Johan Creten schittert in museum Beelden aan Zee
Expo ‘Naked Roots/Naakte Wortels’ in Scheveningen
Johan Creten in Beelden aan Zee
foto © Johan Creten / BAZ
De Belgische beeldend kunstenaar Johan Creten stelt tentoon in het museum Beelden aan Zee in Scheveningen.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe Belgische beeldend kunstenaar Johan Creten is, na decennia van keihard timmeren aan de weg op hoog niveau, nog steeds geen sant in eigen land. In het buitenland heeft hij al jaren een onverwoestbare reputatie, maar bij ons is zijn naam nog lang niet doorgedrongen bij het grote kunstpubliek.
Nochtans is hij de eerste, nog levende Belgische kunstenaar die – van 1 december 2005 tot 20 februari 2006 – in het Louvre tentoonstelde, nog vóór Jan Fabre. Vijf jaar eerder, in 2001, mocht hij zelfs zijn eigen expo samenstellen in het Bass Museum of Art in Miami. In België pakte hij met zijn werk uit in musea zoals het Museum Dhondt-Dhaenens (‘Fire-Works’, 2012-2013) en het Middelheimmuseum (‘De Storm’, 2014).
Tentoonstellen in het commerciële kunstcircuit doet Creten bij galeries met wereldfaam zoals Perrotin en Almine Rech. Bij ons vertegenwoordigt de bescheidener Mechelse galerie Transit zijn werk. Creten, die Parijs als uitvalsbasis heeft, stelt nog tot 23 september onder de titel ‘Naked Roots/Naakte Wortels’ een vijftigtal sculpturen tentoon in het Nederlandse museum Beelden aan Zee in Scheveningen. Het is zijn eerste museale solotentoonstelling bij onze noorderburen. Ze bevat werken gemaakt tussen 1986 en 2018 en kan daarom als een kleine retrospectieve beschouwd worden, al was dat niet echt de bedoeling.
Museum Beelden aan Zee
Museum Beelden aan Zee – een ontwerp van de Nederlandse architect Wim Quist – bevindt zich vlak bij het Scheveningse strand, op een steenworp van het Kurhaus. Het opende in 1994 zijn deuren om de beeldenverzameling van Theo Scholten en Lida Scholten-Miltenburg aan het publiek te tonen. In 1966 kocht het echtpaar hun eerste sculptuur, waarmee het de basis legde voor een uitgebreide collectie. Museum Beelden aan Zee is het enige museum in Nederland dat zich uitsluitend op de beeldhouwkunst richt. Naast werken uit de vaste collectie zijn er jaarlijks toonaangevende exposities te zien van gerenommeerde (inter)nationale kunstenaars. Tot de collectie van het museum behoren werken van onder anderen Karel Appel, Stephan Balkenhol, Tony Cragg, Berlinde De Bruyckere, Giacomo Manzú en Ossip Zadkine.
Voorloper in de revival van de keramiekkunst
Johan Creten (1963, Sint-Truiden) wordt samen met Lucio Fontana (1899-1968) en Thomas Schütte (1954) beschouwd als een voorloper in de revival van keramiek binnen de moderne en hedendaagse kunst. De grote verdiensten van deze kunstenaars is dat ze de keramiekkunst uit de sfeer van de ambachtelijke kunstnijverheid haalden en ze implementeerden in de wereld van de moderne en hedendaagse kunst als volwaardige, autonome kunstwerken die op gelijke hoogte staan met wat door de kunstkritiek en het publiek zonder voorbehoud als ‘ware’ beeldende kunst wordt aanzien. Noem Creten overigens geen keramiekkunstenaar, want die omschrijving vindt hij terecht te beperkend. De kunstenaar voert zijn werken niet alleen uit in keramiek, maar tevens in brons en kunststof. Hij maakt eveneens tekeningen en aquarellen, die veelal fungeren als notities bij zijn keramische creaties. Noem Creten dan ook een beeldend kunstenaar zonder meer.
