Geen klimaatopwarming de laatste 20 jaar
Klimaat – opwarming
foto © Reporters
Regeringen en klimaatinstanties zitten vast in een paradigma dat de mens aanduidt als aanstoker van de opwarming van het klimaat. Maar klopt dat wel?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementEr wordt veel gezegd, geschreven en beweerd over de klimaatopwarming. Maar wat weten we? We overlopen enkele vragen.
- Opwarming? Ja, ongeveer 0,9°C vanaf 1850 tot vandaag 2018. Maar geen significante opwarming meer laatste 20 jaar.
- Oorzaak opwarming is CO2? Helemaal niet zeker.
- Is er 97% consensus over de oorzaken van klimaat opwarming? Nee, het is eerder 48 % (2016-studie van Prof.dr.von Storch)
- Zijn klimaatmodellen voldoende betrouwbaar? Nee, er is een groot probleem met wolken feedback effect en oceaanstromingen
Figuur-1: Laatste 20 jaar geen significante opwarming, wel forse toename van CO2, bekijk zelf de feiten
De 17-jarige pauze in de globale opwarming tussen 1997 en 2014, werd bevestigd in een officieel rapport door de Meteorologische dienst van de UK (Met Office). Deze dienst is medeverantwoordelijk voor de meest gebruikte databank (HADCRUT) van de globale temperatuur.
Een update van de temperatuurwaarnemingen vanaf 1997 tot augustus 2018 levert het resultaat zoals hierboven weergegeven in figuur-1:
- Geen opwarming tussen 1997 en 2014 met een gemiddelde temperatuur van 14,5 °C
- Opwarming in 2015 en 2016 tot ongeveer 14,8 °C
- Daling in 2017 en eerste helft 2018 tot 14,7-14,6 °C
- De variatie tussen 2015 en vandaag is natuurlijk te kort in tijd om nu reeds over een significante trend te spreken. Wat wel zeker vast staat is dat er geen opwarming was tussen 1997 en 2014: een periode van 17 jaar met forse stijging van CO2-uitstoot
De HADCRUT globale temperatuur databank is de referentie voor klimaatwetenschappers; de gegevens worden bijgehouden door Hadley Weer Office (Met Office UK) in samenwerking met de Climate Research Unit van East Anglia Universiteit (UK). Vandaar de naam HADCRUT…
Afwijkende temperaturen
De data set van HADCRUT werkt met een 30-jarige referentieperiode van 1961 tot 1990 met een gemiddelde globale temperatuur van ongeveer 14°C tijdens de referentieperiode. Omdat het weinig zin heeft om de zomertemperatuur in Australië op te tellen bij de wintertemperatuur in België om een gemiddelde globale temperatuur te berekenen, werkt de HADCRUT-dataset met temperatuur-‘anomalieën’. Deze ‘anomalieën’ of afwijkingen worden berekend door de lokale temperatuur te vergelijken met de gemiddelde temperatuur van de referentieperiode en het verschil (+ of -) te registreren als globale temperatuur anomalie.
HADCRUT gebruikt daarvoor een gridbox systeem voor de ganse aardbol waarbij de vele landmeetstations gemengd worden met de gemeten temperatuur van de bovenste laag van oceanen.
De gegevens van HADCRUT zijn vrij beschikbaar op het internet. Ik heb de gegevens (een download van 2 Augustus 2018) over de afwijkingen omgezet in een gemiddelde jaarlijkse globale temperatuur voor de laatste 20 jaar, in figuur-1.
Figuur-1 gebruikt dus exact dezelfde gegevens als in de officiële publicaties van Met Office. Ik was wel zo vrij en stout om de “temperatuur anomalieën” om te zetten in een globale temperatuur en de verticale ”uitgetrokken” as (verschillen van amper 1°C) van Met Office om te zetten in een meer normale as.
Figuur 2: officiële publicatie van HADCRUT-temperatuur anomalieën:
Tijdens dezelfde periode van 17 jaar, zonder stijging van de temperatuur, is de uitstoot van CO2 versneld toegenomen, zoals weergegeven in Figuur-3:
Figuur-3: versnelde stijging van CO2 vanaf 1960:
Deze twee feiten: versnelde stijging van CO2-uitstoot en geen stijging van temperatuur, gedurende een periode van 17 jaar, ondermijnen de besluiten van het Intergouvernementeel Panel on Climate Change, IPCC, dat beweert dat het nu duidelijk en zeker is dat de mens door de uitstoot van CO2 de grootste schuldige is voor de opwarming van het klimaat sinds 1950.
De IPCC-rapporten zijn de Bijbel voor internationaal klimaatbeleid. Helaas, de Bijbel is vervormd tot een sterk politiek gekleurd klimaat paradigma waarbij alle tegenstrijdige feiten en alternatieve interpretaties worden genegeerd.
