JavaScript is required for this website to work.

Dune: Part Two: nog epischer, mythischer en spectaculairder

Grandioos vervolg en instant scifi-klassieker

Karel Deburchgrave2/3/2024Leestijd 3 minuten
TitelDune: Part Two
RegisseurDenis Villeneuve
In de zalen vanaf28 februari 2024
Onze beoordeling
Meer info

De Franstalige Canadees Denis Villeneuve, regisseur van onder meer de sciencefictionfilms Arrival (2016) en Blade Runner 2049 (2017), was de voor de hand liggende cineast om de complexe wereld van de wereldberoemde klassieker Dune aanvaardbaar te visualiseren. Zonder verloren te lopen in technologische poespas. Hij stelde wel één voorwaarde: enkel de eerste helft van het boek en daarna eventueel een vervolg.

Legendarische heelal-sage

Dune: Part TwoEn hier is-ie dan: het wegens de Hollywoodstaking uitgestelde tweede deel van de legendarische heelal-sage. Die is gebaseerd op de mythische sciencefictionklassieker Dune (1965) van de Amerikaanse auteur Frank Herbert (1920-1986). Het is het bestverkochte sciencefictionboek ooit. Dune is het eerste deel van een zesdelige sciencefictionreeks over de geschiedenis van de familie Atreides en hun nakomelingen. Ook voor de vervolgfilm stond regisseur Villeneuve erop te draaien in een echte woestijn. Jaws werd toch ook niet in een zwembad gefilmd!

De beste Dune-verfilming (n)ooit gemaakt

De eerste cineast geobsedeerd door een Dune-verfilming, was de Chileense cultfilmer Alejandro Jodorowsky. De nu 95-jarige regisseur verraste me in Cannes 2013 een hele dag met een causerie over de documentaire Jodorowsky’s Dune. Dat was een megaproject waarvan uiteindelijk alleen het 40 cm dikke script, getekend door Moebius, overbleef. Jodorowsky wist Mick Jagger, Dalí en Orson Welles te strikken. Maar toen bleek dat de film veertien uur zou duren en onbetaalbaar was, bleef het bij een wensdroom.

Het hoogtepunt van de documentaire is Jodorowsky’s ontwapenende reactie op de Dune-verfilming door David Lynch: ‘Ik was dolgelukkig dat het barslecht was.’ En dat vond Lynch ook, want toen ik in 2019 de David Lynch-tentoonstelling Someone is in my house in het Bonnefantenmuseum mocht inleiden, kon ik het hebben over alles, behalve over zijn Dune-verfilming. En toen was er Villeneuves ‘derde keer, goede keer’!

Lawrence of Arrakis?

Het scenario van Villeneuve volgt bijna woordelijk het boek; er wordt een scalpel gehanteerd om in de tekst te schrappen, geen hakbijl. De boosaardige Feyd-Rautha Harkonnen, de neef van baron Vladimir – Sting bij Lynch en Mick Jagger bij Jodorowsky – is weliswaar verdwenen uit het eerste deel van Dune. Maar hij daagt onheilspellend op in dit vervolg, angstaanjagend vertolkt door Austin Butler, de Elvis Presley in Baz Luhrmanns Elvis (2022).

Een reis om eerst, zoals Lawrence of Arabia, de kracht van de woestijn te ontdekken en daarna uit te groeien tot een leider

Villeneuve blijft ook trouw aan de politieke, ecologische en religieuze achtergrond van dit coming-of-ageverhaal over de reis die de jonge held Paul Atreides onderneemt. Eerst, zoals Lawrence of Arabia, om de kracht van de woestijn te ontdekken en daarna om uit te groeien tot een leider. Zoals de echte T.H. Lawrence, die als vreemdeling een woestijnvolk naar de overwinning leidt. Niet op een kameel, maar op een zandworm.

Het verhaal van Paul Atreides

Het verhaal speelt zich af in het jaar 10191 op de dorre woestijnplaneet Arrakis, zeg maar ‘Duin’. De naam verwijst naar de zandduinen van Arrakis, waar ‘stillsuits’ gedragen worden die urine en zweet omzetten in kostbaar water. Het is de enige plek in het universum waar de belangrijke grondstof spice kan gevonden worden. Wie over Arrakis heerst, heeft de macht over spice en kan zo het universum controleren. Spice dus, als metafoor voor olie, geld of ongekende geesteskracht. De lokale bewoners, de Fremen, bekend om hun blauwe ogen als gevolg van hun met spice doorweekte voeding, worden bedreigd door gigantische zandwormen die alles op hun weg opslokken.

Ze worden ook uitgebuit door het keizerrijk, dat de opdracht voor spice-ontginning gegeven heeft aan de familie Harkonnen. Aan het hoofd van de familie staat de zwevende, misselijkmakende baron Vladimir en zijn twee boosaardige neven. Daartegenover staat de familie Atreides die over de vruchtbare waterplaneet Caladan heerst, met hertog Leto aan het hoofd. Leto is een goede, integere en rechtvaardige heerser. De keizer vreest de familie Atreides en sluit een akkoord met Harkonnen om Arrakis tijdelijk aan de Atreides in bruikleen te geven, om hen daar gemakkelijker te kunnen doden en de schuld aan de Fremen te geven. De Hertog wordt gedood, maar Lady Jessica en zoon Paul Atreides weten te ontkomen.

Paul, de Messias

Met Dune: Part Two kan het verhaal van Paul Atreides en de bevrijding van Dune beginnen. Met een indrukwekkend setdesign, een suggestief klanklandschap van Hans Zimmer en spectaculaire visuele effecten is Villeneuves Dune: Part Two een majestueuze ruimteopera geworden. Deze space-opera met spice verliest nooit de aandacht voor de psychologie van de personages, allen perfect gecast.

Vooral Timothée Chalamet is hier veel meer dan de briljante chocolademaker Wonka of de kannibalistische eenzaat uit Bones and All. Als Paul Atreides leert hij in zichzelf geloven en in zijn rol als charismatische leider. Ook in dit tweede deel versmelt Villeneuve succesvol arthouse met blockbustercinema, op weg om een nieuwe franchise à la Star Wars te worden. Zal die Villeneuve de kans bieden om filosofisch nog dieper te graven, minder tijd aan expositie te wijden en er misschien een vleugje humor aan toe te voegen? De cliffhanger op het einde doet vermoeden dat Denis Villeneuve ook nog het tweede boek van Herberts trilogie Dune Messiah wil verfilmen. Wordt dat zijn toetje na het Dune-hors-d’oeuvre en de -plat de résistance, Dune: Part Two?

Karel Deburchgrave is filmrecensent en was voorzitter van het filmtijdschrift Filmmagie. Hij is de auteur van 'Shakespeare in scène' gezet en filmdocent in diverse filmmusea en cultuurcentra in Vlaanderen en Nederland. Hij studeerde Germaanse filologie (UFSIA en KU Leuven) en is Fulbright alumnus van de Universiteit in Minneapolis-St. Paul.

Commentaren en reacties