JavaScript is required for this website to work.
Wetenschap

Worden de effecten van luchtvervuiling op de levensverwachting overschat?

Uitblijven van verwachte correlaties kan veelzeggend zijn

Alex Van den Bossche23/10/2022Leestijd 4 minuten
De Avenue des Champs-Élysées in Parijs.

De Avenue des Champs-Élysées in Parijs.

foto © PXhere

Luchtvervuiling zou de levensverwachting omlaag duwen. Toch komt Parijs als de streek met de hoogste levensverwachting uit de bus. Hoe kan dit?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

In de zoektocht naar de effecten van luchtvervuiling en levensverwachting had ik een vermoeden dat Parijs enorm slecht zou scoren. Dit had vooral moeten blijken uit gegevens uit 2009, toen er zeer veel dieselauto’s reden, met beperkte katalysator en roetfilter. Bovendien hebben we te maken met een cumulatief effect, waarin de voorafgaande jaren ook meespelen. Frankrijk heeft veel departementen en is op die manier statistisch overzichtelijker dan, bijvoorbeeld, België.

Parijs heeft beste levensverwachtingen

Een reeks statistieken uit 2009 hierover, vindt u hier. Daaruit blijkt echter dat Parijs blijkbaar de langste levensverwachting had van gans Frankrijk:

Parijs  ———                  83,1      Grote steden, droog

Pas-de-Calais  ———    78          Noordelijke vochtige streken

Haute-Garonne  ——–  82,6      Rode wijn- en bergstreken

Opmerkelijk is dat Pas-de-Calais, PdC, de kortste levensverwachting heeft, namelijk 5,1 jaar minder. PdC is voornamelijk ruraal met ca. 20% natuurgebied. Zou er misschien iets niet kloppen met de stelling dat grote steden met verkeer en veel dieselvoertuigen een kortere levensverwachting geven?

De uitwerking van roken

Daar komt bij dat er in Parijs ook drie maal meer rookwaren per inwoner verkocht worden dan in PdC. Roken geeft een vijf tot dertien jaar kortere levensverwachting, typisch 9 jaar. De hoeveelheid teer/sigaret is ongeveer 9 mg, voor een middelmatige roker van tien per dag is dit 90 mg per dag. De ademhaling geeft ongeveer 14 m3 per dag nodig (bijvoorbeeld zestien maal per minuut 0.6 liter). De middelmatige roker heeft  90000/14 = 6428 µg/m3  gespreid over een dag. Het is teer en niet enkel fijn stof, en slechts deels opgenomen, maar het geeft een grootteorde.

Gedurende een jaar spreken we 0.09*365 = 32.85 g, wat inderdaad echt ‘genoeg’ is om de longen zwart te kleuren.

Andere factoren in het spel?

We kunnen anderzijds een matige luchtvervuiling beschouwen van 30µg/m^3 voor een jaar: 30*14*365/10^6 = 0.1533 g per jaar. Men kan zich afvragen hoeveel daarvan de longen bereikt, en welke de toxiciteit van sigarettenrook is tegenover die van het verkeer. Maar blijkbaar spreekt men toch over een andere grootteorde (200 maal) tussen roken vergeleken met een matige luchtvervuiling.

Spanje had voor covid-19 de langste levensverwachting van Europa. En daar heb je nu niet bepaald de meest intensieve geneeskundige behandelingen. Londen heeft een iets langere levensverwachting dan Schotland, dat in dezelfde lijn ligt als Parijs. Amsterdam heeft last van ‘andere’ rookactiviteiten die de gemiddelde levensverwachting reduceren. Brussel heeft ongeveer dezelfde levensverwachting als Vlaanderen, maar men rookt er veel meer. Zou men kunnen stellen dat Parijs de langste levensverwachting had ‘ondanks’ de luchtvervuiling? Maar betekent dat dan dat er andere factoren zouden zijn die dominant zijn?

Klimaat, leefgewoonte en medicatie

Vermeldenswaard is dat streken met rode wijn en bergstreken ook nog goed scoren. Dit zou er kunnen op wijzen dat een droog klimaat gunstig is. Streken voor druiventeelt voor rode wijn, zijn droog. Bergstreken hebben een droog binnenklimaat door de nodige verwarming. PdC heeft een uiterst vochtig klimaat: de natuurgebieden zijn voornamelijk moerassen.

