‘Z’: Hoe Poetin Rusland weer groot wilde maken
Hella Rottenberg beschrijft hoe de overgang naar een kapitalistische markteconomie en naar democratie in Rusland tot chaos en armoede leidde
Hella Rottenberg is journaliste en medeoprichter van ‘Raam op Rusland’. Ze beschrijft hoe de overgang naar een kapitalistische markteconomie en naar democratie in Rusland tot chaos, armoede en banditisme leidde. Poetin maakte een einde aan de anarchie en de koopkracht ging omhoog tot 2008.
In 2022 bereidde Poetin zijn bevolking voor op de oorlog met een speech vol haat en leugens over de Oekraïners. De inval werd voorspeld door Amerikaanse militaire analisten, zoals Michael Kofman (p.27-28). De overmacht leek te groot: Cherson werd al na één dag al ingenomen. De Russen hoopten Kiev binnen drie dagen in te nemen en Zelenski te liquideren. Ze dachten dat de bevolking hen massaal zou verwelkomen. De FSB had de invasie voorbereid en collaborateurs aangeworven. Nochtans had de Russische kolonel Chodarjionok drie weken eerder gewaarschuwd dat de Oekraïners Moskou haatten, dat ze het Russische leger nergens zouden verwelkomen en dat het Westen moderne wapens zou leveren aan Oekraïne.
Acht jaar strijd
Na acht jaar strijd tegen de separatisten in de Donbas, was het Oekraïense leger veel beter voorbereid op een oorlog. Poetin vergiste zich ook in Zelenski: hij weigerde te vluchten en bleef de bevolking moed inspreken. De Russische leider luisterde volgens waarnemers ook niet meer. Hij beschouwt zichzelf als een staatsman met een missie, door God uitverkoren (p. 37).
Op 21 februari 2022 erkende Poetin de provincies Loegansk en Donetsk als onafhankelijke staten. Op 24 februari kondigde hij dan zijn ‘Speciale Militaire Operatie’ aan, een term die minder erg klinkt dan oorlog, want oorlog doet de Russen denken aan de Tweede Wereldoorlog. Dimitri Moeratov, hoofdredacteur van de Novaja Gazeta, durfde nog te zeggen dat het een oorlog was. De redactie vluchtte naar Riga.
Duizenden mensen die tegen de oorlog betoogden (‘Njet Vojne’) werden in de cel gegooid. Op 10 maart waren er al 13.000 arrestaties in 140 steden. Als reactie op die betogers kwamen in Moskou 200.000 opgetrommelde Russen bijeen om ‘de Russen in Oekraïne te bevrijden van de neonazi’s en van de genocide in de Donbas’. De oorlogsmisdaden in Boetsja pasten blijkbaar bij de ‘denazificatie’. Wat denazificatie inhield, bleek uit een artikel dat op instigatie van het Kremlin verscheen. Oekraïne moest volledig gezuiverd worden met 25 jaar dwangarbeid en heropvoeding onder Russisch toezicht (p.71-72).
Poetins populariteit opkrikken
Een korte oorlog tegen Oekraïne moest Poetins populariteit weer opkrikken, zoals in 2014 met de annexatie van de Krim was gebeurd. Het zou hem een plaats in de geschiedenis geven. De diepere oorzaak van de oorlog is de identiteitscrisis: wat is Rusland zonder Oekraïne?
Jeltsin ging er al van uit dat Oekraïne zich op den duur met Rusland zou herenigen. Schrijver Solzjenitsyn pleitte al in 1990 voor een ‘Russische Unie’ van Rusland, Belarus, Oekraïne en Noord-Kazachstan. En Doegin, een ultrarechtse ideoloog met veel invloed op Poetin, verkondigde al in 1997 dat ‘een soeverein Oekraïne een oorlogsverklaring tegen Rusland betekende en een invasie van Russisch grondgebied’ (p. 97). Volgens Poetin heeft Oekraïne geen eigen geschiedenis, geen taal en geen cultuur, enkel een dialect.
Hij ontkent hoe de Oekraïners zichzelf zien: 92 procent stemde in 1991 voor onafhankelijkheid. Zelfs de etnische Russen stemden met 55 procent voor. Donetsk en Loegansk zelfs met 83 procent! Oekraïne gaf in 1994 zijn kernwapens aan Rusland in ruil voor garantie op soevereiniteit. Poetin beval om het land niet enkel te denazificeren en te demilitariseren, maar ook om de taal en cultuur te vernietigen: scholen in bezet gebied werden gezuiverd van Oekraïense boeken en symbolen. Als Oekraïners aan hun familie in Rusland meldden dat ziekenhuizen, scholen en woonwijken massaal gebombardeerd werden en worden, gelooft men ze niet. De meeste Russen geloven enkel de officiële media, die beweren dat de beelden uit Boetsja ‘nep’ waren.