Clay Gipsy
Johan Creten heeft er een uitgebreid opleidingsparcours op zitten. Hij volgde eerst een opleiding plastische kunsten aan de Provinciale Normaalschool te Tienen, vervolgens schilderkunst aan de Academie te Gent (waar hij twee jaar Karel Dierickx als docent had) en tegelijkertijd avondcursussen keramiek bij Carmen Dionyse aan dezelfde academie. Met een studiebeurs van de Franse Staat bekwaamde hij zich daarna in de beeldhouwkunst aan de École des Beaux-Arts te Parijs.
Tussen 2000 en 2003 werkte hij op uitnodiging in het Museum of Art in Miami en van 2004 tot 2007 vervolmaakte hij zich in de keramiekkunst in de wereldberoemde Franse porseleinfabriek Manufacture nationale de Sèvres. Daar ontwierp hij onder meer vrouwentorso’s in biscuit-porselein, opgebouwd aan de hand van ontelbare, door hemzelf gemodelleerde bloempjes en bloemblaadjes – werk waarmee hij heel wat succes oogstte. Tussendoor en daarna verbleef hij als resident aan de Rijksacademie in Amsterdam en leidde hij een zwervend kunstenaarsbestaan tussen Miami, Monterrey (Mexico), Kohler (Wisconsin, VS) en de Villa Medici in Rome.
Overal waar hij verbleef – minstens drie maanden, maximum drie jaar – liet hij zich inspireren en maakte hij werk. Jan Teeuwisse, algemeen directeur van museum Beelden aan Zee, noemt Creten in de inleiding van de catalogus dan ook niet onterecht een ‘Clay Gipsy’. Wellicht zijn al die buitenlandse verblijven debet aan zijn relatieve onbekendheid in eigen land. In ‘The New York Times’ van 8 mei 2013 schreef de kunstcritica Claudia Barbieri onder de veelzeggende titel ‘Flemish Artist Carves a Niche in Clay’ het volgende over Cretens werk: ‘His sculptures inhabit a space between worlds, an intercept of surreal and expressionist erotic dream and brutal physicality.’ Laten we die uitspraak even onder de loep nemen in de context van Cretens expo.
Verrassing en verwildering
In de grote zaal waar tijdelijke tentoonstellingen plaatsvinden, evenals op enkele buitenterrassen, staat een bonte mengeling van grote en kleine sculpturen kriskras door elkaar. Het lijkt op het eerste gezicht wel een rariteitenkabinet. Kleurrijke figuratieve, antropomorfe en abstracte beelden in diverse materialen en formaten schreeuwen om de aandacht van de toeschouwer. Waar eerst te beginnen in deze onstuimige zee van creativiteit? Bij de metershoge bronzen sculpturen van vleermuizen, aalscholvers en gieren of bij de zwaar geglazuurde keramische vrouwentorso’s? Of zullen we gemakkelijkheidshalve onze tocht doorheen de expo starten bij de werken die aan de muren bevestigd zijn, zoals bij een schilderijententoonstelling? Vragen waarop niet meteen een antwoord te geven is. Eerst dient bekomen te worden van een combinatie van verrassing en verwildering. Gedachten ordenen. De chaos de baas blijven. Door het bos opnieuw de bomen zien. Om vervolgens tot de vaststelling te komen dat er zich her en der in de zaal identieke, maar telkens anders gekleurde objecten bevinden die eruitzien als bolders waaraan in havens schepen met trossen worden vastgelegd.
Een blik in de catalogus werpen, waarin duidelijk wordt dat het om gepatineerde bronzen ‘points d’observations’ of ‘viewpoints’ gaat: strategisch opgestelde sculpturen waarop bezoekers kunnen plaatsnemen om de ‘echte’ sculpturen in de zaal zorgvuldig te observeren, te ontleden, in zich op te nemen en in te ademen als een bedwelmend gas. Nu onze blik gefocust is, zien we pas dat vrijwel elke sculptuur zijn eigen bolder heeft. En dat er zich tussen al die keramiek en al dat brons objecten bevinden die onmogelijk van de hand van Johan Creten kunnen zijn.
