Ambiorix tegen Caesar: verhaal over dappere Belg die Romeinen bestreed
Titel | Ambiorix tegen Caesar |
---|---|
Subtitel | De feiten en de mythe |
Auteur | Robert Nouwen |
Uitgever | Sterck & De Vreese |
ISBN | 9789464710557 |
Onze beoordeling | |
Aantal bladzijden | 238 |
Prijs | € 24.9 |
Koop dit boek |
Ambiorix slaagde er ooit in 1,5 legioen van Caesar uit te roeien. Een straf verhaal, dat Robert Nouwen in ‘Ambiorix tegen Caesar’ uiteenzet.
Elk volk heeft graag helden. De Fransen waren trots op Vercingetorix, de Nederlanders op Julius Civilis, de Duitsers op Arminius. En dus ging ook het onafhankelijke België op zoek naar personen die iets hebben gepresteerd. Wat bleek? Ambiorix, stamhoofd van de Eburonen, slaagde er ooit in anderhalf legioen van Julius Caesar uit te roeien, ergens niet ver van Tongeren. Een straf verhaal, dat Robert Nouwen in zijn boek Ambiorix tegen Caesar grondig uiteenzet.
In 54 v.C. slaagde Ambiorix, stamhoofd van de Eburonen, erin anderhalf legioen van Caesar uit te roeien, ergens niet ver van Tongeren. De Romeinen namen wraak, maar Ambiorix vluchtte de Rijn over. De bronnen over dat verhaal zijn beperkt. Enkel de geschriften van Caesar zelf, enkele andere Romeinse en Griekse schrijvers, en conflictarcheologen lichten een tipje van de sluier. Dus moest Robert Nouwen zijn nieuwe boek Ambiorix tegen Caesar daarop baseren.
Geschiedenis
Hij begint met een stukje geschiedenis. De Eburonen woonden tussen de Rijn en de Rupel, met de regio Tongeren-Maastricht als kerngebied. De beruchte nederlaag van de Romeinen in 54 v.C. vond niet in Tongeren zelf plaats, want het Romeinse Tongeren werd volgens de archeologen pas rond 10 v.C. gesticht.
De Eburonen waren veetelers en kleine boeren. Hun veldjes pachtten ze van de adel. Ze konden er hun gezin mee voeden, maar geen duizenden Romeinse soldaten mee te eten geven, die er door Caesar werden gevestigd. De Romeinse keizer vocht met 40.000 soldaten tegen ongeveer 336.000 Galliërs en Germanen, en versloeg uiteindelijk stam na stam.
Na zijn overwinning op de Atuatuci in 58-57 v.C. bevrijdde hij de zoon en de neef van Ambiorix, die daar als gijzelaars in slavernij leefden. De grootste slachtpartij richtte Caesar aan in 55 v.C. toen hij de Germaanse Usipetes en Tenctteri versloeg op Nederlandse bodem, tussen Maas en Waal. Volgens schrijvers Plutarchus en Appianus werden er toen 400.000 manschappen gedood.
Sterk en sluw
In 54 v.C. volgde de confrontatie met Ambiorix, over wie weinig bekend is. Volgens Caesar en Dio Cassius was hij sterk en sluw. Eerst was hij pro-Romeins, zoals wel meer Gallische leiders. Hij bevoorraadde het Romeinse leger en steunde het op militair gebied.
Maar hij was volgens Nouwen ook een opportunist.
In 54 v.C. was er door de droogte een graantekort. De Romeinen eisten van de Eburonen hun deel op en dat leidde tot een opstand. Nu moesten ze ineens duizenden soldaten van voedsel voorzien. Voor anderhalf legioen in Atuatuca was dat 7 tot 15 ton per dag. Dat konden ze niet aan.
Hinderlaag
De sluwe Ambiorix lokte de Romeinse troepen in een hinderlaag. De Romeinse gezanten, die met Ambiorix kwamen praten, werden vermoord. Anderhalf legioen werd afgeslacht. Caesar had zich volledig vergist in Ambiorix. Deze begaf zich snel naar de naburige Atuatuci en Nerviërs om hen bij de opstand te betrekken. Ze waren samen met 60.000, maar Caesar versloeg eerst de Nerviërs, dan de Menapiërs en Trevieren, en ten slotte de Eburonen. Ambiorix kon vluchten, maar Caesar roeide zijn stam grotendeels uit.
Daarna leek de rust in Gallië te zijn teruggekeerd, maar dat was slechts schijn. De Galliërs wilden in 53 of 52 v.C. hun vrijheid heroveren. Vercingetorix, leider van de Arverni, overtuigde ook andere stammen in het huidige Frankrijk om in opstand te komen, maar in 52 v.C. werden ze verslagen. Vercingetorix werd naar Rome gevoerd, daar zes jaar gevangen gehouden en uiteindelijk vermoord.
In 51 v.C. versloeg Caesar de Bellovaci en trok een laatste keer naar de Eburonen in de hoop Ambiorix alsnog gevangen te kunnen nemen, maar opnieuw ontsnapte die. Als wraak roeide hij dan de rest van de stam uit en verwoestte hij (opnieuw) het woongebied. Bij een andere stam liet hij de handen afhakken van opstandelingen om zo de Galliërs schrik aan te jagen.
Moorddadig
Einde 51 v.C. was Gallië uitgeput, leeggeplunderd en volledig in Romeinse handen. Nouwen noemt Caesar één van de moorddadigste mannen uit de geschiedenis, die niet thuishoort in de galerij der groten. Hij schat het aantal gedode Galliërs op minstens 650.000 à 700.000.
Dat cijfer ligt tussen de 400.000 van Velleius Paterculus en Strabo en de 1.192.000 van Plinius de Oudere. Plutarchus spreekt van ruim 1 miljoen doden en 1 miljoen gevangenen die dan slaaf werden. En dit op 5 à 10 miljoen Galliërs, verdeeld over 300 stammen. Of die cijfers kloppen, is niet duidelijk.
Opstand
Na de dood van Caesar (44 v.C.) moesten de Romeinen geregeld opstanden onderdrukken. Daarvoor was een uitgebreid wegennet nodig. In Gallië werd dat aangelegd door Agrippa, medewerker van Augustus. En aan de Rijn werden 6 à 8 legioenen gelegerd. Na nog wat uitleg over nieuwe Germaanse stammen in Gallië, antwoordt Nouwen met de nodige bewijzen bevestigend op de vraag of Ambiorix wel bestaan heeft. Hij vertelt dan over de romantische verheerlijking van Ambiorix in de 19de eeuw. Daarbij hoorden ook standbeelden, schilderijen, folkloristische optochten.
In 2005 eindigde Ambiorix als vierde in ‘De Grootste Belg’, na Pater Damiaan, Eddy Merckx en Paul Janssen. Hij werd ook vertolkt in allerlei stripverhalen, namen van verenigingen en straten, cafés, een merk van schoenen, … Het boek eindigt met een uitgebreide bibliografie en noten.
Beoordeling
Robert Nouwen heeft grondig onderzoek gedaan naar de geschreven en de archeologische bronnen rond Ambiorix en de Romeinen. Bij die geschriften horen zowel de Griekse en Latijnse schrijvers als de auteurs uit de 19de en 20ste eeuw. Behalve over Ambiorix, Boduognat, Vercingetorix en andere helden, krijgen we ook veel informatie over de structuur en omvang van het Romeinse leger en over de Gallische legers, die numeriek in de meerderheid waren, maar tactisch moesten onderdoen voor Caesar.
Het boek vertelt dus niet enkel over Ambiorix, maar over alle Gallische oorlogen van 58 tot 51 v.C. De gesprekken tussen Romeinen en Galliërs verliepen in het Latijn: sommige Galliërs kenden die taal.
Toch enkele opmerkingen. Meer gedetailleerde kaartjes van Gallië en een lijst met begrippen zoals ebur, terra sigillata en celtic fields zouden welkom zijn. Met een betere redactionele ondersteuning zouden kleine foutjes en lapsussen vermeden kunnen worden. Zo is een ballista een katapult, een stenenwerper is een ballistarius. Fysisch moet fysiek zijn en Orléans mag met accent worden geschreven…
Conclusie: Ambiorix tegen Caesar is een boeiend boek dat voor het grote publiek meer inzicht biedt in de figuur en betekenis van Ambiorix.
Jef Abbeel is classicus en historicus en voordrachtgever en recensent over China, Rusland-Oekraïne en Midden-Oosten.
In zijn boek ‘Requiem pour Hong Kong’ dat is verschenen bij uitgeverij Bayard, werpt journalist Dorian Malovic een bittere maar lucide blik op de neergang van Hong Kong