Van natie zonder staat, naar staat zonder natie (II)
Nieuwjaarsbrief Doorbraak
De N-VA geeft forfait in het debat over Vlaanderen.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementVan le grand remplacement in Molenbeek tot de irrelevantie van Vlaanderen. Een welgemeende Nieuwjaars-waarschuwing van Doorbraak aan de Nieuw-Vlaamse Alliantie. Dit is deel II van de nieuwjaarsbreif, lees zeker ook deel I.
Daar waar inwoners niet geregistreerd worden. Waar identiteitskaarten niet meer meetellen. Waar om het even wie in en uit kan. Daar waar vzw’s en verenigingen de dienst uitmaken. Waar elke winkel een dekmantel kan zijn. Waar het fanatisme bepaalt wie op straat mag lopen en wie niet, en hoe gekleed of hoe niet. Daar waar no-go-zones zich als vanzelf vermenigvuldigen. Waaruit autochtone scholen en instellingen wegtrekken. Waar politie valselijk te hulp wordt geroepen en in valstrikken gelokt. Waar de arm der wet gebroken wordt. Waar multiculturaliteit een naam is voor de nieuwe monocultuur. Waar het negatieve positief, en het positieve negatief wordt benoemd. Daar waar deze trieste feiten ontkend worden.
Daar waar de grens bestuurlijk doorlaatbaar is. Waar men zich noch in het ene noch in het andere systeem bevindt. Daar waar Vlaanderen of Wallonië niet mogen meebesturen, terwijl Brussel het zelf niet kan. Waar de staatshervorming nog onvoltooider is gebleven dan elders in deze staat. Waar België er maar niet in slaagt klare wijn te schenken. Daar dus.
Failed state
Waarom toch in Molenbeek? moeten vele culturele voorstanders van het ‘Brusselse model’ zich hebben afgevraagd. Waarom werden de terreuraanslagen in Parijs nog tot op het moment van de daad zelf geregisseerd vanuit Molenbeek? Op deze vraag zijn natuurlijk vele geldige deelantwoorden te geven. Vooral in buitenlandse kranten heeft men geprobeerd een verklaring te vinden in de structuur zelf van de Belgische staat. Het eerste wat de Franse, Engelse en zelfs Amerikaanse commentatoren zagen was het Brusselse institutionele kluwen. Het is daaraan dat ze konden zien dat Belgium een failed state was.
De Vlaamse Beweging heeft dit niet tegengesproken. Ze zegt namelijk al heel lang dat België niet werkt en ook niet kan werken. Voor zover het in haar macht lag heeft de Vlaamse Beweging aan dat ‘Belgische negatief’ iets willen doen. En ze is daar ook in geslaagd. Voor zover Vlaanderen vandaag een deelstaat is, kan het een geslaagde deelstaat in Europa worden genoemd. Wallonië is veel meer in de oude Belgische gewoontes blijven hangen, en Brussel is wettelijk gesproken een vacuüm geworden. Voor Brussel is geen oplossing gevonden. Brussel is nog altijd iets voorlopigs. Brussel is voortdurend in verzuim. Brussel en Wallonië: de ‘gefaalde’ componenten van de Belgische staat.
Silo-mentaliteit
Deze perceptie vroeg om belgicistisch weerwerk. Le Monde werd ingeschakeld. Deze krant schreef wat van haar werd verwacht, dan kon men het hier navertellen. België was een mislukte staat, niet omdat de staatshervorming onvoltooid was gebleven, maar omgekeerd, omdat er te diep hervormd was geweest. Volgens Le Monde (en later De Morgen en De Standaard) waren de staatshervormingen te ver doorgeschoten. Er was te ver gedecentraliseerd, en aan het veiligheidsprobleem in Molenbeek kon je zien dat dit tot een gebrek aan verantwoordelijkheidszin leidt. Een Amerikaanse journalist die in Sint-Gillis-Brussel woont, schrijft vandaag in The London Review of Books over ‘the silo mentality of a hyperdecentralised system of government‘, en deze silo-mentaliteit zorgt voor een gebrek aan verantwoordelijkheidszin. De man schrijft dat hij vooral ‘fluent in French‘ is. Ik hoop dat hij bedoelt dat de negentien Brusselse gemeenten moeten samengevoegd worden onder één burgemeester. Maar ik vrees dat hij (na Le Monde) bedoelt dat de staat België geherfederaliseerd moet worden.