Beweging zou ook helpen: de Parijzenaar wandelt eventueel twee kilometer in de ochtend en in de avond naar en van de metro. In PdC neemt men gemakkelijk de wagen. Stress? In PdC heeft men veel zelfmoorden: er zijn problemen in de landbouwsector, maar dat betekent stress en eventueel het moeilijk verwerken ervan. Vitamine D en magnesium zouden invloed hebben op hart- en vaatziekten. Maar in het Noorden zit er veel kalk in het drinkwater, en veel minder magnesium: ook in de groenten. In Parijs neemt men ook in de winter verlof naar een zonrijke streek, en neemt men meer dergelijke medicatie.

Correlaties

Het bovenstaande zou echter in contradictie zijn met talloze publicaties die de relatie zien tussen een ‘canyon street‘, dus een drukke straat met veel verkeer en gezondheidsproblemen. Zo schat men dat 300 000 Europeanen per jaar vervroegd zouden sterven door luchtvervuiling. Het heeft ook te maken met het ‘peer review’-systeem in wetenschappelijke publicaties. Iemand die geen ‘correlatie’ ziet zal waarschijnlijk geen publicatie krijgen. Maar correlatie betekent echter nog geen oorzaak-gevolgrelatie.

Men kijkt in de publicaties amper naar de leefgewoonten van bewoners in een dergelijke straat. Typisch wonen er minder gefortuneerden: misschien roken ze ook meer? De ramen blijven dicht, omwille van het lawaai, zodat men makkelijk condensatie en schimmelvorming kan krijgen. Ook CO2-gehaltes van regelmatig meer dan 1500 deeltjes per miljoen (ppm) kunnen voorkomen in de leefruimten, wat niet echt gezond kan genoemd worden.

De CO2 afkomstig van de ademhaling moet dus ook als een polluent beschouwd worden, maar die komt voornamelijk van ademhaling, door gesloten ramen.

Emissies van auto’s

Dan komt de volgende vraag: zou de situatie er veel beter op worden met elektrische wagens? Men noemt elektrische wagens ZEV, zero emission vehicles, maar in feite is een juistere benaming ZTEV: zero tailpipe emission vehicle. Er blijven relevante emissies verbonden aan het produceren van elektriciteit en ook aan het vervaardigen van batterijen.

Bovendien worden de emissies van banden vergeten. De levensduur van autobanden is typisch 50 000 km, waarbij men ca. 1.2 kg rubber per band verliest, of ruwweg 5 kg totaal voor een voertuig van 1500 kg. Dit is 100 mg per km, een emissie die dus 20 maal hoger is dan de Euro 5-norm voor diesels. We beseffen dat veel diesel- en benzinevoertuigen hierboven zitten. Synthetische rubber is deels een polymerisatie van butadieen en styreen, wat gekend is als PAK-, PAH-polyaromatische koolwaterstoffen. Het bevat ook VOC — vluchtige organische bestanddelen — en zwavelhoudende stoffen. Verder wordt ook roet — BC — toegevoegd.

Allergieën

Natuurrubber kan allergieën geven. Het stof van banden is dus niet echt ‘beter’ dat de dieseluitlaat. Vereenvoudigd kan men het bandenstof per kilometer evenredig met het gewicht van het voertuig nemen (ook het gebruik, of men voldoende bandendruk heeft). Als een kleine diesel 1200 kg weegt en 10 mg per kilometer emissie heeft, komt men op 1200/1500*100 + 10 = 90 mg per km. Een elektrische wagen van 2000 kg: 2000/1500*100 = 133 mg per kilometer. Een kleine diesel zou dus minder stof in de omgeving brengen dan een zwaar elektrisch voertuig.

Men mag dus best eens de visie over ‘zero emission’ eens goed doorlichten. Het bandenstof is niet enkel fijn stof, maar ook een deel van wat men de ‘plastic soup’ noemt. Dit komt voor een deel in de lucht, in de rivieren en op de gewassen. In Vlaanderen heeft men 3.6 miljoen wagens die gemiddeld 15 000 km per jaar afleggen, 100 mg per kilometer bandenstof betekent 1.5 kg per jaar per wagen, of totaal 5400 ton bandenstof: ruwweg gemiddeld 0.4 g/m^2 in Vlaanderen.

De auteur is prof. emeritus ir aan de UGent.

Meer van externe auteurs
Commentaren en reacties