Het impliciete cordon sanitaire van Bart De Wever
Bart De Wever tijdens het N-VA-congres van 14 mei in Antwerpen.
foto © Belga Image
Onze stem is eigenlijk niet meer nodig, schrijft Ignace Vandewalle. ‘Bart De Wever heeft het al geregeld.’
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementU moet niet gaan stemmen, want via de exclusies van de grote leider van N-VA, Bart De Wever, is de coalitie voor een nieuwe Vlaamse regering al in kannen en kruiken. Bart heeft zijn hart op de tong. Het siert hem. Barts parlez vrai legt wel een nieuwerwets, impliciet cordon sanitaire bloot. Geen verankerd in een negatief stigmatiserend verdrag, maar in een verzameling van uitsluitingen.
Voor het geval dat er nog lezers zouden zijn die niet weten wat het cordon sanitaire is, eerst een korte schets. De term komt uit de veehouderij en is een maatregel om geïnfecteerde dieren te isoleren van de rest. Sinds 1999 lezen we in Van Dale bij cordon sanitaire ook ‘geheel van beschermende maatregelen waardoor de invloed van iemand die of iets wat gevaarlijk geacht wordt, wordt ingeperkt.’
Het politieke cordon sanitaire is dan weer een hersenspinsel van Groen-politicus Jos Geysels. Tussen 1989 en de verkiezingen van 1991 probeerde hij tevergeefs om de politieke partijen eensgezind te scharen achter zijn visie van volledige uitsluiting van het toenmalige Vlaams Blok. Pas na de verkiezingen van november 1991 – na zogenaamde Zwarte Zondag – kon hij in november 1992 alle Vlaamse partijen toen vertegenwoordigd in het Vlaams Parlement, overtuigen om zijn stigmatiserende resolutie te steunen. Tegen het Vlaams Belang (opgericht in 2004, red.) werd nooit een resolutie aangenomen. Geen enkele partij is dus op vandaag strikt genomen gebonden aan het pejoratief, stigmatiserend traktaat van Jos Geysels.
Verloren stem
Geysels dacht dat een cordon sanitaire de groei van het Vlaams Blok kon stuiten. Hij dacht dat de Vlaming niet meer voor het Vlaams Blok zou stemmen omdat ze het als verloren stem zouden achten. Maar het Vlaams Blok bleef groeien. We kunnen enkel vaststellen dat de kiesmanipulatie van Groen mislukt is. Tot op vandaag wordt het kiesgedrag niet beïnvloed door het cordon sanitair. In elk geval niet in negatieve zin.
Sommige politici stoten zich geen tweemaal aan dezelfde steen, maar politieke dogmatici rennen liever als lemmingen naar de kiesdrempel dan hun principes te verlaten. In de Afspraak op Vrijdag pleitte Jong Groen-covoorzitter Kilian Vandenhirtz voor een uitbreiding van het cordon sanitaire naar PVDA. Zo zei hij: ‘We zien dat PVDA moeilijkheden heeft om mensenrechtenschendingen van bepaalde regimes te veroordelen. Dit is voor ons een rode lijn.’
In december 2018 pleitte Paul Magnette (PS) dan weer voor de uitbreiding van het cordon sanitaire richting N-VA. Wat noemde Alexander De Croo (Open Vld) alweer de waanzin? Steeds hetzelfde doen en een andere uitkomst verwachten.
N-VA en het cordon
Nadat ze zich hadden losgetrokken van CD&V klonk het richting lokale verkiezingen van 2012 bij N-VA nog manmoedig dat ze categoriek tegen het cordon sanitaire waren. Nogal wat lokale protagonisten lieten zich ontvallen dat een coalitie met het Vlaams Belang overwogen zou worden.
Maar nadat N-VA in 2014 met 30 procent van de stemmen de grootste partij van Vlaanderen werd, nuanceerde de partij snel haar standpunt. Plots klonk het: ‘We zijn principieel tegen een cordon sanitaire, maar het voor de verkiezingen duidelijk uitleggen aan de kiezers dat met partij X niet in coalitie zal getreden worden, moet kunnen.’
Akkoord, want als je op basis van een verkiezingsprogramma of partijprogramma vóór een verkiezing zegt ‘deze partij is momenteel niet compatibel met onze visie en daar gaan we na deze verkiezing niet mee in coalitie’, dan is dat een eerlijke en zelfs democratische stelling.
