JavaScript is required for this website to work.
post

Ook oude maagden mogen over abortus praten

Iedereen was ooit een embryo

Karin Dedecker7/4/2015Leestijd 2 minuten

Abortus is geen vrouwenkwestie. Zelfs bejaarde mannen, die als maagd zullen sterven, mogen zich uitspreken over zwangerschapsonderbreking.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Framing! Het is de hippe term voor brandmerken: je onderwerp zo kaderen dat het alleen nog binnen dat kader gezien kan worden. De N-VA is neoliberaal, de PS is corrupt, de rijken zijn hebzuchtig en Antwerpenaren hebben een dikke nek. Een van de meest succesvolle staaljes van framing situeert zich binnen het abortusdebat. Voorstanders van abortus zijn er verrassend goed in geslaagd abortus te framen als een vrouwenkwestie, waar mannen – zeker oude mannen die niet aan sex doen – geen zaken mee hebben. 

Het was een geniale zet om het hele abortusdebat te herleiden tot de slogan ‘baas in eigen buik’. Eigenlijk is de hele discussie voorbij zodra je abortus positioneert als een probleem van de moeder, die zelf moet kunnen beschikken over haar lichaam. Meteen zijn tegenstanders van abortus ook tegenstanders van vrouwen, van vrouwenrechten en van lichamelijke integriteit. Dat is erg handig als veel tegenstanders van abortus verzameld zijn in de katholieke kerk, een oude mannenbastion. 

Het probleem is dat het helemaal niet zeker is dat abortus wel een vrouwenrecht is. Ook de vrijheid van een vrouw eindigt waar het leven van een ander begint. Beweren dat abortus een recht is van de moeder betekent dus dat je ook beweert dat het ongeboren kind geen volwaardige levensvorm is. Dat is een legitiem en verdedigbaar standpunt. Maar het is een kwestie van interpretatie. Aangezien niemand het eigenlijk echt zeker weet, is het omgekeerde standpunt (ook ongeboren kinderen zijn kinderen) net zo legitiem. 

Tegenstanders zoals aartsbisschop Léonard beschouwen zwangerschapsonderbreking als de onderbreking van een volwaardig menselijk leven. Als Léonard in zijn Paashomilie zegt dat de abortuswet sinds 1990 al 300.000 slachtoffers heeft geëist, dan is dat geen beeldspraak. Voor mensen als Léonard gaat het abortusdebat niet over vrouwenrechten, maar over kinderrechten. En vanuit dat standpunt is het katholieke verzet tegen abortus even logisch als het feministische pleidooi pro-abortus. 

Het probleem blijft dat we niet met zekerheid kunnen zeggen wanneer het menselijk leven begint. Zelfs grote voorstanders van abortus zullen niet beweren dat het leven pas begint bij de geboorte. “Het is niet de bedoeling om toe te laten dat een gezonde baby na acht maanden weggehaald wordt”, zegt bijvoorbeeld Open VLD-senator Jean-Jaques De Gucht. Blijkbaar wordt er dus al tijdens de zwangerschap een grens bereikt, waarna abortus zelfs voor voorstanders geen optie meer is. Waar die grens precies ligt, is nattevingerwerk. Dat blijkt trouwens ook uit de vele verschillende termijnen die in verschillende landen bestaan om abortus al dan niet toe te laten. 

In een debat dat fundamenteel gaat over de limieten van het menselijk leven hebben alle menselijke wezens vrij spreekrecht. Zelfs wanneer het seksuele geheelonthouders zijn. Zelfs wanneer het hele oude, of hele mannelijke levende wezens zijn. Reacties op de abortusuitspraken van Léonard kunnen niet beperkt blijven tot gratuite verontwaardiging. Ja, hij is een man. Ja, hij is een oude zeur. Ja, hij is een wezenlijk deel van dit debat. 

Commentaren en reacties