JavaScript is required for this website to work.
Brussel deze week

Ursula von der Leyen: onze vrouw op de maan

Tegen 2050 wil haar Commissie werken en leven in de EU revolutionair veranderen

Elisabeth Alteköster15/12/2019Leestijd 4 minuten
Ursula von der Leyen

Ursula von der Leyen

foto © reporters/dpa

De ingrijpende plannen van Ursula von der Leyen tegen het licht gehouden

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Wie de manier van denken achter het supergigantische plan voor een European Green Deal beter wil kunnen inschatten, moet zien welke enorme ambities hier aan het werk zijn. Ten eerste bij de nieuwe president van de Europese Commissie, die al in Duitsland als ‘de eerste van de klas’ gold, naast haar studies en een familie met zeven kinderen drie keer minister kon worden, en destijds in haar kantoor sliep om niet te laat te komen op het werk. De trots die zij op 11 december toonde bij de presentatie van een ontwerp van 24 pagina’s waarmee ons leven de volgende 30 jaren ondersteboven zou worden gekeerd, daar viel niet naast te kijken. Zij wil niet alleen de beste zijn, maar ook de snelste. Op 1 december is de nieuwe Commissie gestart en 11 dagen later krijgen wij een programma waarmee niet alleen al onze problemen zullen worden aangepakt en opgelost, maar de EU tegen 2050 ook het absolute leiderschap in de wereld zal bereiken, de eerste zal zijn in de ‘wereldklimaatklas’. Dit aspect is belangrijk voor van der Leyen. Zij heeft het herhaaldelijk beklemtoond.

De Commissie always thinks big!

Om in een halve maand een ontwerp van 50 voorgenomen acties op papier te zetten, moet men over een apparaat van mensen beschikken die het gewend zijn bij het begin van een nieuwe Commissie het bloed van onder hun nagels te werken. Wie al langer bij de Commissie zit, weet dat deze enorm ervan houdt to think big, en graag met grote passie ambitieuze programma’s over langere tijdperken wil presenteren. Wie herinnert zich nog de beroemde ‘Lissabon-strategie’? Bedacht in maart 2000 met het doel van de EU tegen 2010 ‘de meest concurrentiële en dynamische kenniseconomie ter wereld (!) te maken, in staat tot duurzame groei (!) en met meer en betere banen en een grotere sociale cohesie.’ Tegen 2009 was duidelijk dat de westerse wereld plat op zijn neus lag, en dat de ‘Lissabon-strategie’ onder Zweeds voorzitterschap ten grave moest worden gedragen. Een echte afsluitende kritiek kwam er niet: elementen verdwijnen in een la en worden later – zo ook deze keer – tot nieuw leven gebracht.

De Commissie houdt van oude wijn in nieuwe zakken

De New Green Deal doet een volle greep in de historische instrumentenkist van de Commissie, en oude ideeën worden voor een nieuw doel polijst en ge-mainstreamed : zo raakten de Trans-European Networks sinds 1996 steeds weer, met een veranderde outfit en een nieuwe bestemming op de sporen gezet. Vracht van de weg naar het spoor verplaatsen, de inlandse waterwegen effectiever gebruiken, de versplintering van onze luchtverkeersleiding in Europa door een Single European Sky efficiënter maken, dat zijn onderwerpen van wetgeving, conferenties en debatten die we al 20 jaar lang meemaken. Luc Nijs zei in zijn artikel van 11 december terecht dat de New Green Deal niet duidelijk maakt hoe men van A naar B komt. Hieraan kan toegevoegd worden dat er meestal ook geen analyse volgt van welke dingen in het verleden niet, of onvoldoende gewerkt hebben.

De New Green Deal is de nieuwe industriepolitiek

Terwijl Luc Nijs’ aanbeveling luidt, ‘onze zakken alvast maar dicht te naaien’, zou ik graag toevoegen dat de alomvattende ambitie van de Commissie, om ieder gebied onder handen te nemen en volgens de Green Deal te mainstreamen, een niet te onderschatten impact op de nationale en decentrale politiek zal hebben. Von der Leyens programma is niet in eerste instantie een klimaatactieprogram maar – zoals zij het zegt – ‘onze nieuwe groeistrategie’. Hier wordt een plan voor een nieuwe industriepolitiek op tafel gelegd waarbij zij ervan overtuigd is dat cutting emissions gelijkstaat met boosting jobs. Ook dit is een oud idee dat het milieuvriendelijk maken van productie, product en consumptie als een industriële groeimotor ziet. De transformatie kost tijd en geld. Zij zegt zelfs ‘vijfentwintig jaar’ om bijvoorbeeld op een schone manier staal te maken, auto’s op elektriciteit te laten rijden en de consument te overtuigen alleen maar herbruikbare producten te kopen, en de landbouwer in staat te stellen zonder gif of emissies het heerlijkste eten from the farm to the fork naar onze tafel te sturen. Maar dit komt goed uit: als er nu snel gewerkt wordt, en al het noodzakelijke in de komende 5 jaren gedaan is, dan zijn wij na die overblijvende 25 jaren bij 2050 aanbeland. En in von der Leyens logica betekent dit: ‘Dit system geeft meer terug dan het eist’.

Wat kan dit voor decentrale overheden betekenen?

De nationale en decentrale overheden maken alvast hun borst nat. Wie al aan plannen voor hernieuwbare energie of aan de isolatie en renovatie van gebouwen werkt, krijgt nu de Commissie over de vloer. En dit al snel: voor maart 2020 is het eerste Europese ‘Klimaatwet’ aangekondigd. Rond dezelfde tijd wil de Commissie met een voorstel voor de herziening van de Energy Taxation Directive komen. Dit is een oud stuk wetgeving anno 2003, dat de Commissie al in 2011 gewijzigd wilde zien, maar waarbij zij zich toen op de weerstand van de lidstaten vastreed. Ter herinnering: alle beslissingen over belastingen eisen unanimiteit in de Raad. Verder wordt de lidstaten gevraagd hun ‘aangepaste energie- en klimaatplannen’ aan de Commissie voor te leggen. De Commissie zal deze bekijken en nieuwe ingrepen of wijzigingen vragen voor zover ze ontoereikend zijn. Dit herinnert aan wat wij op economisch vlak al hebben: tijdens het European Semester zijn lidstaten verplicht hun national reform program naar de Commissie te sturen die zich daarover dan buigt, en haar vinger op alle zwakke punten legt.

Verder zal de Commissie ervoor zorgen dat er rond 2025 in de EU een miljoen oplaadplaatsen voor elektrische voertuigen ter beschikking staan. En last but not least wordt vrij snel, in maart 2020 een European Climate Pact opgestart. Dit initiatief beweert te zullen focusseren op de uitwisseling van informatie, inspiratie en communicatie, in het bijzonder door een on-going citizens dialog. Maar met Pacten weet men maar nooit….

De nieuwe Green Deal werkt voor iedereen of helemaal niet?

Eén uitspraak is er alvast waarop wij de nieuwe Commissievoorzitter en haar ambities zullen kunnen afrekenen. In het kader van de belofte dat niemand zal achterblijven als deze rollercoaster op gang komt, wordt ons toegezegd ‘dat dit plan of voor iedereen zal werken, of helemaal niet zal werken’. Een belangrijke toezegging toch? Maar wie gaat dat op welk punt vaststellen?

Oud-directeur EU Begroting en Financiën in de Raad van de Europese Unie.

Commentaren en reacties