Catalaanse leiders gaan in hongerstaking
Vreedzame actie voor het vrijlaten van de Jordi’s in Barcelona, 17 oktober.
foto © Reporters
De Jordis zitten intussen al meer dan een jaar in voorlopige hechtenis op onwettige wijze. Zij gaan in hongerstaking.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementJordi Sànchez en Jordi Turull starten een hongerstaking tegen hun voorhechtenis. Zij willen daarmee hun lange verblijf in de gevangenis, zonder veroordeling, aanklagen en het feit dat het Grondwettelijk Hof hun beroep hiertegen niet behandelt.
Grondwettelijk Hof met vinger gewezen
Jordi Sànchez, oud-voorzitter van de onafhankelijkheidsbeweging ANC, en Jordi Turull, minister in de vorige Catalaanse regering Puigdemont, zijn beiden Catalaans volksvertegenwoordiger en zitten respectievelijk sinds 16 oktober 2017 en 23 maart 2018 opgesloten op bevel van het Spaans Hooggerechtshof. Ze worden beschuldigd van ‘rebellie’, dat als ‘opstand met geweld’ wordt gedefinieerd in het Spaans strafwetboek. De Spaanse openbare aanklager, benoemd door de regering van Pedro Sánchez (PSOE), ijvert 17 jaar gevangenis tegen Jordi Sànchez en 16 jaar tegen Jordi Turull (voor een algemeen overzicht van de beschuldigingen, klik hier).
Beide Catalaanse leiders klagen vooral de ‘dubbele moraal’ van het Grondwettelijk Hof aan, dat zich weigert uit te spreken over het beroep van beide politici tegen hun voorlopige hechtenis. Volgens de doctrine van het Grondwettelijk Hof en de Spaanse wetgeving, heeft het Grondwettelijk Hof 30 dagen de tijd om zich uit te spreken over de wettelijkheid van een voorlopige hechtenis. Turull en Sànchez vragen daarbij niet dat het Grondwettelijk Hof zich positief — of negatief — uitspreekt over hun beroep, maar dat het zich gewoon uitspreekt. Het beroep van beide volksvertegenwoordigers ligt ondertussen al meer dan een jaar stof te vergaren op de bureaus van dit Hof.
Straatsburg wordt beslissend
Zowel de Spaanse instellingen als de Catalaanse politieke gevangen hebben hun juridische strategie al bepaald in het kader van een beroep aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg. Laatst nog oordeelde dit Hof tegen Turkije in de soortgelijke zaak van de Koerdische oppositieleider Selahattin Demirtaş, die daar al twee jaar in voorhechtenis zit. Het EHRM eist de onmiddellijke vrijlating van Demirtaş. Spanje mag zich dus aan een gelijkaardige uitspraak verwachten. Door geen uitspraak te vellen over het beroep van Sànchez en Turull, blokkeert het Grondwettelijk Hof dus de weg naar Straatsburg.
De twee Catalaanse volksvertegenwoordigers klagen voorts aan dat het vermoeden van onschuld, het recht op vrijheid, politieke rechten en het recht op een eerlijk proces worden geschonden. Het Grondwettelijk Hof vindt de hongerstaking dan weer van een ‘ontoelaatbaar drukkingsmiddel’. De Spaanse eerste minister, Pedro Sánchez, ziet geen probleem in het handelen van het Grondwettelijk Hof en wijst naar de scheiding der machten en de onafhankelijkheid van het Spaans gerecht. Nochtans zit Spanje ook hier met een probleem. Het gebrek aan een onafhankelijk en neutraal gerecht wordt door de Raad van Europa al jaren aangeklaagd. Het herinnerde er Spanje recent ook aan dat het nog steeds zijn aanbevelingen hieromtrent niet doorvoerde.
‘PP controleert het Hooggerechtshof van achter de schermen’
Om het nog erger te maken, lekte twee weken geleden uit dat de socialistische PSOE en de conservatieve Partido Popular het op een stilzwijgend akkoord hadden gegooid voor de verdeling van toprechters tussen de twee partijen. De woordvoerder van de PP in de Senaat, Ignacio Cosidó, zond een WhatsApp-bericht naar zijn collega’s. In dit onthutsend bericht stond letterlijk de verdeling van rechters tussen PP en PSOE, te benoemen voor het Hooggerechtshof en de Algemene Raad van de Rechtelijke Macht. Zo werd voor het eerst zwart op wit duidelijk wat door velen al lang werd vermoed: hoge rechters worden in Spanje op basis van hun ideologisch profiel door PP en PSOE geselecteerd en benoemd. In elk ‘normaal’ democratisch land zou dit ongetwijfeld voor een zware crisis en vertrouwensbreuk in de belangrijkste instellingen van het land hebben gezorgd. In Spanje niet dus.
Alsof dat nog niet genoeg was, pochte Cosidó er ook over dat de PP de ‘Tweede Zaal’ van het Hooggerechtshof zou controleren en het voorzitterschap van ‘Zaal 61’ zou binnenhalen. Zaal 61 heeft de bevoegdheid om politieke partijen buiten de wet te stellen, terwijl de Tweede Zaal verantwoordelijk is voor het berechten van volksvertegenwoordigers, senatoren en ministers. Met andere woorden heeft de PP het gerechtelijke lot van de Catalaanse onafhankelijkheidsleiders in handen.
Internationaal protest tegen voorhechtenis ‘Jordis’
Spanje maakt geen goede beurt onder de internationale mensenrechtenorganisaties. Amnesty International eiste vorige week nog maar eens de onvoorwaardelijke vrijlating van Jordi Sànchez (ANC) en Jordi Cuixart (Òmnium Cultural). Human Rights Watch deed dat al en aan deze oproep hebben zich nu ook o.a. de Wereldorganisatie tegen Foltering en Frontline Defenders gevoegd. Amnesty International kondigde ook aan de processen tegen de Catalaanse leiders te zullen ‘monitoren’.
In eigen land vinden de Catalanen niet alleen expliciete steun bij Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans en Mark Demesmaeker, die in het Europees Parlement al jaren ijvert voor de Catalaanse zaak. Ook Sander Loones, nieuwbakken Belgisch minister van Defensie, sprak op Twitter zijn verontwaardiging uit over de lange voorhechtenis van de Catalanen, zonder veroordeling noch rechtszaak.
Voor meer Doorbraak-berichtgeving over Catalonië, klik hier.
Tags |
---|
Christophe Bostyn is Spanje- en Cataloniëkenner. Hij volgt de Spaanse en Catalaanse politiek op de voet en publiceert daar regelmatig over.
Spanje krijgt Carles Puigdemont maar niet te pakken. Ondertussen maakt het zich ‘belachelijk’ aldus een triomfantelijke Puigdemont.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.