Nogmaals een kijkje nemen in de catalogus. Het blijkt om ‘historische stukken’ te gaan, negen in totaal, afkomstig uit de privécollectie van de kunstenaar, die hem direct of indirect inspireerden tot eigen werk. En nogmaals van de ene verrassing in de andere vallen. Er zijn stukken bij die duizenden jaren oud zijn, zoals een albasten kop op een houten sokkel uit Arabië, gemaakt ergens tussen een eeuw vóór en een eeuw na Christus. Of een ivoren torso uit Alaska, vervaardigd tussen 300 jaar vóór en 100 jaar na Christus. Maar ook recenter werk, zoals een bronzen figuur van de Franse beeldhouwer Louis-Ernest Barrias (1841-1905), die de invloedrijke Franse pottenbakker en pionier van keramiek- en glazuurtechnieken Bernard Palissy (1510-1590) voorstelt, voor wie Creten een grote bewondering heeft.
Le condor/Le con-dort
Tijd om enkele belangrijke werken van Creten nader te bekijken. Het massieve beeld ‘Miami Eagle/Le condor (Le con-dort)’ uit 2003 treft om verschillende redenen. Het is een in bruine tinten geglazuurd keramisch werk van een staande condor van 140 x 90 x 61 cm die geplaatst is op een houten podium. Het dier kijkt met toegevouwen vleugels recht voor zich uit, als een sfinx. Zoals hij in de expo voor je staat, straalt hij macht uit – een van de vele motieven in Cretens werk, naast andere zoals politiek, racisme, seksualiteit en sociaal engagement.
De titel van het werk is meervoudig te duiden. ‘Miami Eagle’ verwijst naar de plek waar de kunstenaar het beeld maakte, met name in de White Studio in Miami (Florida, VS). ‘Le condor’ refereert niet alleen aan de aasetende roofvogel, maar ook aan een gelijknamig café in Schaarbeek waarvan een foto in de catalogus staat, terwijl het tussen aanhalingstekens geplaatste ‘Le con-dort’ vrij vertaald als volgt luidt: ‘de klootzak slaapt’. Creten houdt van dergelijke taalspelletjes en dubbelzinnigheden in de titels van zijn werken.
Nog andere beelden in zijn expo getuigen daarvan, zoals ‘Le baiser’ uit 2013. Het betreft een gepatineerd bronzen beeld van 211 x 49 x 46 cm. Een verticale, antropomorfe sculptuur op een sokkel die uit twee identieke helften samengesteld is, waarvan de bovenste omgekeerd op de onderste staat, met een kleine ovale opening ertussen. ‘Le baiser’ betekent ‘De kus’, maar het werkwoord ‘baiser’ betekent naast ‘kussen’ ook ‘naaien, neuken’. Van het controversiële werk gaat een sterk erotiserende werking uit. Hetzelfde geldt voor ‘De hanen – Les Coqs’, een werk uit 1994 in geglazuurd terracotta dat twee parende hanen toont – net als ‘Le baiser’ een ludieke verwijzing naar homoseksualiteit? Humor is hoe dan ook nooit ver weg in Cretens oeuvre.
Femmina
En dan zijn er de ‘femmina’s’ (‘femmina’ is Italiaans voor ‘vrouw’): ‘La Femmina’ (1992), ‘Odore di Femmina – La Rafele’ (2006) en ‘Odore di Femmina – Les trois trous’ (2014-2015). Vrouwentorso’s volledig bedekt met bloemen die Creten één voor één zelf vormgaf in klei. ‘Odore di Femmina’ is als titel afkomstig uit Mozarts opera ‘Don Giovanni’. Creten: ‘Op een bepaald moment als hij [Don Giovanni, nvdr] alleen is, snuift hij plots en zegt “Odore di Femmina” – het gaat niet over parfum – het is veel complexer dan geur – het is ook bloed. Het is ook menstruatie. Het is ook verleiding, maar ook verval. Het is geboorte, maar het is ook veel andere dingen.’
Voor Creten, zo stelt curator Joost Bergman in zijn uitstekende en verhelderende essay in de catalogus, ‘straalt een vrouwentorso schoonheid en tegelijkertijd gevaar uit. In werkelijkheid zijn de ogenschijnlijk fragiele, verleidelijk gemodelleerde bloemen inderdaad vlijmscherp. Ze lijken qua vorm een beetje op mosselschelpen, waardoor ook een vergelijking met het vrouwelijk geslachtsorgaan wordt gemaakt.’