Maar als je zoals Bart De Wever zegt dat je nooit, in geen honderd jaar, in coalitie treedt met PVDA en hen vervolgens verwijt het restafval van de twintigste eeuw te zijn, dan lijkt dat op een impliciet cordon sanitaire. Het is in elk geval geen plotse beslissing voor één verkiezing.
Vlaams Belang
In een interview in De Zondagliet Bart De Wever noteren dat als Vlaams Belang zijn shit opruimt, hij bereid is om met hen in coalitie te treden. Los van het feit dat ik het omschrijven van mensen als ‘shit’ – in welke betekenis van het woord ook – niet echt kan goedkeuren, vraag ik mij af hoeveel kopstukken en kiezers het Vlaams Belang moet afstoten vooraleer ze voor Bart en N-VA salonfähig zal zijn. Een lijst zou hier nuttig zijn. Niet alleen voor Tom Van Grieken, maar ook voor de kiezer.
De Wever insinueerde in De Zondag ook dat het Vlaams Belang op zichzelf isolationistisch is, en zichzelf uitsluit door niet in te gaan op zijn voorstel tot dieptereiniging. Hij weet als ervaren politicus echter verdomd goed dat Vlaams Belang deze defenestratie niet vlak voor de verkiezingen kan uitvoeren, en dat een snelle purificatie naar een afscheuring en een nieuwe extreme partij zou leiden. Misschien is het Barts ‘verdeel en heers’-tactiek, maar dan met verdelen in de betekenis van verkavelen.
Opnieuw is deze positie-inname een impliciet cordon sanitaire, want een ‘Vlaams Belang Light’ kan realistisch enkel via een uitdoofscenario over een periode van tien tot vijftien jaar. En eerlijk, zal het voor Bart ooit genoeg zijn?
Publiek geheim
Het is een publiek geheim dat N-VA en Groen niet de meest compatibele partijen zijn, en dat het water diep is tussen hen. Ecolo, de Waalse vleugel van de milieu-woke-partij, schakelt N-VA zelfs gelijk met Vlaams Belang en steek de partij achter hun cordon sanitaire. De weerzin is dus wederzijds.
Maar sinds de beleidsdeelname van Groen in de federale regering is Bart De Wever vernietigend voor de groenen en sluit hij een coalitie met hen na 2024 uit. Hier heb ik wel het gevoel, hoogstwaarschijnlijk strategisch ingegeven door diverse lokale coalities met Groen, dat het een uitsluiting voor de verkiezingen 2024 betreft en enkel op regionaal en federaal niveau, terwijl het in het geval van PVDA en Vlaams Belang alle niveaus betreft en niet tijdsgebonden lijkt.
Verkiezingen
Stemmen in juni 2024 heeft dus nog weinig zin, want Bart De Wever heeft als voorzitter van de grootste partij beslist dat hij enkel een coalitie sluit met Vooruit, Open Vld en CD&V. Volgens de laatste peilingen zullen alle drie de partijen noodzakelijk zijn. Federaal zullen dan waarschijnlijk CDH en Defi nodig zijn. Eigenlijk zegt Bart dat een stem voor PVDA, Vlaams Belang en Groen een verloren stem is, want als het aan hem ligt zullen ze niet meeregeren.
Tegen 42 procent van de kiezers (volgens de peiling mei 2023 van VRT/DS) zegt hij nu, een jaar voor de verkiezingen: ‘Jullie stem lust ik niet en krijgt geen kans om te besturen’. Ik respecteer de eerlijkheid van Bart De Wever, nogmaals het siert hem, maar door de omvang van zijn exclusies en het atemporeel karakter ervan, krijgen deze een negatieve en zelfs ondemocratische connotatie.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Ignace Vandewalle (1966) was kabinetsmedewerker van minister Marc Verwilghen en staatssecretaris Vincent Van Quickenborne, parlementair medewerker van Boudewijn Bouckaert en sinds 2019 partij-onafhankelijk parlementair medewerker van Jean-Marie Dedecker. Sinds 2014 is hij zaakvoerder van het onafhankelijk politiek adviesbureau BFELT.
Ignace Vandewalle: ‘Voetbal zet het meest aan tot weddenschappen en piekt tijdens kampioenschappen. Zorgelijk is dat vooral jongeren via illegale websites spelen.’
Het belang van de industrie voor de tewerkstelling neemt af. Maar dat betekent niet dat er geen nood is aan een industrieel beleid.