Dit was ook het antwoord dat de belgicistische kranten herhaalden in allerlei varianten. Ze menen dat ook, vanuit het soort postmoderne en multiculturalistische ideologie van hun redacteuren en hun belanghebbenden. Ze haken ook in op bestaande tendensen binnen in de kleurpartijen. Daarenboven, en dat was meegenomen, bedoelden ze dit als provocatie van de N-VA, die haar confederalisme volgens hen moet laten vallen. De N-VA politici moeten opnieuw aan de tekentafel.
Het institutionele debat
Tot zover het gewone. De lezer verwacht niet anders van deze kranten. Maar er is meer aan de hand. Er wordt op deze provocatie namelijk niet meer geantwoord. N-VA zwijgt over het communautaire. Dat impliceert dat N-VA ook nauwelijks nog een poging doet om dit communautaire debat te sturen, zelfs wanneer zoiets wezenlijks ter sprake komt als de institutionele structuur van de Belgische staat, en zelfs wanneer het terugdraaien van Vlaamse verworvenheden in alle ernst ter sprake wordt gebracht. Want wie van ‘Molenbeek’ gebruik maakt om de defederalisering als schuldige aan te wijzen, wil terug naar het unitarisme.
Telkens weer leidt deze redenering naar meer België. Telkens weer worden argumenten aangedragen voor minder Vlaanderen. Daarom lijken deze opstootjes in het darmstelsel van de belgicistische kranten wel op een algemene repetitie voor de verkiezingscampagnes van 2018 en 2019. Plaagstootjes aan weerskanten (splits de spoorlijn Antwerpen – Charleroi!) kunnen misschien wel de gewenste reacties uitlokken, maar ondertussen is er een veel groter onheil geschied: het institutionele debat is weggeveegd.
Die Belgische kat kom weer, die kon nie langer wag
Het heeft er namelijk alle schijn van dat N-VA zal gepakt worden op datgene wat ze nu verzwijgt. Het veiligheidsthema zal tegen die tijd geen geschilpunt meer zijn. Alle partijen zullen tegen die tijd de harde lijn trekken. Alleen over wat er met België moet gebeuren zal er nog getwist worden, bij gebrek aan iets anders. En dan zullen alle partijen zich aan de belgicistische zijde scharen, de ene al wat meer of minder dan de andere, maar wel allemaal gezamenlijk tegen N-VA – zoals de mentale toestand zowel binnen als buiten de regering in feite nu al is. N-VA had geen vrienden, heeft vandaag geen vrienden, en zal er morgen geen hebben. Het communautaire komt vast en zeker ter sprake, maar nu van de rebelgiserende kant. Aan N-VA zal gevraagd worden waarom ze er zo lang beschaamd over zweeg.
Men kan zich de slogan waaronder dit zal gebeuren gemakkelijk voorstellen. Iets in de trant van Gwendolyn Ruttens uitroep: ‘Het is absoluut genoeg geweest’. Met dat ‘het’ wordt dan bedoeld: de telkens terugkerende fases in de Vlaamse verzelfstandiging. Deze kreet slaat op alle voorgaande staatshervormingen, en de zwakke theorie erover staat opgetekend in een liberaal verkiezingsboekje (Een beter België). De staatshervormingen waren tijdverlies, in plaats daarvan hadden we beter nog meer geld kunnen verdienen: zo van die dingen. Naast die slogan komt ook de noemer van de campagne al even geredelijk voor de geest, en die wordt beslist ‘de versterking van de federatie’.
Zal de zwijgende N-VA tegen die tijd klaar zijn voor de aanval van de VNNP, de Verzamelde Niet-N-VA Partijen? Zal zij ondertussen het debat over het institutionele gevoed hebben? Heeft zij de antwoorden klaar op de redelijke voorstellen die door de belgicisten (de ‘slechte Vlamingen’) naar voren worden geschoven? Want wie wil nu de federatie niet versterken? Laten we eens nagaan waaruit die versterking dan wel zou kunnen bestaan.