Van dezelfde orde is het beeld ‘La Femmina’, dat uit twee delen bestaat: een knalrode sokkel in de vorm van een vrouwenbekken waarop een bloemensculptuur is geplaatst waarvan de bloemen andermaal op mosselschelpen lijken. Bergman: ‘Voor Creten zit daar […] het woordspel ‘mossel’ en ‘mal’ aan vast, in de Franse taal beide moule genoemd. Dat is een hint naar het werk van de Belgische kunstenaar Marcel Broodthaers (1924-1976) die met dezelfde woordspeling bezig was.’
Een veelheid aan referentiekaders
Al de voorgaande voorbeelden in acht genomen, moet het stilaan duidelijk zijn dat het universum van Johan Creten geworteld is in een veelheid aan historische en hedendaagse referentiekaders. De titels van zijn werken alleen al spreken wat dat betreft boekdelen. ‘Aus dem Serail’ (2016-2017) verwijst naar ‘Die Entführing aus dem Serail’, een zangspel van Mozart in drie bedrijven. ‘The Vivisector’ (2012) alludeert op de gelijknamige roman uit 1970 van de Australische schrijver Patrick White, die in 1973 de Nobelprijs voor Literatuur ontving, terwijl ‘En attendent les Égyptiens’ (2001) onmiddellijk doet denken aan het absurdistische toneelstuk ‘En attendant Godot’ (1952) van de Ierse schrijver Samuel Beckett, ook al een winnaar van de Nobelprijs voor Literatuur (in 1969).
Creten: ‘Mijn werk is niet één ding, één concept of één wereld. Het is zoals de gelaagdheid van wat er omgaat in ieder van ons.’ Met die uitspraak benadrukt hij de vrije, interpreterende rol van de beschouwer bij het proberen te duiden van zijn werk, en stuurt hij aan op het verkrijgen van een band ermee.
De symbolisch gekozen expotitel ‘Naked Roots/Naakte Wortels’ is al even meerduidig als sommige van Cretens afzonderlijke werken. Hij verwijst niet alleen specifiek naar de grondslag van Cretens beelden, maar spreekt ook over meer algemene thema’s zoals oorsprong, herkomst, de plaats van het individu in de geschiedenis en intermenselijke verhoudingen – thema’s die veelvuldig in zijn oeuvre opduiken. Deze expo spreekt ook over de wortels van wie we zijn als individu en hoe we fungeren als gemeenschap. Tevens is het thema gelieerd aan klei als een van Cretens belangrijkste grondstoffen, maar ook aan de aarde, aan een voedingsbodem en dus ook aan vruchtbaarheid.
Ongrijpbaar in zijn mysterieuze aantrekkingskracht
Tot slot citeer ik nog een uitspraak van een niet bij naam genoemde kunstcriticus over Cretens werk, zoals hij is opgenomen in de laatste editie van Paul Pirons onmisbare naslagwerk ‘De Belgische beeldende kunstenaars van de 19e tot de 21e eeuw: ‘In de beelden van J.C. [Johan Creten, nvdr] flitsen betekenissen, associaties en verwijzingen over en weer. Hier zien we de schoonheid van het leven, daar het genot van de liefde, nog elders het verraderlijke van de dood.’
Zoveel is dan ook zeker: het werk van Johan Creten is niet voor één gat te vangen, en net die onmogelijkheid om zijn werk vast te pinnen als een vlinder maakt het zo aantrekkelijk. Ongrijpbaar in zijn mysterieuze aantrekkingskracht komt het op ons af als archetypen die ons uitdagen om heden en verleden beter te begrijpen. Grote kunst!
Museum Beelden aan Zee
Harteveltstraat 1, 2586 Den Haag (Scheveningen)
[email protected]
www.beeldenaanzee.nl
De catalogus Naked Roots/Naakte Wortels van Johan Creten is een coproductie van museum Beelden aan Zee, Den Haag, en uitgeverij Lannoo, Tielt, 2018, 135 blz., € 39,99. ISBN: 978 94 014 5512 1. De teksten zijn in het Engels en Nederlands.
Patrick Auwelaert (1965) schrijft recensies, artikels en essays over literatuur, muziek en beeldende kunsten.
In Waasmunster kan je nog tot 17 december kennismaken met een 25-tal vertegenwoordigers van de Dendermondse Schildersschool.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.