JavaScript is required for this website to work.

’t Stad en twee wereldoorlogen

Pieter Jan Verstraete12/10/2019Leestijd 3 minuten
TitelAntwerpen 14-18 en Antwerpen 40-45
AuteurJan Huijbrechts
UitgeverVrijdag
ISBN9789460017988
Onze beoordeling
Prijs€ 29.95

De afgelopen weken publiceerde de redactie twee uittreksels uit de twee nieuwe boeken, die Jan Huijbrechts publiceerde uit het 20ste-eeuwse oorlogsverhaal van Antwerpen. We kennen hem vooral als auteur van een reeks militair-historische werken. Twee maal werd ’t Stad het kind van de rekening als epicentrum van blind oorlogsgeweld. Twee maal werden grote delen van de stad verwoest door oorlog. Twee maal verdeelden diepe ideologische tegenstellingen Antwerpen. Twee maal gaven tijdelijk aangelegde repatriëringskampen een stedenbouwkundige impuls voor het ontwikkelen van nieuwe stadswijken. Vooral echter kreeg de stad twee maal, en dat gedurende lange jaren, het vaste ‘gezelschap’ van de dood die overal en altijd zonder verwittiging kon toeslaan. Vooral tijdens de laatste bezetting was de angst voor de dood voortdurend tastbaar aanwezig.

Persoonlijke verhalen

Misschien zult u de mening toegedaan zijn dat er al zoveel over de oorlog in de Scheldestad geschreven werd. U hebt gelijk. Maar de hier voor mij liggende twee boekdelen brengen aan de hand van gebeurtenissen, verdwenen gebouwen, anekdotes en feiten een reeks persoonlijke verhalen die u nog niet elders las. In de eerste plaats zocht Huijbrechts naar minder bekende en quasi vergeten verhalen. Hierdoor krijgt de lezer een oorlogsverhaal te lezen vanuit een ander standpunt, maar zonder dat de auteur de pretentie heeft hét oorlogsboek van de metropool geschreven te hebben.

Het historische verhaal van de metropool tijdens beide wereldoorlogen is bijlange nog niet uitverteld. Auteur Huijbrechts toont aan welke enorme impact al deze oorlogsgebeurtenissen op de Stad aan de Stroom en haar inwoners hadden. Een oorlog die twee maal na elkaar gewone mensen beroofde van hun jeugd, onschuld, illusies, hoop en in bepaalde gevallen zelfs van hun leven. Beide boeken vormen samen een reisgids naar het verleden.

Hoogerheyde

Op een verhalende manier brengt Huijbrechts zijn eigen intrigerende oorlogsgeschiedenis van Antwerpen tijdens de 20ste eeuw.

Ieder boekdeel bevat een 25-tal hoofdstukken, met daartussen lange en korte kaderstuk(jes)ken, en zijn rijk geïllustreerd. De auteur gaat er prat op dat hij heel wat originele foto’s vond die hier voor het eerst gepubliceerd werden. Elk hoofdstuk wordt ‘verlevendigd’ door citaten uit brieven en/of getuigenissen.

Een losse greep uit ieder deel: in 1914 waren de verouderde Antwerpse forten helemaal niet bestand tegen de Duitse artillerie. Merkwaardig was dat zowel de Belgische vestingartillerie als de Duitse belegeringsartillerie door dezelfde fabrikant geleverd werden, namelijk Krupp uit het Duitse Essen (Roergebied).

Verder lezen we bijdragen over onder meer het falen van het Belgische Rode Kruis in de sinjorenstad, de eerste Zeppelinaanvallen, het wel en wee van de luxe-hotels St. Antoine en Grand Hotel, de aankomst van de Britse mariniers, de vlottenbrug over de Schelde die een vluchtweg vormde voor soldaten en burgers naar het westen, het wedervaren van de weerstander Peter Hoogerheyde, de passionele moord op sinjoor Frits Mortelmans in juli 1917 in Parijs, Het Sienjaal van Paul van Ostaijen en het ontstaan van de Antwerpse Sovjet bestaande uit Duitse matrozen en soldaten.

Wellicht stamp ik hier open deuren in met het feit dat Antwerpen tijdens de oorlog ook een centrum van het activisme was. Ook dat aspect komt met meerdere artikels aan bod. Een dieptepunt was wel het overlijden in september 1920 van de joodse activist Martin Rudelsheim in de gevangenis toen de stad alweer geruime tijd bevrijd was. Zijn overlijden liet diepe sporen na. Een verzoening tussen flaminganten en het Belgische regime leek verder af dan ooit.

‘Fake news’

Het tweede boekdeel, handelend over de periode 1940-1945, bevat een mooie anekdote hoe destijds al ‘fake news’ verspreid werd: ‘Gekheden in gesprekken doken overal op. “De oorlog zal niet lang duren,” vertelde een vrouw op 10 mei 1940 “want zoëven hebben wij over de BBC gehoord dat vijfduizend Engelse vliegtuigen vertrokken zijn om Berlijn plat te leggen”.’

Ook voor niet-Antwerpenaren bevatten de boeken lezenswaardige stukken zoals Antwerpen in de blitz, Camille Huysman als burgemeester in 1940, over de ‘parachutisten’ van Antwerpen (Edgar Lehembre, Leo Frenssen, Walter Bouchery, Antoon Mermans, Edgar Boonen, Karel Peeters…) die in mensonwaardige omstandigheden naar het zuiden van Frankrijk gedeporteerd werden, Groot-Antwerpen, de Witte Brigade van Marcel Louette en het herbergen van Duitse krijgsgevangenen in de Zoo wat de Britten meteen een klacht opleverde van het internationale Rode Kruis wegens schending van de Conventie van Genève. Een tweede nacht hoefden de Duitsers er niet meer door te brengen.

Kortom aanbevolen lectuur voor sinjoren en al diegenen die geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van de Eerste en Tweede Wereldoorlog in Vlaanderen. Na lectuur van beide boeken zal de lezer ongetwijfeld met andere ogen naar de oorlogsgeschiedenis van Antwerpen kijken.

Pieter Jan Verstraete (1956) is bibliothecaris in Kortrijk maar wijdt zich al zijn hele leven aan de geschiedschrijving van de Vlaamse Beweging. Hij is de biograaf van o.a. Hendrik J. Elias, Odiel Spruytte, Reimond Tollenaere, Leo Vindevogel en tientallen militanten uit de Vlaamse Beweging. Momenteel werkt hij aan een monumentale biografie van Staf De Clercq.

Commentaren en reacties