Aansterkende middeltjes
Ten eerste, met redelijke maatregelen die al in de zesde staatshervorming ingeschreven staan, en waarover men dus zal moeten praten. Zoals die eeuwige, vervelende, en niet-federale federale kieskring. Alle argumenten voor en tegen zijn uitentreuren herhaald, zodanig dat men zou kunnen zeggen: goed! Organiseer die dan! Hij zal het België van morgen nog meer splitsen dan het al is. En wat ook nog (met dank aan Beke en Verheirstraeten) in die ramp van een zesde staatshervorming voorkomt is de Brussels Metropolitan Region, ook nog genoemd Communauté Urbaine, een volmaakt lege doos waarmee men eigenlijk slechts de oude provincie Belgisch-Brabant wil herstellen, kwestie van nog een Brabançonne te kunnen zingen. Tweemaal versterking van de federatie dus.
Wat niét in de zesde staatshervorming voorkomt is het einde van de Gemeenschappen. Met de Gemeenschappen zijn we nog met zijn tweeën in de zogenaamd bipolaire staat België. Dat kan niet blijven duren, want dualisme leidt vanzelf tot splitsing. Het is dus veel beter om met vier Gewesten te zijn, dan is het drie tegen Vlaanderen, dat ligt België beter. Versterking van de federatie nogmaals.
Dat het Brussels Gewest en Wallonië, en hun Fédération Wallo-Brux geherfinancierd zullen moeten worden, staat als een paal boven water. Beide entités verzuipen in de schulden. Wie Brussel versterkt, versterkt de federatie.
En stoemelings
En dan het sluitstuk. Iets rebelgianiserends, iets herfedererends, iets constitutioneels waarvoor men nooit een Vlaamse betoging op straat krijgt omdat het te moeilijk is om uit te leggen. Wat vandaag namelijk de versterking van de federatie in de weg staat, is het feit dat er tussen Belgische wetten en Vlaamse decreten geen hiërarchie bestaat. Dat wil zeggen dat in de huidige regeling een Belgische wet nooit een Vlaams decreet ongedaan kan maken. Hier ligt het federale kalf gebonden. Dit is het overduidelijke symbool van de zwakte van de Belgische federatie. Dus: weg met die gelijkheid! Laten we de hiërarchie invoeren! En dan nog het liefst en stoemelings. Dan versterken we de federatie.
Al deze elementen zullen ter sprake komen als er na 2019 dan toch, omwille van de Franstalige financiën, over een zevende staatshervorming onderhandeld moet worden. Als de N-VA zo redelijk (‘Belgisch’) is als vandaag, wat garandeert dan de Vlaamse kiezer dat de Belgische deur niet voor decennia op slot gaat voor verdere Vlaamse verzelfstandiging? De onvermijdelijke, onontwijkbare en anti-Vlaamse supermajorities en grendels blijven immers bestaan. In ruil voor een paar bescheiden gescheiden bevoegdheidspakketten en een regeling voor de uitdoving van de transfers op een termijn van een halve eeuw mag N-VA de republiek Vlaanderen opbergen.
Tenzij N-VA opnieuw een communautaire partij wordt natuurlijk. Dan verandert alles. Dan kunnen we weer samen nadenken over een Vlaamse toekomst. En dan kuisen we Molenbeek op.
Jean-Pierre Rondas was tot 2011 radiomaker bij Klara (VRT) met de interviewprogramma’s Wereldbeeld en Rondas. Publiceerde 'Rondas’ Wereldbeeldenboek' (2006 en 2020). Als stichtend lid van de Gravensteengroep redigeerde hij 'Land op de tweesprong. Manifesten ter ontgrendeling van Vlaanderen' (2012). In 2014 verscheen 'De hulpelozen van de macht'. Publiceerde nieuwe geannoteerde edities van Filip De Pillecyns 'Tegen de muur' (2019) en 'Mensen achter de dijk' (2020). Maakte een keuze uit Mark Grammens' 'Journaal'-essays in 'Trouw moet blijken' (2022). Eigen essays verschenen in 'Een kwestie van bestaan. Vlaanderen in de wereld' (2020).
Na een in memoriam voor zijn leerling Luc De Vos, herdenkt J.P. Rondas zijn poësisleraar Paul Heirwegh die dit jaar overleed. Opdat verleden lessen niet verloren zouden gaan.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.