Wat er fout ging
Rottenberg schetst ook wat er sinds 1991 fout ging. In 2000-2003 was Poetin heel Europa- en NAVO-gezind. Maar in 2004 moest de Oekraïense president Janoekovitsj na verkiezingsfraude zijn plaats afstaan aan de Europagezinde Joesjtsjenko. Dan kwam Bush met zijn anti-raketschild in Polen en Roemenië. In 2007-2008 viel Poetin voor het eerst hard uit tegen de uitbreiding van de NAVO, tegen de belofte van Bush dat Georgië en Oekraïne er ook nog bij mochten, en tegen de erkenning door het Westen van Kosovo ten nadele van bondgenoot Servië.
In augustus 2008 viel hij binnen in Georgië, dat al na vijf dagen verslagen was. Vanaf 2012 verhoogde hij fors de defensie-uitgaven: in 2000 bedroegen ze 9,2 miljard dollar en in 2021 was dat 66 miljard. Rottenberg schetst de redenen van Poetin voor zijn invasie: persoonlijke, namelijk machtsbehoud en een plek in de geschiedenis. Maar ook binnenlandse, namelijk de identiteitscrisis van Rusland en Rusland weer groot maken, en geopolitieke: Amerika moet rekening houden met de kernmacht Rusland. De oorlog van 2022 verliep niet zoals gewenst en op de Shanghai-top in Samarkand (15 september 2022) lieten de leiders van Oezbekistan, Kirgizië en Tadzjikistan hem wachten. Xi Jinping en Modi lazen hem de les. Kazachstan vroeg China om bescherming en kreeg die (p. 162-164).
Rusland steeds afhankelijker
Door de sancties wordt Rusland steeds afhankelijker van China en dreigt er een technologische achteruitgang. Al voor de mobilisatie waren een half miljoen hooggeschoolde Russen geëmigreerd. Daarna volgden nog honderdduizenden. De ‘denazificatie’ van Oekraïne bezorgde Zelenski een heldenstatus. De ‘demilitarisering’ werd gecounterd door Amerikaanse en Europese wapens en het uitwissen van Oekraïne als natie zorgde ervoor dat het Russisch bijna verdween en dat de Oekraïense taal en cultuur een enorme impuls kregen. De ‘bevrijding van de Donbas’ leidde tot de vlucht van vele Russischtaligen. In plaats van de NAVO te verkleinen, kwamen Finland en Zweden erbij.
In september organiseerde Poetin een mobilisatie en nep-referenda in vier Oekraïense regio’s, waar twee derde van de bevolking gevlucht was. De vorige mobilisaties dateerden van 1914 en 1941, in volle oorlog dus. Nu vluchtten in een week tijd al 200.000 mannen naar het buitenland.
Beoordeling
Hella Rotenberg heeft een knap boek geschreven over de geleidelijke verslechtering van de relaties tussen Rusland en het Westen en over de aanloop naar en het verloop van de oorlog. Ze countert duidelijk de motieven die Poetin aanhaalt om oorlog te voeren en toont aan hoe hij en zijn leger tot nu toe mislukt zijn. Ze toont ook duidelijk dat de grote meerderheid van de Russen achter Poetin blijft staan.
Ze had iets meer aandacht mogen schenken aan het verzet van de Russischtalige Oekraïners (40 procent in 2012, 15 procent vandaag; nvdr) tegen de promotie van de Oekraïense taal (behalve op de lagere scholen, waar nog wel in het Russisch onderwezen mag worden), de weigering van het land om neutraal te worden en de geschonden belofte van de Amerikanen om de NAVO ‘not one inch’ uit te breiden, wat de schrijfster een ‘dubieus verhaal’ noemt. Het boek boeit van het begin tot het einde.
Een paar detailopmerkingen: Taras Sjevtsjenko werd niet ‘verbannen’ (p. 101), maar moest tien jaar in het leger met schrijfverbod; het boek van Catherine Belton (p. 187) is ook beschikbaar in het Nederlands; voor de lezers die geen Russisch kennen, had men de Russische titels in de noten (p. 176-190) mogen vertalen. En voor de anderen had ze die in cyrillisch schrift mogen zetten.
Jef Abbeel is classicus en historicus en voordrachtgever en recensent over China, Rusland-Oekraïne en Midden-Oosten.
In zijn boek ‘Requiem pour Hong Kong’ dat is verschenen bij uitgeverij Bayard, werpt journalist Dorian Malovic een bittere maar lucide blik op de neergang van Hong Kong