Wegglijden in anticultuur
Met een kruis op de rug en blootsvoets loopt een deelnemer, verkleed als Jezus de marathon van Berlijn.
foto © Pieter Bauwens
Volgens Mark Geleyn is de anticultuur mainstream geworden, normen overtreden is de norm en wat heilig is moet belachelijk gemaakt worden.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOok het choquerende word je op de duur gewoon.
In de kerk van een bijgemeente van Borgloon bond in 2017 een kunstenaar een levensgrote koe aan een kruis. Holy Cow noemde hij het maaksel. Er was wat persgeschrijf, onbekenden kwamen de koe eens omverwerpen, maar dat was het. De kunstenaar zei dat hij wilde protesteren tegen het misbruik van dieren voor de melkproductie.
In 2018 stelde het Haifa-museum in Israël een kruisbeeld tentoon, met daaraan een gekruisigde MacDonald-mascotte in het gekende geel-rode strepenpak. Christelijke Palestijnen namen het niet en de museumleiding verwijderde dan maar het beeld van de Finse ‘kunstenaar’.
Onlangs voor een kerkmuur in Dublin, namen negen gay pride jongeren, luidruchtig, ontspannen en happy, een lollige selfie tussen een beeldengroep met de gekruisigde Christus, zijn moeder Maria en de apostel Johannes.
Onverschilligheid
De vraag die mij bij deze omgang met christelijke symbolen bezig houdt is niet zozeer of het hier om blasfemie gaat. Natuurlijk is het dat: het schenden van het heilige. Ons strafwetboek sanctioneert belediging, laster en eerroof, ook al worden er doorgaans geen strafprocedures meer ingezet. Tenminste als het gaat over christelijke symbolen.
Nee, de vraag die mij bezig houdt, is het waaròm van die schenderij. Wat maakt dat de schenders er zo gemakkelijk mee weg komen? Er worden de laatste jaren veel kerken kapot gemaakt, altaren vernietigd, heiligenbeelden stukgeslagen. In Frankrijk tientallen keren per maand. In de meeste gevallen blijken de daders moslim te zijn. De onverschilligheid van politiek en media, en het stilzwijgen van de kerk zelf ten aanzien van deze golf van schendingen is een fenomeen op zichzelf. We gaan daar later een zware rekening voor betalen.
Anticultuur is mainstream
De schendingen die ik bij het begin van dit stuk noemde zijn van een andere orde. Dit is geen protest van randfiguren, rebels gedrag van kunstenaars of braniegedrag van pubers. Dit is mainstream, normaal tijdverdrijf. Het is zo normaal geworden, dat ons cultureel gedrag is omgezwaaid in anticultuur.
En even bevreemdend als het fenomeen zelf, is de snelheid van de ommezwaai. Ethische normen die tot voor kort evident waren, zoals de seksuele ethiek, wat een huwelijk is, of het mensbeeld van man en vrouw, zijn op enkele jaren tijd overboord gegooid, soms zelfs in hun tegengestelde omgedraaid. Een holebihuwelijk een brug te ver vinden, is een principe dat sinds eeuwen tot de kern van onze ethiek behoort, maar is nu in Vlaanderen een opinie die zelfs niet meer getolereerd wordt en een koor van verontwaardiging uitlokt, al dan niet gespeeld. Obama en Clinton noemden in 2004 het huwelijk van man en vrouw nog ‘bedrock values’, terwijl zij vier jaar later het homohuwelijk bepleitten.
Bij politici kan je die ommezwaai opportunisme noemen, en de holebilobby heeft een sterke greep op die groep. Maar hoe zit het met de gewone mensen en met de elite? Welke drijfveren brengen mensen in een bepaald tijdvak ertoe om zo brutaal, en zo systematisch, instellingen, geloofspunten en ethische praktijken te ondergraven, die vele generaties voor ons strikt hebben onderhouden?
Cultureel onbehagen
Elke beschaving trekt rode lijnen, zet gedragscodes uit om de samenleving te ordenen. Dat maakt deel uit van ‘beschaven’. Als iedereen zijn lust, machtsdrang of hebzucht kon uitleven, was er chaos. Het uitzetten van regels is deel van het beschavingsproject. En die regels, taboes en gedragscodes worden van generatie tot generatie doorgegeven. Mensen moeten met die normering leven. Als ze het daar moeilijk mee hebben, dan ondervinden zij ‘onbehagen’ aan de cultuur. Zo formuleerde het Sigmund Freud.
