To smoke or not to smoke
foto © Reporters
Op een ziekenhuiscampus zou een totaalverbod op roken moeten gelden. Een scherp standpunt door Guido Lauwaert.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementNa een kleine week in het UZ Gent heb je zicht op enkele stoornissen. De kleine ergeren mij allerminst – overal is wat – maar de grote blijft nazinderen. Om die uit het hoofd te krijgen moet die uitgeschreven worden, urbi et orbi.
Iedereen is vrij om te roken. Ikzelf rook niet, verschillende van mijn goede vrienden wel, maar zolang ze de rook en hun hoest niet in mijn eten blazen, roken ze er maar lustig op los. Er zijn meer mensen die geen kanker van roken krijgen dan die er wel kanker van krijgen. Als je je daar gaat aan ergeren zou je tevens voorstander moeten zijn om op bier-, wijn- en sterkedrankflessen etiketten te plakken met kotsende jongeren en ouderen met schemerblikken en mergelgroeven. Of om op auto’s, moto’s en brommers stickers te plakken met afbeeldingen van gaskamers.
Wat mij vooral ergert is het roken op de campus van een ziekenhuis. Eens dat betreden zou er rookverbod moeten zijn. Het UZ Gent is de grootste universitaire ziekenhuiscampus van het land. Een rookverbod vlak bij de ingang van een gebouw kan niet. Dan liggen er peukjes in een halve cirkel rond de toegangsdeur. Ze nodigen als het ware uit om er extra bij te gooien. En misschien doen ze dat wel ook. Al heel wat keren heb ik mensen [m/v] vlak bij de ingang een sigaret weten opsteken. Nog gauw eentje, lijken de peuken wel te zeggen, en de rokers gaan gretig op de suggestie in.
Rookpaviljoenen
De directie van het UZ Gent is zich bewust van het probleem. Het heeft daarom rookpaviljoenen om de hoek van elke publieksingang geplaatst. Ietwat verdoken. Je zou ze niet ontdekken ware er de wind niet geweest. Die zit echter nooit goed, want de windrichting op een campus is onberekenbaar. Hij botst van het ene naar het andere gebouw en tolt.
Afijn, een kniesoor wie er over struikelt, dus mogen de paviljoenen blijven staan waar ze geplant werden. Er is helaas iets dat erger is dan een rookpaviljoen. Niet de bezoeker, ook niet de patiënt die gekleed in een vreselijk lelijke kamerjas en met blote onderbenen, en naast zich een rollende kapstok met infusen gepassioneerder zuigt aan een peuk dan hij ooit een geliefde kuste, maar personeelsleden van het UZ Gent zelf.
Werkelijk ergerlijk is het als zij in uniform zijn. Vooral de personeelsleden met een groen pakje aan. De kleur van de verpakking verplicht voor operatiekwartieren. Ik werd – lang geleden – streng toegesproken door een dokter over de gevaren van tabak, om hem een uur later lustig te zien roken in een gang. Klap op de vuurpijl! Hij duwde de peuk onder de bovenlaag van een plantenbak. Iets wat ik by the way Jan Hoet ook heb zien doen, in het UZ, een paar dagen voor zijn dood. Tevens druk telefonerend naast een grote plantenbak, want een zoveelste project moest nog afgerond worden. Wat hem sierde, maar het roken in het gebouw verbleekte zijn aureool. En een blad viel wegens vergiftiging op een schouder van Jan.
Groene zone
Afijn, ter zake. Extra nadeel van het roken door verplegend personeel, de groentjes in het bijzonder. Naar ik hoorde, ontsnappen zij regelmatig. Ze moeten dringend hun schoorsteen laten roken. Tijdens het werk… een ingreep! Waardoor ze voorzeker de niet-rokers belasten met hun werk. De roker wordt er niet voor berispt en de niet-roker krijgt geen pluim om in een hogere versnelling te gaan.
Wat mij betreft: wetten zijn gemaakt om overtreden te worden – de Straatwet is mij dierbaarder dan de Wetstraat – maar dat geldt niet voor codes. Ze zijn richtinggevend maar niet dwingend. Wat maakt dat ze makkelijker aanvaard worden dan wetten. Daarenboven regelen codes sociaal-maatschappelijke afspraken ten bate van de levenswijze.
Nu kan gesteld worden dat een rookverbod voor een campus vergezocht is. Dat bestrijd ik ten zeerste. Een rookverbod zou net het omgekeerde effect bereiken: tolerantie ten aanzien van de roker en respect voor de niet-roker. Wat meer is: de campus is een groene zone, of zou dat moeten zijn, en is dat niet zo dan moet dit dringend geregeld worden. In een natuurreservaat is roken verboden. Zeker in tijden van grote droogte. Welnu, een campus als UZ Gent is in wezen een natuurreservaat dat jaar-in jaar-uit, dag en nacht in de gevarenzone zit. Een rookverbod zou dan ook niet meer dan normaal zijn. Eigenlijk had de minister van Milieu dat al lang moeten regelen. En zij moet niet afkomen met het argument dat het niet haar departement is. Is dat zo dan moet zij de minister onder wiens bevoegdheid ziekenhuiscampussen vallen daarover aanspreken. Helaas, Joke Schauvliege heeft geen harde hand, geen stevige stem en geen ruggengraat. Initiatief moet er dus niet van haar verwacht worden. Misschien helpt dit standpunt.
Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.
Milo Rau vertrekt bij het NT Gent. Hij zag zijn benoeming enkel zag als een tussenstap op de weg naar zonniger bestemmingen.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.