JavaScript is required for this website to work.
Communautair

Knopen doorhakken

Twintig jaar na de 'Vijf Vlaamse Resoluties'

Pieter Bauwens3/3/2019Leestijd 4 minuten
Maakt het verschil als de ene Vlaamse Minister-President plaats maakt voor de
andere?

Maakt het verschil als de ene Vlaamse Minister-President plaats maakt voor de andere?

foto © Reporters

Na zes staatshervormingen is de Belgische staatsstructuur enkel ingewikkelder geworden. Tijd om keuzes te maken, in mei 2019 bijvoorbeeld.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

20 jaar na de Vlaamse resoluties zijn we niet opgeschoven naar een beter België. Wel integendeel. Het is allemaal nog onoverzichtelijker en ondoorgrondelijker geworden. Tijd om knopen door te hakken, maar dat wordt moeilijk, want na 20 jaar zijn de politieke posities grondig hertekend.

Vlaamse eensgezindheid in Vlaamse resoluties

3 maart 1999. Vandaag, dag op dag, 20 jaar geleden werden de vijf beruchte resoluties gestemd in het Vlaams Parlement. Die resoluties toonden de toenmalige Vlaamse eensgezindheid over de contouren van een nieuwe staatshervorming. Eindelijk leek Vlaanderen een plan te hebben over de toekomstige inrichting van België. We zijn 20 jaar en twee staatshervormingen later. Die hervormingen hadden niet de contouren van die resoluties, hoewel net dezelfde partijen betrokken waren.

20 jaar geleden, het lijkt een eeuwigheid. De CD&V was nog gewoon CVP en sp.a heette nog SP. Er waren nog Vlaamsgezinde vleugels en parlementsleden in meerdere partijen. Zo herinnert Bart Maddens terecht aan de Vlaamsgezindheid van de VLD, twintig jaar geleden. Vlaams campagne voeren, verkiezingen winnen en daarmee Belgisch besturen, het is helaas een constante in de Belgische politieke geschiedenis. Verhofstadt deed het, Leterme deed het en over N-VA kan je discussiëren, die nam haar bocht in 2014 al voor de verkiezingen.

Vandaag is er geen Vlaamse politieke eensgezindheid meer, Groen en Open Vld pleiten voor herfederalisering en CD&V enerzijds ook en anderzijds niet. Vlaams Belang maakte — toen nog als Vlaams Blok — 20 jaar geleden al bezwaar tegen de resoluties, omdat ze niet ver genoeg gingen. Die partij is altijd resoluut voor Vlaamse onafhankelijkheid blijven gaan.

Quid N-VA?

Quid N-VA? Haar overtuiging staat het dichtst tegen die resoluties van 20 jaar geleden. Maar Maddens merkt terecht op ‘Dit is de eerste Vlaamse regering in de geschiedenis die wordt gedomineerd door een Vlaams-nationale partij. En het is meteen ook de eerste Vlaamse regering die zich neerlegt bij het institutionele status quo. Wat een paradox.’

Het grote verschil met 20 jaar geleden is de N-VA. Die heeft zich in de voorbije 17 jaar van kleine kartelpartner van de CD&V opgewerkt tot politiek marktleider in Vlaanderen. 20 jaar geleden was de Vlaams-nationalistische Volksunie relatief klein en was ‘meer Vlaanderen’ breder verspreid over álle partijen. Nu er een partij is die marktleider is en die brede consensus aanscherpt in haar beruchte artikel 1 van de partijstatuten, is die overtuiging bij andere partijen verdampt. Terwijl je ook zou kunnen verwachten dat daarover nu makkelijk een brede consensus zou kunnen zijn in het Vlaams Parlement.

Maar de opkomst van de N-VA heeft de andere partijen gedwongen om zich te herpositioneren en het verschil te maken met die politieke nieuwkomer. Politiek is niet enkel een zaak van overtuiging. Ook van positionering tegenover elkaar. De herfederalisering en de bocht van 180 graden die Open Vld daarin maakte én het aarzelen van de CD&V is een berekende herpositionering door de opkomst van de N-VA. De Vlaamsgezinde liberalen en dito christendemocraten blijven verweesd achter en wachten af tot de bui overwaait of stappen over.

