JavaScript is required for this website to work.
post

Toch klimaatopwarming de laatste 20 jaar?

Geert Hauchecorne7/9/2018Leestijd 4 minuten
De oceanen warmen op en het ijs smelt.

De oceanen warmen op en het ijs smelt.

foto © Reporters

Volgens Geert Hauchecorne is er wel degelijk sprake van klimaatopwarming, de data van de watertemperatuur in de oceanen tonen dat aan.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Vorige week kon ik in een bijdrage op Doorbraak over het klimaat volgende straffe quote lezen:

 Ik wil zelfs niet moeilijk doen over de vele temperatuurmetingen op zee door reguliere handelsschepen en militaire vaartuigen die, als bijverdienste of onderdeel van hun job, met een emmer water scheppen om de temperatuur van de bovenste oceaan laag te meten.

Boeien

Dit was mogelijk zo, toen de auteur zijn laatste artikel gelezen had over welke metingen in de oceanen nu gebruikt worden (heel lang geleden). Maar ondertussen is er de satellietmeting, zijn er drijvende boeien (op 1 mei 2018 is de 25.000ste drifter uitgezet tijdens de Volvo zeilreis rond de wereld) en die meten stroming, temperatuur, zoutgehalte enzovoort, aan het oceaanoppervlak. Er zijn 3.800 Argo-boeien die deze metingen doen op 1.000 & 2.000 meter diepte. Daarnaast zijn er de vastgemeerde Triton-, Pirata- en Rama-boeien die respectievelijk el Niño, orkanen in de Caraïben en de moesson rond de Indische oceaan helpen voorspellen. Tot slot zijn er vaste boeien geplaatst om de invloed van de smeltende Groenlandse ijskap op de noordelijke Atlantische zeestromingen in kaart te brengen. Kortom, de laatste 20 jaar is er erg veel extra geweten over wat in de oceanen gebeurt.

Vooral de Argo-boeien, die sinds 2004 de bovenste 2.000m van de oceanen monitoren leveren een enorme bijdrage. En zoals iedereen waarschijnlijk weet beslaan de oceanen 71% van het aardoppervlak. Sinds 1970 absorberen de oceanen 93% van de extra ingestraalde zonnewarmte. Wanneer er over de opwarming van het klimaat wordt gesproken, denkt bijna iedereen enkel aan het aardoppervlak, de zone waar we leven. Maar slechts 7% van die extra straling wordt opgenomen door het aardoppervlak en daarvan is dan nog 2/3e zee.

Water, aarde en lucht

Nu gedraagt warmte zich anders in water dan in lucht. Zet een grote lege pot op een kookplaat en warm die een uurtje op het hoogste vuur. Je gaat zonder veel probleem je hand in die lege pot kunnen blijven houden. Vul nu die pot met water en na een uurtje zal dat water wel koken. Ga je nu nog je hand in die pot houden? We hadden een erg warme zomer met een piek van meer dan 35°C op 26/7 maar ‘s nachts daalde de temperatuur tot 22°, 13° verschil. Maar het zeewater, dat bleef dag & nacht gewoon rond de 20°C. Waarom zit er water in je chauffagebuizen en geen lucht?

Dus, anders dan bij de sterk variërende gemiddelde oppervlaktetemperaturen, zie je de globale oceaantemperatuur maar geleidelijk stijgen. Toch worden er enorme hoeveelheden warmte opgenomen en sinds 1970 zien we daar dezelfde hockeystick als bij de klimaatgrafieken (voor 1958 bestonden deze metingen niet in de oceanen)

Geert Hauchecorne

Klimaatinvloed?