Religie, de manier waarop de mens zijn hunkering naar het transcendente beleeft, plaatst die gedragsregels in een transcendent kader. Ze zijn niet meer willekeurig en hebben groot gezag, want zij komen van het Opperwezen. Het verankeren van de sociale orde in een diepere sacrale orde is eigen aan elke beschaving. Een beschaving in groei en bloei zonder religie, is er niet.
Na de bloei komt de afgang. De sacrale orde wordt in vraag gesteld, of verworpen. Er is enkel nog deze wereld en er is enkel het autonome Ik. Dat autonome Ik verwerpt elk verbod of taboe of filosofie of religie waarmee het niet zelf instemt. We zitten in dat stadium, al een hele tijd: de sacrale orde is verworpen, de deugdenleer is verworpen, taboes en gezag zijn verworpen.
Misprijzen
Zeer snel is die afwijzing van het sacrale zich gaan omzetten in misprijzen. Misprijzen voor begrippen die generaties lang de morele horizon bepaalden: deugd, zonde, wroeging, berouw, inkeer, kuisheid en ontucht, schuld en boete. Het waren begrippen die niet enkel het religieuze kader bepaalden, maar ook de volledige sociale orde.
De kanker vreet om zich heen. Het misprijzen voor de morele codes tast de hele samenleving aan. De politiek kan met morele codes niets meer aanvangen, spreekt hoogstens nog van waarden, maar wil vooral zorgen dat de mensen zich goed voelen. In de universiteiten ontwijkt de filosofie de grote vragen, de rechtsleer is losgekoppeld van de ethiek en de sociale wetenschappen zijn op hol geslagen. De Kerk zelf wil niet achterblijven, verwatert haar doctrine en vervelt tot een progressieve partij, bezig met alle actuele thema’s.
Het is bij de elites dat het misprijzen het meest voelbaar is. Vroeger waren elites de dragers van normen en idealen van een samenleving, van familie, natie en God. Nu zijn die elites de voornaamste ondergravers van die normen geworden. Spot, hoon, cynisme, ironie, deconstructie zijn nu de codes in kunst en literatuur, op film en tv en in regietheater. Cultuur is nu anti-cultuur. Tekenend is de song van de Rolling Stones: ‘all sinners are saints’. De song zelf heet Sympathy for the Devil.
Desacraliseren
En zo komen we terug bij de voorbeelden met de kruisschendingen aan het begin van dit stuk.
Het ingebakken misprijzen voor de morele en religieuze codes heeft verstrekkende gevolgen. Omdat cultuur altijd verbiedt, moet anticultuur alle verbod opheffen, en dus gedragscodes schenden. Waar vroeger normen werden overschreden, moet het overschrijden norm worden. Waar kan dat frappanter, kwetsender, drastischer, dan in het desacraliseren van het sacrale?
Ooit maakte ‘kunstenaar’ Serrano een Piss Christ, een Christusbeeld ondergedompeld in een glas urine. Hij kreeg er nog een subsidie voor ook, van het Amerikaanse kunstenfonds. Mapplethorpe fotografeerde obsceniteiten die gerenommeerde musea vertoonden. Maar dat waren nog experimenten in het kunstmilieu. Waar we nu aangeland zijn is een volkscultuur die in zijn tegengestelde, in anticultuur is getransformeerd. De hysterische verafgoding van rocksterren op veldconcerten, de minachtende omgang met geloof en zeden in film, in de media en op tv, de amorele anarchie op realityshows, het zijn allemaal voorbeelden van een cultuur in verval, van het wegglijden in een anticultuur.
Ooit zei de gek uit Nietzsches Zarathustra: ‘als je de aarde losmaakt van de zon, belandt ze in de totale duisternis’. Nietzsche zou moeten kunnen zien waar wij nu beland zijn.
Categorieën |
---|
De auteur is oud-diplomaat.
Oud-ambassadeur Mark Geleyn: ‘Het valt te hopen dat Israël de westerse beschaving kan redden voordat de westerse beschaving Israël verhindert dat te doen.’
Ward Hermans sloot zich als soldaat aan bij de Frontbeweging en bleef nadien Vlaams-nationalist bij de Frontpartij, het Verdinaso en het VNV. Hij stond aan de wieg van de Algemeene-SS Vlaanderen