Sinds Kyoto kan men het standaard klimaat paradigma als volgt samenvatten:
Het 1-2-3 Klimaat Paradigma
- Het klimaat warmt op. De wetenschap is er zeker van.
- Opwarming wordt veroorzaakt door stijging van CO2 uitstoot. De mens is schuldig.
- Opwarming is alarmerend. Er gebeuren ongeziene catastrofen als we niks doen.
Het klimaat-paradigma werkt heel efficiënt waardoor de complexe wetenschappelijk onzekerheden omgetoverd worden in eenvoudige ‘zekere’ uitspraken. Zodat beleidsmakers en politici niet te veel worden lastiggevallen met verwarring stichtende alternatieve interpretaties van de feiten. Zodat onze beleidsmakers actie kunnen ondernemen. En als goede politici voelen ze zich geroepen en verantwoordelijk om iets te doen: namelijk klimaatplannen door hun administratie laten opstellen om C02-uitstoot te verminderen, klimaat onderzoeksprojecten te financieren, en, begrijpelijk gezien het begrotingsevenwicht, belastingen heffen op basis van CO2-uitstoot.
Onze beleidsmakers hebben geen tijd om die vele IPCC technische rapporten te lezen, laat staan om deze complexe materie te begrijpen. De meeste medewerkers van politici en de meeste journalisten springen maar al te graag op de alarmerende klimaat trein: het levert goede verhalen en zeg nu zelf: wie wil er nu niet de aarde redden?
Voor klimaatwetenschappers is het blijven functioneren van het 1-2-3 klimaat-paradigma de belangrijkste bron van inkomsten voor hun job. Ook elke regering ter wereld heeft wel een klimaatafdeling toegevoegd aan haar administratie. Klimaat is de nieuwe hype. Klimaat is immers big business geworden op wereldschaal.
Klimaatbusiness
Er is ondertussen een klimaatbudget op VN-niveau beschikbaar van meer dan 10 miljard euro. Zoals gebruikelijk, ontwikkelingslanden willen ook meer en meer een deel van het klimaatgeld binnen krijgen. Zij voelen zich goed in hun slachtofferrol. Het brengt geld op. De beste manier om meer klimaatgeld te krijgen is heel eenvoudig: als er ergens grote schade is aangebracht door een overstroming, droogte, hittegolf of tornado, dan gebruik je automatisch het 1-2-3 klimaat-paradigma als oorzaak van het kwaad…
Er is ook de vaststelling dat klimaatwetenschappers en hun universiteiten het beste hun onderzoek kunnen financieren als ze ‘iets’ vinden dat mogelijk een groot gevaar kan betekenen voor de maatschappij. Daarna is er natuurlijk de noodzaak om dat ‘iets’ beter te begrijpen en te bestuderen waarvoor uiteraard meer geld nodig is voor meer klimaat onderzoeksprojecten.
Iedere wetenschapper die de Bijbel en het 1-2-3 Paradigma van IPCC in vraag durft te stellen wordt geklasseerd als ‘ontkenner’ betaald door ‘big-oil’ of andere industrie. De meeste kritiek op de bevindingen van het IPCC komt dan ook van oudere semi-gepensioneerde klimaatwetenschappers die geen druk meer hebben om op zoek te gaan naar financiering voor hun onderzoeksprojecten.
Mijn boodschap voor beleidsmakers is eenvoudig en duidelijk:
- IPCC zit vast in het hogergenoemde 1-2-3 paradigma en is niet meer in staat om tegenstrijdige feiten (geen opwarming) naar waarde in te schatten.
- IPCC houdt onvoldoende rekening met de vele onzekerheden in het klimaatonderzoek.
- IPCC boodschap in de Samenvatting voor Beleidsmakers is sterk gefilterd door het paradigma en wordt niet onderbouwd door de klimaatfeiten van de laatste 20 jaar.
In twee volgende bijdragen wordt dieper ingegaan op enerzijds de complexe klimaatproblematiek en de bijbehorende sterk politiek gefilterde besluitvorming en anderzijds op de vaststelling dat klimaatmodellen onvoldoende betrouwbaar zijn om te dienen als bewijsmateriaal of als basis voor klimaatbeleid.
De auteur is doctor in de wetenschappen (fotochemie, fotofysica) met een baccalaureaat in de (wetenschaps-)filosofie.
Karel Van Butsel: ‘Wij zouden begrijpen dat ouders als Jozef en Maria zich misschien afvroegen of ze wel in staat zouden zijn om in die benarde omstandigheden een kind op te voeden.’
Broeder René Stockman spreekt open over de toekomst van de kerk, het synodaal proces en misbruik.