JavaScript is required for this website to work.
Europa

Schotland en Wales verzetten zich tegen de brexit

Theo Lansloot2/3/2018Leestijd 3 minuten
Brexit

Brexit

foto © Reporters

De Schotse en Welshe regeringen vrezen een Londense machtsgreep post-brexit, wat leidt tot een woordenstrijd tussen die drie en Brussel.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De regeringen van Schotland en Wales stelden op 27 februari noodmaatregelen op om te voorkomen dat na de brexit het Verenigd Koninkrijk zijn macht daar nog versterkt.

Verzet uit Edinburgh en Cardiff

Die maatregelen zijn vervat in zogenaamde Continuity Bills. De parlementen in Edinburgh en Cardiff zullen die wetsvoorstellen binnenkort bespreken. Schotten en Welshmen willen voorkomen dat kwesties die de EU tot dusver administreerde na de brexit in handen komen van Londen. Dit kan leiden tot een constitutioneel conflict binnen het VK.

De tegenzet van de Schotten

Op 27 februari diende Michael Russell, de Schotse brexit-minister, namens de regering de Continuity Bill in bij het Schotse parlement. Hij legde daarbij een ophefmakende verklaring af. Het verdient de moeite de tekst van die vrij lange verklaring in haar geheel te lezen via deze link.

Samengevat verklaarde Russell dat de regionale regeringen van Schotland en Wales vrijwel geen inspraak hebben gehad in het hele brexitproces. Het gaat hier, zo zei hij, om het beknotten van de aan het Schots parlement toegekende bevoegdheden. De Schotse regering vreest immers dat Londen, na de brexit, die bevoegdheden wil inperken. Het gaat onder meer over beleid op het gebied van landbouw, visserij, justitie en milieu.

Hij excuseerde zich voor het indienen van een wetsvoorstel dat de regering eigenlijk zelf niet wilde. Niettemin voelde ze zich verplicht de Continuity Bill in te dienen om erger te vermijden. De regering van Wales uitte gelijkaardige opmerkingen en verwees ernaar dat de Welshmen zich tweemaal in een referendum voor decentralisatie hadden uitgesproken.  Een akkoord met Schotland en Wales is onontbeerlijk alvorens de brexitwet in het Britse parlement kan aan bod komen.De Britse premier, Theresa May, zal met de eerste ministers van Schotland en Wales de brexit bespreken vóór de op 22 maart geplande EU-top.

Brexitakkoord van december  

Volgens diverse persberichten staat het VK nog steeds achter het met de EU op 8 december 2017 bereikte brexitakkoord. Dat gaat onder meer over de rechten van EU-burgers in het VK, geen ‘hard border’ in Ierland en financiële kwesties. Het VK blijft in 2019 en 2020 zijn gewone bijdragen aan de EU betalen. Hoeveel dat precies zal bedragen is nog niet helemaal duidelijk. Geraamd wordt dat de bijdragen tot zowat £ 50 miljard zullen oplopen. Het VK zal ook zijn verplichtingen betreffende pensioenen nakomen.

Op 28 februari maakte de EU haar ontwerp bekend van het terugtrekkingsakkoord waarover ze met Londen onderhandelt. De tekst is de juridische vertaling van het in december gesloten akkoord. Daarin staat dat om te voorkomen dat er na de brexit een harde grens tussen Noord-Ierland en de Ierse Republiek komt, in heel Ierland de economie hetzelfde, uniek wetgevend EU-kader krijgt. Ook al verlaten het VK en dus ook Noord-Ierland de EU in tegenstelling tot de Ierse Republiek.

Britse weerstand

Theresa May verklaarde al dat ‘geen enkele Britse premier hier ooit hiermee akkoord kan gaan’. Het VK is tot dusver inderdaad niet bereid ook maar iets te tekenen dat zijn constitutionele structuur of zijn interne gemeenschappelijke markt in het gedrang brengt. Bovendien duidt het EU-ontwerp het Europese Hof van Justitie aan als enig orgaan om het terugtrekkingsakkoord uit te leggen en toe te passen. Ook dat is voor de Britten onaanvaardbaar.

De Fransman Michel Barnier, die namens de EU de brexitonderhandelingen leidt, beschuldigde op 27 februari Londen ervan de krenten uit de pap te willen halen. Zoals de Permanente Voorzitter van de Europese Raad Donald Tusk enkele dagen voordien, deed Barnier de Britse brexitpositie als pure illusie af. Hij benadrukte dat het voor de verdere goede werking van de EU-markt belangrijk is dat de brexitaffaire zo spoedig mogelijk wordt afgehandeld. Hopelijk nog in de herfst van dit jaar. De daarop volgende overgangsperiode  moet volgens hem kort zijn en geen open einde transitie. Zij dient wel klaarheid te scheppen omtrent nog verschillende uitstaande twistpunten.

Er is dus nog veel werk aan de winkel en Barnier is kennelijk niet de man om het VK veel pleziertjes te gunnen. Hij neigt veeleer naar het standpunt van president Macron. Die beoogt het vertrek van het VK uit de EU aan te grijpen om van Frankrijk de leidinggevende staat binnen de Unie te maken en het Frans als belangrijkste voertaal in te voeren. Bondskanselier Merkel die zelf graag de Britten zag vertrekken, koesterde en koestert waarschijnlijk nog steeds andere illusies.

Theo Lansloot (1931 -2020) was licentiaat handels- en financiële wetenschappen. Hij was als ambassadeur op rust publicist bij verschillende media. Door zijn professionele achtergrond was hij welbeslagen inzake diplomatie en internationale politiek. Ook volgde Theo de verhoudingen tussen Nederland en Vlaanderen op de voet.

Commentaren en reacties