Geens. Schaamte.
De minister van Justitie had al weg moeten zijn
We gaan ons later nog diep schamen dat Koen Geens gewoon bleef zitten na de terreuraanval van Benjamin Herman, alias Bakr Al-Belgiki.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOver enkele jaren kijken we terug op Koen Geens (CD&V) zoals we nu terugkijken op wijlen Michel Daerden (PS). Niet dat Geens een zuipschuit is (de minister van Justitie is alleen vol van zichzelf). Maar hij deelt met Daerden wel eenzelfde soort schaamteloze nonchalance. En een wraakroepend gevoel van onaantastbaarheid.
De verklaringen van Geens in de Kamer na de islamistische aanslag in Luik worden een klassieker die naast de ‘Groenboek en witboek’-capriolen van ‘papa’ Daerden kan staan. Zoals Daerden in het beroemde fragment treffend gestalte gaf aan de struisvogelpolitiek rond onze pensioenen, zo geeft Geens nu een gezicht aan de struisvogelpolitiek rond onze Veiligheid.
In een hele reeks interviews na de aanslag heeft Koen Geens bewezen dat hij opnieuw niets geleerd heeft.
Geen spatje schuldbesef
Even recapituleren. Gedetineerde Benjamin Herman bekeert zich tot de radicale islam in de gevangenis, een instelling die valt onder de bevoegdheid van Koen Geens. Ondanks flagrante ontsporingen tijdens eerder penitentiair verlof krijgt Herman toch opnieuw toelating om de gevangenis te verlaten, met de zegen van de administratie van Koen Geens. Dit past perfect in het beleid om de gevangenispopulatie kunstmatig te doen dalen, uitgedacht door Koen Geens. Het gevaar van Herman werd bovendien compleet fout ingeschat door de Staatsveiligheid, die ook al verantwoording aflegt aan Koen Geens.
Alleen een minister die de voeling met de realiteit kwijt is, blijft in deze omstandigheden op post. Alleen een journalistenbende die de voeling met het grote publiek kwijt is, laat het na om zijn ontslag te eisen. Er zijn nu in korte tijd al 3 dodelijke incidenten gebeurd met mensen die op vrije voeten waren, terwijl ze in de gevangenis hadden kunnen en moeten zitten. Een speciale VN-rapporteur verklaarde eerder deze week dat het gevangenisbeleid dé zwakke plek is binnen het Belgische veiligheidsbeleid. Hoeveel meer is er nodig om de minister van Justitie een geweten te schoppen?
Het momentum voor een eventueel ontslag is helaas voorbij. De Justitieminister heeft iedereen in slaap gewiegd met zijn pompeuze taalgebruik en professorale pose. Hij hoeft geen hakbijl meer te vrezen. Openlijk daagt de CD&V-topper nu zijn tegenstanders uit. Geens doet bijvoorbeeld nogal minnetjes over Carina Van Cauter (Open VLD), het enige parlementslid van de meerderheid dat serieuze vraagtekens plaatste bij zijn Justitiebeleid. Echt nederig is Geens toch al nooit geweest, maar je kan zijn bravoure van deze week eigenlijk niet anders dan brutaal noemen.
Sussende Soumission
En dan is er nog zijn houding tegenover de islam. Geens benoemt het jihadistische motief van Benjamin Herman amper. Hij slooft zich liever uit om te benadrukken hoe de raid in Luik niets te maken had met de meeste moslims. Als hij toch bevraagd wordt over het gevaar van de islam (wat natuurlijk niet zo vaak gebeurt), dan haast hij zich om de dreiging van Islamitische Staat te relativeren.
Volgens Geens behoort het moslimterrorisme tot de eeuwige golfslag van de geschiedenis. De jihad is een tijdelijke fenomeen, dat wel zal overwaaien zodra het een beetje rustig wordt in het Midden-Oosten. Onze minister van Justitie beweert dat het Palestijnse terrorisme al niet meer bestaat (iets waar ze in Israël wel anders over denken) en dat er over 15 jaar al helemaal niets meer zal overschieten van heel die heilige strijd voor het eeuwigdurende kalifaat.
Het is beangstigend dat ons Justitieapparaat bestierd wordt door een man die de terreurdreiging bijna weglacht. Als mijnheer Geens echt gelooft dat we de jihadistische dreiging gewoon moeten uitzweten, kunnen we dan van hem doortastende hervormingen verwachten? Terwijl een derde van de Vlamingen zich een vreemdeling voelt in een land dat steeds meer toegeeft aan de mohammedaanse minderheid, laat Koen Geens noteren dat hij Soumission van Houellebecq “onbenullig” vindt.
Geens lijkt blind voor de ware omvang van het probleem “islam”. Dat heeft misschien ook iets te maken met zijn persoonlijke situatie. Zijn eigen dochter is getrouwd met een moslim uit Ivoorkust en uit dat huwelijk zijn ook enkele (klein)kinderen voortgekomen. Het lijkt er sterk op dat onze minister van Justitie zich misschien door die familieliefde laat verblinden als hij het gevaar van de islam moet inschatten.
Apenland
Het is ook niet de eerste keer dat Geens zich vastklampt aan zijn postje. Na de aanslagen van 22 maart stond Jan Jambon (N-VA) klaar om ontslag te nemen. Geens heeft toen hemel en aarde bewogen om dat te beletten, goed wetende dat hij zelf niet zou kunnen aanblijven als de minister van Binnenlandse Zaken zou opstappen.
Ook nu wil de CD&V-er van geen wijken weten. “Volharding op momenten dat het moeilijk gaat, is soms moeilijker dan opgeven“, zei Geens in het parlement en hij trok daarbij een smoel alsof hij eigenlijk een groot offer bracht door minister te blijven. Voortaan hoeft geen enkel regeringslid dus ooit nog ontslag te nemen, want in élke penibele omstandigheid is blijven zitten natuurlijk moeilijker.
Koen Geens kan op het volgende CD&V-feestje plaatsnemen naast Mark Eyskens. In 1991 was Eyskens jr. bevoegd voor Buitenlandse Zaken, toen de Palestijnse terrorist Walid Khaled een Belgisch inreisvisum kreeg. Khaled kon ongestoord kuieren over de Brusselse Grote Markt. In een zeldzaam moment van helderheid en eerlijkheid zei Eyskens daarover: “In elk ander land had ik ontslag genomen, maar niet in dit apenland“.
De druk van de actualiteit volstaat misschien niet om Koen Geens ontslag te laten nemen, maar het oordeel van de geschiedenis zal genadeloos zijn.
Personen |
---|
Klaas Cobbaut (1979) is ambtenaar. Hij heeft weleens gehoord dat zijn thuisstad Aalst niet de mooiste plek ter wereld is, maar dat doet hij af als laster van jaloerse kwatongen. Vanuit zijn ajuinenstad overschouwt hij lokale en vaderlandse politiek.
De cultuuroorlog tegen vermeend racisme eist een nieuw slachtoffer. En deze keer is het niet eens een karikatuur die voor de bijl moet.
Jack London was een veelschrijver én avonturier. Zijn omzwervingen overtuigden hem van de noodzaak van een socialistische samenleving, een idee dat hij verwerkte in zijn boeken.