Maar hebben deze ogenschijnlijk geringe veranderingen in de oceaantemperaturen nu invloed op ons klimaat? Zeker wel. Misschien de sterkste natuurlijke fluctuatie in het klimaat is het el Niño proces. El Niño refereert naar een periode waarbij het oppervlaktewater in het midden van de Stille Oceaan, tussen Zuid–Amerika en Australië, warmer is dan normaal. Daartegenover, wanneer een La Niña periode optreedt, is het oppervlaktewater kouder dan normaal. Tussen deze twee liggen zogenoemde neutrale periodes. Nu lijkt de Stille Oceaan misschien ver van ons bed. Maar we leven op een bol en het ging hier over of het klimaat al dan niet opwarmt.

Waarom volgt het klimaat nu niet mooi de trendlijn van de stijgende CO2 in de atmosfeer en de klimaatmodellen? De oceaan met el Niño/ la Niña is (een deel van) het antwoord. Om mijn stelling een beetje toegankelijk te maken heb ik er voor gekozen om alles grafischer voor te stellen. Ik heb er voor gekozen om een periode van iets langer dan 20 jaar (1992 tot nu) te bekijken om enkele sterkere en enkele zwakke periodes te kunnen bekijken (en niet te starten in 1998). Dus een periode van 1992 tot nu en dus iets langer dan 20 jaar. Figuur 2 toont Niño-periodes van 1992 tot nu.

Geert Hauchecorne

Globale temperatuurstijging

De sterke el Niño-/la Niña-periodes heb ik nu uitgezet over de grafiek met de afwijking in jaartemperatuur. Nu zien we duidelijk dat elke sterke temperatuurstijging aan het aardoppervlak samenvalt met el Niño (oranje pijl omhoog) & elke sterke daling met la Niña. (blauwe pijl naar beneden).

Geert Hauchecorne

Nu wordt duidelijk van waar de oscillaties tegenover de zwarte trendlijn, die duidelijk stijgend is, (deels) voortkomen. Deze oefening kan je doen bij alle grafieken met globale temperatuuranomalieën (NOAA, HADCRUT en de vele anderen). Bij een el Niño gaat de Stille Oceaan heel veel warmte afgeven aan de atmosfeer en bij la Niña neemt de oceaan een hoop warmte terug uit de atmosfeer. Het zelfde zien we bij de warmtetoename in de oceaan, in 2016 (el Niño) werd er minder warmte in de oceaan opgenomen. In 2017 (la Niña) steeg de hoeveelheid warmte in de oceaan en daalde de temperatuur aan het aardoppervlak.

Geert Hauchecorne

Klimaatmodellen

Kan men de klimaatmodellen met deze wetenschap voor ogen nu verfijnen? Jammer genoeg nu nog niet echt. De ENSO voorspellingen blijven helaas ook voorspellingen en geven een trend aan van enkele maanden. Maar bijna zeker krijgen we deze winter wel weer een niet zo sterke el Niño.

Geert Hauchecorne

Ik wil wel nog duidelijk vermelden dat wij, hier in West-Europa, slechts een geringe invloed hebben van el Niño. Ons weer wordt vooral bepaald door de warme Golfstroom (waarmee stilaan ook één en ander mis gaat, vooral aan de Noordpool).

Ten slotte nog een grafiek (figuur 5) en een visualisatie (figuur 6) met de oceaantemperaturen gemeten op 10 verschillende diepten door het netwerk van Argo-boeien uit de Global Marine Argo Atlas. Hier zien we hoe de temperatuur van de oceanen vooral op grotere diepte stijgt. Misschien lijken die temperatuurvariaties erg klein… Je moet er dan wel mee rekening houden dat alle oceanen samen 1.3 miljard km³ water bevatten.

Geert Hauchecorne
Geert Hauchecorne

In figuur 6 zijn heel duidelijk de sterke la Niña van 2008 en de sterke el Niño van 2016 te zien.

Geert Hauchecorne is process Engineer gespecialiseerd in vloeistof dynamica (CFD). Door een van zijn hobby’s, zeekajak, heel erg geïnteresseerd in de dynamiek van de zee en haar invloed op weer en klimaat.

Commentaren en reacties