Vlaams minister-president

Zowel Nicolas Bouteca (Ugent) als Bart Maddens (KU Leuven) wijzen op Doorbraak op de belangrijke rol die Vlaams minister-president Luc Van den Brande (CD&V) speelde in het tot stand komen van die Vlaamse resoluties. Dat doet de vraag rijzen of de komst van Bart De Wever, die zonder electorale ongelukken Vlaams minister-president kan worden, eenzelfde effect zal hebben op het Vlaamse niveau.

Geert Bourgeois legde het Vlaamse vuur niet aan de schenen van zijn federale partijgenoten-ministers. Zal De Wever dat wel doen? Zal De Wever zich met zijn Vlaamse regering zomaar neerleggen bij de Belgische status quo? En wat als N-VA federaal niet mee regeert en De Wever vanuit Vlaanderen mee oppositie kan voeren? De journalistieke aandacht voor het Vlaamse niveau zal dan stijgen. Misschien ook de wervende kracht van dat Vlaamse niveau.

De Vlaamse resoluties opnieuw in het regeerakkoord zetten heeft geen zin meer. Nicolas Bouteca beweert dat de vijf resoluties duidelijk de leidraad waren bij de twee vorige staatshervormingen. Maar hij geeft zelf ook aan hoe ver ze daarvan staan. België is meer opgeschoven naar drieledigheid met Brussel als volwaardige federale partner. Dat was tegen de zin van de Vlaamse Beweging, maar maakt paradoxaal de Belgische knoop makkelijker om te ontwarren.

Die Belgische knoop is anderzijds wel verwarrender geworden de voorbije 20 jaar. Bevoegdheden werden nog meer versnipperd. De aangespoelde potvis die bij eb een Vlaamse bevoegdheid is en bij vloed een federale, is daarvan een stinkend voorbeeld. Ook bij mobiliteit en gezondheidszorg zijn de bevoegdheden als een Belgisch compromis gesplitst: niemand wordt er beter van, maar elke partner kan het als een overwinning uitleggen. Volgens de ene is het gesplitst, volgens de ander is de volledige splitsing voorkomen. En zo is de Belgische structuur bijeen ‘gecompromist’.

Knopen doorhakken

Het resultaat is een onwerkbare structuur. Een zevende staatshervorming kan dat probleem niet oplossen omdat de onderhandelaars snel in dezelfde logica zullen vervallen als de vorige zes keer.

We hebben een Alexander nodig die zijn zwaard bovenhaalt en de knoop doorhakt. De Belgische ingewikkelde structuur is een verspillende luxe die we ons niet meer kunnen permitteren. Zeker niet als straks de rente stijgt. Keuzes maken dus, ofwel herfederaliseer je het land — maar dan wel volledig — ofwel splits je het goed (noem het onafhankelijkheid of confederalisme). Ikzelf kies voor splitsen, voor Waalse en Vlaamse onafhankelijkheid. Dan kan elk deel van dit land een democratisch gelegitimeerd beleid voeren, met eigen middelen. Het is mijn overtuiging dat elke deelstaat daar beter van zal worden.

En Brussel? Dat is in de feiten een derde volwaardige deelstaat en zal zelf keuzes moeten maken. Vlaanderen is Brussel door België kwijtgespeeld. Zelf koester ik nog de hoop dat we het met Vlaanderen terug kunnen winnen. Maar tussen droom en daad,…

Waarheen het moet met dit land is een keuze die dringend gemaakt moet worden. Bij de komende verkiezingsdebatten mag dit dan ook niet ontbreken.

 

Lees vandaag op Doorbraak de analyses van politicologen Bart Maddens en Nicolas Bouteca en van N-VA’er Sander Loones over de actualiteit van de vijf Vlaamse resoluties.

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties