Vandaag 2010: communautaire discussie over de Belgische nummerplaten na half jaar beëindigd
De laatste Belgische nummerplaat oude stijl
Een voorstel voor zwart-gele nummerplaten in België zette in 2010 het land in rep en roer. Uiteindelijk zegevierde het status quo.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHet nummerplatenconflict! In de regering wordt een half jaar lang zwaar gediscuteerd over het uitzicht van de Belgische nummerplaten voor auto’s. Minister Etienne Schouppe (CD&V) is voorstander van zwarte letters op een gele achtergrond. Dat geeft het beste contrast voor visuele en digitale herkenning. Technisch is daar niets tegen in te brengen. Maar PS-vicepremier Laurette Onkelinx en cdH-vicepremier Joëlle Milquet willen er niet van weten. Belgen die rondrijden met ‘Vlaamse’ nummerplaten, bovendien met identieke kleuren als de Nederlandse, ‘pas question!’ Dus alles bij het oude laten, witte plaat met rode letters.
Maar toch niet helemaal. Op 20 juli 2010 kiest de regering uiteindelijk voor robijnrood op wit als kleurencombinatie. Het donkerdere rood (technisch: RAL 3003) moet zorgen voor ‘een betere herkenning met het blote oog en met (digitale) camera’s’. De nieuwe kentekens krijgen de vorm 1-ABC-123, waarbij de voorheen reeds gebruikte combinatie van drie letters en drie cijfers vooraf wordt gegaan door een zogeheten indexcijfer. Het indexcijfer van 1 tot en met 7 is bestemd voor de gewone nummerplaten, 8 is bestemd voor internationale kentekenplaten en 9 was toen voorzien voor gepersonaliseerde platen.
Categorieën |
---|
Luc Pauwels is historicus, gewezen bedrijfsleider en stichtte het tijdschrift 'TeKoS'.
De Saturnalia ter ere van Saturnus en de zonnewende werden gevierd om de aankomende lente te vieren en hebben veel weg van onze carnavalsfeesten.
Het belang van de industrie voor de tewerkstelling neemt af. Maar dat betekent niet dat er geen nood is aan een industrieel beleid.