Samen onszelf zijn
Els Van Doesburg
foto © Belga
Schoolreglementen zijn er om jongeren te leren zich te socialiseren en te leven in een gemeenschap, zegt Els Van Doesburg (N-VA) in deze Vrije Tribune.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementSchoolreglementen zijn er om jongeren te leren zich te socialiseren en voor te bereiden op een leven in een gemeenschap. Niet om ‘zichzelf te zijn’, schrijft Els Van Doesburg (N-VA) in deze Vrije Tribune.
Donderdag schreef studente Aude Van Doorne een opiniestuk in De Standaard waarin ze haar ervaring vertelt over haar school die geen piercings toelaat. Behalve de titel – ‘Verboden jezelf te zijn’ – bleven twee zinnen bij mij hangen: ‘Omdat de school de plek bij uitstek moet zijn waar je jezelf kunt ontdekken en een identiteit kunt vormen’ en ‘in een omgeving (de school) die een tweede thuis zou moeten zijn’.
Waar is het eigenlijk het minst ‘verboden’ om jezelf zijn? Normaal gezien is dat thuis, in de eigen slaapkamer, waar ‘ik’ de maat van alle dingen ben. De school daarentegen is geen tweede tienerslaapkamer waar je zelf de regels bepaalt maar wel een plaats waar jongeren leren socialiseren en samenleven met een bredere groep dan de eigen familie. De maat is daar niet alleen ‘ik’ als individu maar het samen-zijn en dat betekent dat ‘jezelf zijn’ beperkt wordt.
Regels en compromissen
In groep leven vraagt duidelijk regels. Een schoolreglement valt niet zomaar uit de lucht maar wordt opgemaakt door mensen die een goede leeromgeving willen scheppen en daarbij putten uit hun ervaring en de school-tradities. Dat de persoonlijke opinie van jonge mensen daar mee kan botsen, is natuurlijk niet abnormaal. Op mijn eigen middelbare school was er elk jaar wel een protestactie tegen het verbod op het dragen van korte broeken voor jongens (waarbij ook elk jaar het, volgens ons, bijzonder originele idee werd geopperd om dan maar allemaal een rok aan te doen). Ook het verbod op nagellak en make-up werd uitgedaagd en ga zo maar door. Achteraf bekeken zat er meer wijsheid in dat schoolreglement dan in onze opstandigheid.
Samenleven vraagt compromissen en dan moet je ook weleens doen wat je minder aanstaat. De mens is een gemeenschapswezen. Het is goed dat een school leerlingen daar mee op voorbereidt. De school is toch meer de voorkamer van de samenleving dan het verlengde van de huiskamer.
Individualisme
Het idee altijd gelijk te hebben en de eis altijd gelijk te moeten krijgen, wordt gelukkig in een schoolomgeving aan banden gelegd. Jongeren moeten zichzelf nog ontdekken, hun identiteit vormen. Dat doen ze niet op een eiland maar wel in confrontatie met de levende realiteit.
Het extreem individualistische standpunt ‘ik moet op school helemaal mezelf kunnen zijn’ komt natuurlijk neer op ‘alles moet kunnen als het mij past’. Een schoolreglement bepaalt nu net wat niet kan, bijvoorbeeld omdat het anderen niet past. Het starten van de schooldag om half negen botste alvast behoorlijk met hoe ik ben. Om te kunnen functioneren in groep moet je toch die inspanning doen. Ook heeft een schoolreglement tot doel dat jongeren geen slachtoffer mogen worden van groepsdwang.
Waar juist de streep van niet kunnen ligt, is voer voor debat. Dát er een streep van niet kunnen moet zijn, kan echter niet betwist worden. Uiteraard heeft een vrije school, zoals die waar ik zat, meer ruimte om zo’n reglement in te vullen maar ook in het gemeenschapsonderwijs zijn schoolreglementen er om te volgen.
Het is goed en een onderdeel van de ontdekkingstocht naar volwassenheid wanneer jongeren rebelleren, bijvoorbeeld tegen schoolreglementen. Dat de school eist dat reglement te respecteren, is ook onderdeel van dat leerproces. Trouwens, wat is de zin van rebelleren wanneer er niets meer is om tegen te rebelleren?
Categorieën |
---|
Els Van Doesburg is gemeenteraadslid voor N-VA in Antwerpen en lid van de commissie Onderwijs.
Karianne Boer: ‘De lockdowns hebben bijgedragen aan bijna 200 maal meer kindermisbruikmateriaal.’
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.