JavaScript is required for this website to work.
post

Tractatus logico existentia cabinetus

Socrates et cetera 32

Guido Lauwaert12/11/2019Leestijd 3 minuten
Op heel wat diensten van administraties kan men de vlucht van een mug op het
gehoor volgen

Op heel wat diensten van administraties kan men de vlucht van een mug op het gehoor volgen

foto © ranonaudit | Pxhe

Wat is het nu van een kabinet en heeft het bestaansrecht? Guido Lauwaert heeft er zo zijn twijfels over.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een minister moet een kabinet hebben. Hij moet er zelfs twee hebben. Eén voor zijn ontlasting en één voor zijn belasting. Met het tweede kabinet bedoelt Socrates et cetera niet een virtueel maar een reëel. Zonder kabinet zou een minister nog dommer zijn dan hij al is. Waarmee niet bedoeld wordt dat alle ministers niet slim zijn. Helaas valt slim niet te verklaren, dom daarentegen wel. Zeker als we beginnen met de vaststelling dat iedereen dom is.

De mens wordt dom geboren en als hij van aanpakken weet sterft hij minder dom. Bereikt hij hooguit een, wat men gemakshalve noemt, zekere slimheid. Die wordt bekomen, wat ministers betreft, met het aantrekken van adviseurs. Voilà, de werkelijke reden waarom een dienaar des konings een kabinet moet hebben. Om de domheid van de minister een air van slimheid te geven. Trouwens, de koning heeft ook een kabinet. Waarom zou een dienaar des konings er dan geen mogen hebben?

Een kabinet voor een minister is dus niet meer dan logisch. Al valt dat te betwijfelen. Problemen zijn er om opgelost te worden en adviseurs om die binnen de kortste keren een kopje kleiner te maken. Maar het wordt blijkbaar per regeringsvorming alsmaar moeilijker. Geef toe, dan gaat zelfs een mens met een bescheiden verstand twijfelen aan het nut van een kabinet. Ook aan dat van een minister. Helaas is in tegenstelling tot een kabinet een regering grondwettelijk verzekerd. Of het nu waardeloos dan nuttig is, daar valt niet over te discussiëren. De grondwet is even waardevol voor het bestaan van dit land als de Steen van Rosetta dat was om het hiërogliefenschrift te kunnen ontcijferen.

Verlaten we echter de lucht van ministers en keren terug naar die van de kabinetten, want dat is toch het uitgangspunt van dit traktaat. En in het bijzonder wat een kabinet kost, een heikel punt waar uw verre afstammeling van Horatius al langer een boom wil over opzetten.

Wie bevolkt de kabinetten? Adviseurs ja, maar zijn ze dat ook werkelijk? Dat valt te betwijfelen. Zeker met de zekerheid dat kabinetsleden eerder gekozen zijn om hun trouw aan de partij, dan aan een zekere kennis op een bepaald gebied. Wat met zich meebrengt dat adviseurs zich laten omringen door mentors, die op hun beurt consulenten raadplegen en zij raadgevers zoeken. Al die mensen hebben medewerkers, wat niet meer dan logisch is, het woord bestaat, dus waarom zou je het zijn betekenis niet waarmaken.

Tellen we het aantal kabinetsleden en de secondanten tijdelijk uitgeleend aan het hoofdkwartier van de partij bij elkaar, voegen we er hun kostprijs aan toe, vermenigvuldigen we dat met het aantal jaren van een legislatuur, dan komen we tot een getal dat in de tientallen miljoenen loopt. Bij dat sommetje moet ook de kost van een paar kabinetsleden gerekend worden, waarop ministers na hun mandaat recht hebben. Zelfs al hebben ze een lucratieve baan versierd bij de EU en zitpenningen bij banken en bedrijven, dan nog hebben recht op enkele welgeklede schoffies.

Ministers en kabinetsleden mogen dan bekennen dat de problemen van de departementen waar ze verantwoordelijk voor zijn hun na aan het hart ligt, maar dat is een leugen. Bij politici groot en klein van dit land gaat de post vóór de kost. Ja zeker, we hebben wat uit te staan met die struikrovers. Ze zijn immuun voor kritiek. En wie zo is, mankeert een geweten.

Met het bedrag dat kabinetsmedewerkers ons, burgers, kosten, kan je de terechte klagers uit het Onderwijs de mond snoeren en hun financiële zorgen wegwerken. En dat van de Zorgsector en dat van het Ministerie van Oorlog en de Pensioendienst.

Moeten kabinetten verdwijnen? Zoals ze momenteel bestaan, inderdaad. Want ze ontnemen ambtenaren hun werk. Het is zo erg dat men op heel wat diensten van administraties de vlucht van een mug op het gehoor kan volgen.
De oplossing is de
ministeriële kabinetten te herleiden tot een secretariaat met maximum vier medewerkers. Zoals in Nederland het geval is. De ambtenaren hun werk terug te geven. En nieuwe ambtenaars te engageren buiten elke partijbemoeienis om. Dan is het gedaan met politieke veestallen waarin schapen blaatten en varkens knorren.

Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.

Commentaren en reacties