JavaScript is required for this website to work.
post

Westelijke Sahara in de steek gelaten door VN, VS en EU

Eigenbelang eerst...

Theo Lansloot15/3/2016Leestijd 4 minuten

Over principes en waarden kunnen we voortaan beter zwijgen.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Op 4 maart 2016 bezocht Ban Ki-Moon, secretaris generaal van de VN, de kampen in Zuid-Algerije voor vluchtelingen uit de Westelijke Sahara. Hij wilde ook Marokko bezoeken maar Rabat weigerde dat.

De vluchtelingen zitten daar al 40 jaar omdat Marokko destijds het laatste dekolonisatieproject in Afrika bewust heeft doen mislukken. Momenteel zijn zij met nog zowat 125 000 en beschouwen ze de Westelijke Sahara nog altijd als hun thuisland. Een groeiend aantal voelt zich terecht bedrogen door de VN, de VS en de EU. Daarom willen vooral jongeren nu naar de wapens grijpen om eindelijk naar hun vaderland te kunnen terugkeren. Zij, noch het slecht uitgeruste ADRS-legertje, zijn uiteraard tegen de Marokkaanse strijdkrachten opgewassen. Daarom denken zij aan binnenlandse guerrilla in Marokko. De ADRS-Buitenlandminister heeft dit onlangs nog bevestigd.

Tot 1975 was de Westelijke Sahara een Spaanse kolonie. Toen Spanje zich als kolonisator terugtrok riep de “Arabische Democratische Republiek Sahara” (ADRS) op 14 november de onafhankelijkheid uit. Vierentachtig staten erkenden toen de republiek. Nu zijn er dat nog 43. De ADRS heeft echter alleen de macht over een klein deel van de Westelijke Sahara. De regering in ballingschap zetelt in de Algerijnse plaats Tindouf met een bestuurlijke instantie in Tifariti voor haar gebieden in de Westelijke Sahara. De ADRS eist het hele gebied op, maar het grootste gedeelte is door Marokko bezet en eenzijdig ingelijfd. Voor twee jaar nog verklaarde de Marokkaanse koning, Hassan VI, dat de (Westelijke) Sahara voorgoed bij zijn land hoort.

De ADRS is lid van de Afrikaanse Unie en Marokko daarom niet. Veel leden van de Afrikaanse Unie erkennen de Westelijke Sahara als een soeverein land. Volgens het Internationaal Gerechtshof in Den Haag is de Westelijke Sahara een bezet gebied. De annexatie door Marokko wordt internationaal grotendeels niet erkend. Soedan is tot dusver het enige land dat dit wel doet. Andere lidstaten van de Arabische Liga gaan niet zover maar stemmen er wel stilzwijgend mee in.

Tussen het ADRS en het Marokkaanse deel van de Westelijke Sahara ligt wat de VN officieel de Marokkaanse berm noemen. Die is zowat 2720 kilometer lang en bestaat uit zandwallen, bunkers, prikkeldraadversperringen en mijnenvelden. De wal is bovendien uitgerust met een elektronisch systeem en wordt om de vijf kilometer onderbroken door observatieposten. Daarachter staan artillerie en mobiele legerbrigades klaar. Bovendien is de zone bezaaid met mijnenvelden en wordt het gebied constant in de gaten gehouden door satellieten.

De bouw van de berm begon in 1981 om zo de Polisario, de gewapende arm van de ADRS, makkelijker in bedwang te houden. De jaren voordien had die immers met de steun van de toenmalige Algerijnse regering, een groot deel van de Westelijke Sahara veroverd. Meer dan twee derde van de Westelijke Sahara valt nu binnen de barrière. De ADRS bestuurt de rest. Dit gebied is echter door de berm zeer verkaveld en bestaat daarom deels uit verschillende enclaves met geïsoleerde inwoners.

In 1991 kwam via de VN een wankel staakt-het-vuren tot stand. De VN beloofde te zijner tijd een volksraadpleging over zelfbeslissing. Zoals vele VN-beloftes is ook deze nooit nagekomen. De VN-veiligheidsraad richtte op 29 april 1991 wel de “VN-missie voor een referendum in de Westelijke Sahara (MINURSO)” op. De bedoeling was de bevolking de keuze te laten tussen een onafhankelijke staat en integratie in Marokko. Op verzoek van Rabat heeft Frankrijk herhaaldelijk zijn vetorecht gebruikt om te voorkomen dat de Verenigde Naties MINURSO een mandaat betreffende de eerbiediging van de mensenrechten zou verlenen. Vorig jaar verwierp Algerije, de grootste financier van de ADSR, dit Franse veto niet. De VS spreken niet meer over een volksraadpleging. Washington beoogt immers wat terreurbestrijding betreft nauwer met Marokko samen te werken. Ook voor vele Afrikaanse staten zijn goede betrekkingen met Marokko nu eenmaal belangrijker dan met de ADSR.

