Vandaag 1638: grootse première van Vondels Gijsbrecht van Aemstel
Joost van de Vondel (1587-1679)
Vondel schrijft voor de opening van de Amsterdamse schouwburg ‘Gijsbrecht van Aemstel’, over een middeleeuwse opstand van een stad tegen een vorst. Een motief dat resoneerde in de jonge Republiek.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOp zondag 3 januari 1638 wordt de Amsterdamse schouwburg geopend met het treurspel Gysbregt van Aemstel, d’ondergang van zijn stad en zijn ballingschap. Treurspel, dat Joost van den Vondel speciaal voor de opening heeft geschreven.
Joost van den Vondel wordt op 17 november 1587 geboren uit Antwerpse ouders, vader Joost van den Vondel sr. en moeder Sara Craen. Zijn geboorteplaats is Keulen, omdat Vondels doopsgezinde ouders in 1582 de stad Antwerpen waren ontvlucht. Pas in 1595 kan het grote gezin – Joost heeft intussen nog zes broers en zussen gekregen – weer verhuizen naar veilig, Nederlandstalig gebied. De zeven Vondeltjes lopen school in Utrecht. Autodidact Vondel wordt algemeen gezien wordt als de grootste auteur uit het Nederlandse taalgebied. Hij was lid van het Brabantse dichtersgilde Het Wit Lavendel. Terwijl hij nog als kousenmaker werkt, begint hij zijn eigen drama’s te schrijven als bewonderaar van de Romeinse schrijver Seneca.
De Gijsbrecht van Joost van den Vondel wordt opgevoerd ter gelegenheid van de opening van de eerste stenen Amsterdamse schouwburg. De geplande inwijding op 26 december 1637 van dit door Jacob van Campen ontworpen classicistische theater aan de Keizersgracht moet worden uitgesteld vanwege bezwaren van protestantse geestelijken tegen enkele passages in het stuk die zich in de katholieke middeleeuwen afspelen. Zij protesteren tegen de geplande ‘vertoning van superstitiën van de paperije als misse en andere ceremoniën’. Na enkele bijstellingen kan de Gijsbrecht van Aemstel dan toch op 3 januari 1638 stijlvol in première gaan in Van Campens gloednieuw theater.
Vondel draagt het stuk op aan de jurist en auteur Hugo de Groot, die in 1638 als balling in Frankrijk leeft. De Groot was verbannen nadat hij betrokken was geraakt bij religieuze disputen. Zijn ideaal was het herstel van de eenheid van alle christenen in een terugkeer naar de situatie van de oude kerk in de eerste eeuwen na Christus. Vondel richt zijn inleiding aan Hugo de Groot en besluit ze met de woorden: ‘Ik offer Uwe Exc. in zyne ballingschap mynen Gysbreght van Aemstel, den godvruchtigen en dapperen balling’. Na een periode van intensieve religieuze zoektocht bekeert Vondel zich rond 1640 tot de katholieke kerk.
Gijsbrecht van Aemstel speelt zich af in Amsterdam, tijdens een kerstnacht omstreeks 1300 en gaat over de belegering van de stad door manschappen uit omliggende dorpen, verenigd in de Kennemers en Waterlanders. Aanleiding is de vermeende betrokkenheid van Gijsbrecht en zijn bondgenoten Gerard van Velsen en Herman van Woerden bij de ontvoering en moord op Floris V van Holland in 1296. De vijandelijke soldaten lijken zich terug te trekken, maar duiken als gevolg van een list onverwacht weer op. Na hevige gevechten is Gijsbrecht gedwongen, met zijn vrouw Badeloch en hun kinderen, naar Pruisen te vluchten, waar hij een Nederlandse kolonie sticht.
De jaarlijkse Amsterdamse voorstellingen van Gijsbrecht zijn sinds 1641 een eeuwenlange traditie, eerst als kerstspel, daarna als jaarlijkse nieuwjaarspremière. Pas in het culturele rampjaar 1968 wordt daar een einde aan gemaakt.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Luc Pauwels is historicus, gewezen bedrijfsleider en stichtte het tijdschrift 'TeKoS'.
Konrad Adenauer loodst West-Duitsland in de naoorlogse jaren door politiek woelige watertjes met Israël, Frankrijk en de Sovjet-Unie. Hij zet het land resoluut op een Atlantische koers.
Alles digitaal is niet altijd even handig. Vooral Scandinavische landen waren in 2024 doelwit van cyberaanvallen uit Rusland. Een waarschuwing ook aan ons adres.