Goed huwelijk, slechte relatie
Delphine Lecompte en Mauro Pawlowski
Delphine Lecompte en Mauro Pawlowski zijn de Patti Smith en Bob Dylan van de lange landen. Maar als de omstandigheden tegenwerken, versmelt hun beider magie niet.
foto © Guido Lauwaert
Een optreden in Oostende van de Patti Smith en Bob Dylan van Vlaanderen beloofde vuurwerk. Helaas. Er was wel rook, maar geen vuur.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementNiet toevallig ben ik een paar dagen in Oostende en toevallig is er een optreden van het duo Delphine Lecompte en Mauro Pawlowski. Beiden hebben een brandend braambos en nu ze dat samengevoegd hebben wil ik wel eens weten of dat gensters de lucht injaagt en het huis in brand steekt.
Het optreden gaat door…
… op de oosteroever om negen uur ’s avonds in wat ooit een opslagplaats is geweest. De organisator is Zomer in O, een zelfstandige culturele instelling, vermoedelijk een nevenbedrijf van TAZ, Theater aan Zee. Dit jaarlijks theaterfestival gaat voor het eerst in jaren niet door, om redenen die maar al te goed bekend zijn. Een gehele zomerslaap ziet zowel TAZ als Zomer in O echter niet zitten. Groot in omvang kunnen de weinige culturele initiatieven helaas niet zijn, gezien het beperkte aantal toeschouwers dat is toegestaan. Kost en baat moeten elkaar blijven ruiken.
Goed, de hemel is blauw…
… vlakbij is een pretentieloos restaurant met een heerlijke garnaalsalade met frieten. Een Oostendse vriendin heeft een auto en is altijd in voor een culturele uitstap. Na het aflikken van vingers en duimen begeven we ons naar de locatie waar het duel zal doorgaan. Dat blijkt niet in de achterliggende zaal te zijn. Plaats van gebeuren is een braakliggend terrein achter het pand, waar tussen wildgroei een primitief podium is gebouwd. Niks verfraaiing, niet eens een plastic plant of een versleten en bevlekt achterdoek.
Twee microfoons en een partituurstaander vormen het decor. Een paar vrijwilligers controleren de toegangstickets en wijzen de zitplaatsen aan. Ze zijn van goede wil, helaas zonder enige warme uitstraling. Het geheel heeft de sfeer van een rouwdienst bij een uitvaartondernemer. Die indruk wordt versterkt door een stel meeuwen. Door hun gekrijs in samenspel met hun arrogante blik doen ze mij denken aan gieren die ik ooit in India kadavers zag ontmantelen.
De artiesten verschijnen…
… groeten het publiek, Delphine stelt Mauro en zichzelf voor en leest een gedicht. Waarna Mauro een lied zingt, of zijn eigen martelingen, slash, vreugdekreten via zijn elektrisch versterkte gitaar omzet in klanktaal. Om beurt brengen dichter en muzikant een act en dat gaat zo een uur lang door. Leuk, jammer genoeg zonder onder de huid te kruipen. Wat er wel door de poriën dringt, is de avondkoelte. Dekens zijn niet voorhanden zodat het schaarse en verspreide publiek een bibberclub is.
Vergis ik mij als ik denk dat dichter noch muzikant gelukkig waren met de voorstelling? Ik denk het niet. Maar geen van beide is rijk genoeg om na het in ogenschouw nemen van de plaats van gebeuren om te keren en in de stad aan de rol te gaan. The show must go on.
Wat ik tevens miste…
… was een samenwerking, een theatraal liefdesspel tussen beide artiesten. Ik vermoed dat ze er gewoon geen zin in hadden. Want zijn tijd en plaats in harmonie, zou het zeker gebeurd zijn. Delphine Lecompte en Mauro Pawlowski zijn de Patti Smith en Bob Dylan van de lange landen. Maar als de omstandigheden tegenwerken, versmelt hun beider magie niet. En dat gebeurde in Oostende. De toeschouwer hoorde en zag de artistieke levensdrift van beide artiesten. Wat echter niet oprees uit de pot, was een mix van geur en kleur. Zonder deze elementen verliest de schotel sterk aan waarde.
Betekent dit…
… dat mijn waardering voor Lecompte en Pawlowski verminderd is? Au contraire. Ze kwamen, zagen en overwonnen… zichzelf. En stelden het publiek niet teleur.
Teleurstelling was er wel. De oorsprong lag echter elders. Dat er niet eens een bisnummer afkon, was geen belediging van het publiek. Het was een vloek richting organisatie. Bij Zomer in O is de oorsprong van de droevige avond dus te vinden. Ik dacht dat malorganisatie, zoals ik die gekend heb in het artistieke Vlaanderen van de jaren 70 en 80, verdwenen was. Helaas blijkt dat niet het geval te zijn.
Meermaals heb ik meegemaakt dat Steve Austen, de manager van Liesbeth List en Ramses Shaffy, de chauffeur met de artiesten huiswaarts stuurde en zelf ter plekke bleef. Om vervolgens zo dramatisch te lullen dat de Vlaamse organisator een ton wegend schuldgevoel te torsen kreeg. Het honorarium van beide artiesten alsnog uitbetaalde om huiswaarts te kunnen gaan in plaats van afgevoerd te worden naar het gekkenhuis.
Aan mijn kleine teen…
… voelde ik aan wat Delphine Lecompte en Mauro Pawlowski te wachten stond: een goed huwelijk, maar een slechte relatie. Daarom dook ik kort voor aanvang de wildgroei in en plukte wat bloemen. Na afloop gooide ik ze naar de artiesten. Het gebaar versterkte het applaus. En de nog resterende meeuwen schrokken en vlogen teleurgesteld weg.
Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.
Milo Rau vertrekt bij het NT Gent. Hij zag zijn benoeming enkel zag als een tussenstap op de weg naar zonniger bestemmingen.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.