In 2012 tekenden de EU en Marokko een verdrag betreffende landbouw en visvangst in Marokkaanse wateren. In totaal is met de handel tussen Marokko en de EU ruim een miljard euro gemoeid. In december 2015 verklaarde het Hof van Justitie van de EU dat verdrag nietig omdat het niet duidelijk is of het winnen van grondstoffen – voornamelijk fosfaat – in de Westelijke Sahara de lokale bevolking ten goede komt. De ADRS had daarover in 2012 bij het Hof een zaak aangespannen. Op 25 februari 2016, heeft Marokko daardoor voorlopig alle contacten met de Europese Unie opgeschort en wil met de EU nog uitsluitend over het handelsverdrag praten. De EU is tegen de uitspraak van haar eigen Hof van Justitie in beroep gegaan!

De migratiecrisis heeft verschillende EU-lidstaten ertoe gebracht akkoorden te sluiten met Rabat om Marokkaanse migranten die niet voor asiel in aanmerking komen te laten terugkeren. Zulke akkoorden bestaan al met België, Duitsland, Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Veel politici uit die landen voeren in Rabat druk overleg om tot een betere uitvoering van die akkoorden te komen. Ook de regering Michel wil met Marokko gaan samenwerken op het gebied van de identificatie van terroristen.

In vertrouwelijke documenten heeft de EU-commissie het soms over een “vergeten crisis”. Via haar directoraat-generaal voor Humanitaire Hulp en Civiele bescherming (ECHO) heeft de Commissie tot dusver jaarlijks 10 miljoen euro bijgedragen aan de vluchtelingenzorg in de kampen. Vanaf dit jaar zou zij die hulp terugbrengen tot 9 miljoen.

Als eerste EU-lidstaat, besloot Zweden de ADRS te erkennen. In januari van dit jaar zag het daar evenwel van af, nadat Marokko had gedreigd Marokkaanse migranten in Zweden niet meer te laten terugkeren. De Zweedse Buitenlandminister probeerde die pil wat te vergulden met de verklaring dat zij nog meer dan voordien haar best zou doen om in het kader van de VN een wederzijds aanvaardbare oplossing te vinden met inachtneming van het zelfbeschikkingsrecht van de bevolking in de Westelijke Sahara. Als men ziet wat de VN van die heikele kwestie tot dusver heeft gemaakt, lijkt dit meer op loze praat dan op een ernstig voorstel. De Zweedse ommezwaai heeft ook een zakelijk kantje. Ikea heeft in de buurt van Casablanca ruim 40 miljoen euro geïnvesteerd in de aanleg van een enorm complex met een grote winkel, een restaurant, een café en een speelruimte voor kinderen. Naar verluidt is dit slechts het begin van een IKEA-keten in Marokko.

De wereld ligt beslist niet wakker van de toestand in de Westelijke Sahara. Als de vluchtelingen inderdaad beginnen met guerrilla in Marokko zal de internationale gemeenschap dit ongetwijfeld veroordelen. Marokko weegt nu eenmaal zwaarder dan de al 40 jaar uit hun land verdreven sukkelaars in de kampen. Rabat zal dit bovendien aangrijpen om ten onrechte de vluchtelingen nog meer te beschuldigen van uiterst linkse sympathieën, en ze als radicale moslims af te doen.

Wel is het zo dat criminelen de kampen gebruiken voor de smokkel van goederen en mensen naar Europa. De vluchtelingen zijn daar veelal niet bij betrokken. De jongste tijd vliegen Syriërs vaak naar Mauritanië, in de hoop via de Sahara en de kampen in Algerije, Europa te bereiken. De vluchtelingen zelf zijn geenszins radicale moslims en willen niet naar Europa maar naar hun eigen land.

Dit alles bewijst dat – wat ik als diplomaat al lang wist – zowel in de binnenlandse als de buitenlandse politiek het eigenbelang in de eerste plaats komt. De uitverkoop van Europa aan het Turks sultanaat is nog een bewijs daarvan, maar dat is een ander verhaal.

Laten wij dus in godsnaam voortaan zwijgen over principes en waarden waar wij zogezegd voor staan, doch waarop wij ons slechts beroepen als het te pas komt.

Theo Lansloot (1931 -2020) was licentiaat handels- en financiële wetenschappen. Hij was als ambassadeur op rust publicist bij verschillende media. Door zijn professionele achtergrond was hij welbeslagen inzake diplomatie en internationale politiek. Ook volgde Theo de verhoudingen tussen Nederland en Vlaanderen op de voet.

Commentaren en reacties
Gerelateerde artikelen

‘Dit is een tijd voor mensen die over grenzen durven nadenken, die grenzen durven stellen en grenzen bewaken’, zegt Mark Elchardus in ‘Over grenzen’. Het werk is ons boek van de week.