Nederland pakt zetelrovers aan
Woensdag was het hommeles in Den Haag. Termen zoals ‘mini-dictators’ en ‘tweederangs-Kamerleden’ vlogen in het rond.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementEen voorstel van de grote partijen om hun eigen rol danig te versterken beroerde de gemoederen in de Nederlandse Tweede Kamer. De kleine fracties en behoudsgezinde commentatoren reageren verbolgen.
Waarover gaat het? Het voorwerp van discussie is de voor ons onbekende term ‘zetelroof’. Dit fenomeen komt voor wanneer politici breken met hun partij en apart gaan zetelen. Vergelijk het met onze Hermes Sanctorum (ex-Groen) en het duo Hendrik Vuye en Veerle Wouters (ex-N-VA). De grote partijen willen dissidentie beteugelen nadat er opvallende zetelroven voorkwamen de laatste jaren. Zij zijn het immers beu dat met de afvallige politicus ook een deel van het budget verdwijnt. Daarbij komt dat individuele verkozenen evenveel spreektijd krijgen als grote fracties. Daar wordt nu paal en perk aan gesteld.
Zachte machtsgreep
Na de volgende verkiezingen van maart zullen de gevreesde zetelrovers minder financiële middelen toebedeeld krijgen. De mogelijkheid tot onderbreken van andere sprekers wordt eveneens op een lager pitje gezet, alsook de eigen spreektijd. O ja, (te) kleine fracties zullen evenmin de naam ‘fractie’ mogen gebruiken; voortaan doopt men ze tot ‘groepen’. Dat kan tellen als signaal naar toekomstige opstandelingen. De huidige rovers, waaronder Jacques Monasch en Tunahan Kuzu (beiden ex-PvdA), reageren ontzet. Zij zijn sterk gekant tegen de nieuwe regeling en zien een zachte machtsgreep door de gevestigde partijen. ‘Wij zijn als individu gekozen’, verzucht Norbert Klein, afgesplitst van ouderenpartij 50Plus.
Toch valt er wat tegen Kleins opmerking in te brengen. Uiteraard bestaan kieslijsten uit individuen. De vraag dringt zich echter op of deze mensen überhaupt zouden verkozen zijn zonder de status van een partij. Wie zou weten waarvoor Norbert Klein stond zonder het verkiezingsprogramma van 50Plus? In die zin zijn zetelrovers in de ogen van partijen ondankbare profiteurs: ze staan op de schouders van een organisatie om zich er vervolgens tegen te keren.
Toch pleit Nederlands politicoloog Arnout Maat onomwonden tegen de particratie. Hij stelt op NPO Radio 1 dat politici zich meer zouden moeten losweken van partijen, zodat de kiezer weet wat de precieze ideeën zijn van kandidaten. Historicus Geerten Walling besluit in De Volkskrant dat woensdag de geschiedenis ingaat als ‘de dag waarop een stel rancuneuze fracties het individuele mandaat nog verder beknotten ten gunste van de particratie’. Het strakke keurslijf van fractiediscipline staat trouwens haaks op de Nederlandse grondwet, die stelt dat vertegenwoordigers ‘zonder last’ moeten kunnen stemmen. Politieke partijen: zijn ze een lust of een last?
Europa van Naties en Vrijheid
Voor ons is de discussie bij de Noorderburen sowieso opmerkelijk. Wij kennen immers niet anders dan minimumvereisten voor fractievorming. Fracties genieten aanzienlijk meer voordelen dan afzonderlijke parlementsleden. ‘Om te worden erkend, moet een fractie bij het begin van de zittingsperiode uit ten minste vijf volksvertegenwoordigers bestaan’, aldus het reglement van het Vlaams Parlement. Deze kan vervolgens een beroep doen op werkingstoelages en personeel. Ook in het federaal parlement zijn vijf volksvertegenwoordigers een must vooraleer een volwaardige fractie te beginnen.
In de Duitse Bundestag kan enkel een clubje van minstens 31 leden samensmelten tot een fractie, in Spanje zien ze het liefst groepjes van minimum 15 diputados. De meest opvallende voorwaarden komen we tegen in het Europees Parlement. ‘Een fractie bestaat uit leden uit ten minste een vierde van de lidstaten [en] bedraagt ten minste vijfentwintig leden’, luidt het. De fractie ‘Europa van Naties en Vrijheid’, waarin onder anderen Gerolf Annemans en Marine Le Pen zetelen, kende hierdoor heel wat moeilijkheden vooraleer voldoende leden te kunnen vergaren.
Zo te zien valt het al bij al nog mee in de Nederlandse Tweede Kamer, zelfs na hervorming. Die soepele regels liggen in het verlengde van dat andere typische Nederlands gebruik: de zeer lage kiesdrempel. Is Nederland dan democratischer dan België? Het biedt in ieder geval meer kansen aan verscheidene stemmen in de maatschappij. De waaier aan vertegenwoordiging is hierom rijker. Sommigen beweren dat zulke maatregelen de regelgeving hopeloos vertragen. Hieruit zou volgen dat Nederland aanzienlijk trager functioneert dan België. Zou het?
Foto: © Reporters
Tex Van berlaer is freelance journalist voor o.a. Knack, Mondiaal nieuws en Periodista político.
Parlementariërs van de PNV stemmen voor het budget. Voor critici van Catalonië bewijzen ze dat nationalisme en pragmatisme samengaan.