraagden kiest voor halal.

Kloof groter dan ooit

Ten slotte is ongeveer de helft van hen ook tegen het beginsel van religieuze neutraliteit. Zij eisen het recht op om jonge meisjes ‘om religieuze redenen geen zwemlessen te volgen’ (57%) en geen lessen bij te wonen ‘waarvan de inhoud hun religieuze overtuigingen zou beledigen’ (50%).

81 % van de Fransen is het eens met het recent ingevoerde verbod op het dragen van de abaya (een soort lange jurk die het hele vrouwenlichaam bedekt). Bij de moslims is dat 28%.
.
Wat een zeer grote groep Franse moslims willen staat haaks op de huidige Franse wet- en regelgeving. Ze zijn ook uiterst kritisch voor de zogeheten waarden van de Republiek. Dat bleek ook al uit ander onderzoek, maar deze keer was de steekproef technisch zeer solide. De kloof tussen moslims en de rest van de bevolking bleek nooit tevoren zo groot.

België en Nederland?

Het wijst op de geleidelijke opkomst van een islamitische tegenmaatschappij die zich op een hele reeks punten onderscheidt van de rest van de bevolking. Het lijkt bovendien waarschijnlijk dat vergelijkbare onderzoeken in andere Europese landen tot vergelijkbare conclusies  zullen komen. Maar heel zeker is dat niet. Daarom is het belangrijk dat België en Nederland opinieonderzoeken met dezelfde vragen uitvoeren, zodat vergelijkingen kunnen worden getrokken.

Zorgwekkend is wel dat in een land als Nederland ook de ‘autochtone’ bevolking, of althans het leidinggevende gedeelte ervan, het principe van het secularisme niet langer serieus wil nemen. Zo willen GroenlinksPvdA en D66 het dragen van hoofddoeken voor politieambtenaren toestaan. De Nederlandse politietop denkt daarover na. De Arnhemse burgemeester van Marokkaanse afkomst Marcouch heeft net aangekondigd dat hulpagenten in zijn gemeente religieuze hoofdbedekking mogen dragen.

De auteur is analist internationale politiek te Brussel

Commentaren en reacties