JavaScript is required for this website to work.
Politiek

Aantreden kabinet-Rutte IV

Veel van hetzelfde en op loyaliteit aangenomen

Pieter de Jonge9/1/2022Leestijd 5 minuten
Mark Rutte lijkt Sigrid Kaag in alles haar zin te geven.

Mark Rutte lijkt Sigrid Kaag in alles haar zin te geven.

foto © AFP/ANP

Naar verwachting treedt 10 januari het vierde kabinet-Rutte aan. De verwachtingen zijn overigens laag.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Verwacht wordt dat het kabinet-Rutte IV maandag 10 januari aantreedt. Rutte III trad 15 januari af. Nederland had op een haar na een jaar lang een demissionair kabinet.

Het aantal ministers wordt met vier uitgebreid naar twintig. Verdeelsleutel: acht (rechts-liberale VVD) — zes (links-liberaal D66) — vier (christendemocratische CDA) — twee (orthodox-protestantse en overwegend linkse ChristenUnie). Daarnaast komen er tien staatssecretarissen. Het argument is dat zo de werklast verminderd wordt. Enkele bewindspersonen van Rutte III haakten af vanwege overspanning of om gezondheidsklachten.

Wankel begin

Nederland hanteert termijnen van vier jaar. Zit deze regering de rit uit, dan is een kwart van de tijd al voorbij. Er zijn minimaal vier redenen waarom dit kabinet voortijdig kan vallen. Om te beginnen zal de lange formatie de onderlinge verhoudingen geen goed gedaan hebben. Daarnaast vinden tussen nu en 2025 drie andere verkiezingen plaats: voor de gemeenteraden, de Provinciale Staten en voor het Europees Parlement. Er zit telkens een jaar tussen. Feitelijk zijn het drie referenda voor de populariteit van de regering. De eerste vindt al plaats in maart.

Vervolgens lopen er maar liefst drie parlementaire enquêtes: naar de toeslagenaffaire (waarbij tienduizenden mensen onterecht bestempeld en bestraft werden als fraudeur), de door gaswinning veroorzaakte aardbevingsschade in de provincie Groningen en naar de aanpak van de coronacrisis. Elk daarvan kan een of meerdere ministers tot aftreden dwingen.

Wie doet wat?

Dan blijft de vraag wie waarvoor verantwoordelijk is. Maar door de extra functies zijn enkele onderwerpen verspreid geraakt over meer dan één bestuurder. Het vorige kabinet kende al twee ministers voor zowel het onderwijs als het buitenland. Naast de bestaande minister van Volksgezondheid komt er een voor Langdurige Zorg. Beide gaan ook over Sport. En naast de bestaande minister van Justitie en Veiligheid komt er een voor Rechtsbescherming.

Er is een onderwerp dat nog meer bewindspersonen kent. ‘Natuur’ valt namelijk voortaan onder zowel de landbouwminister als twee nieuw gecreëerde posten: een minister voor Natuur en Stikstof en een voor Klimaat en Energie. ‘Voor’, niet ‘van’. Het zijn ministers ‘zonder portefeuille’: geen eigen ministerie, maar hokken in een bestaande. ‘Klimaat’ blijft daarnaast de tweede taak van de minister van Economische Zaken. Wie weet het precieze verschil tussen ‘natuur’ en ‘klimaat’?

Geen taalgemeenschappen, zoals in België, en toch is er een lange formatie. Geen meerdere regeringen, en toch is er onduidelijkheid over bevoegdheden. Politici die meer bezig waren met eigen functies dan met kiezers of algemeen belang. Arme Bart De Wever: Nederland wordt Noord-België.

Kennis van zaken?

Immer genoemd, nimmer benoemd: prof. dr. ing. Akkermans. Ondanks het ‘nieuwe elan’ van het aantredende kabinet grijpt hij wederom naast een ministerspost. In de laatste uitzending van 2021 was het duidingsprogramma Nieuwsuur kritisch over degenen die het wél worden.

D66 slaagde erin twee niet-politici met kennis van zaken te strikken voor Volksgezondheid en voor Onderwijs. Pas na voor de post gestrikt te zijn werden ze partijlid. Gezondheidsminister Ernst Kuipers is de eerste arts op die post sinds Els Borst (1994-1998, D66). Als voorzitter van het Landelijk Netwerk Acute Zorg (ALNZ)  richtte hij maart 2020 het Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding (LCPS) op, om intensieve patiënten over het land te kunnen verspreiden. Op Onderwijs, Cultuur en Wetenschap komt de mediagenieke natuurkundige dr. Robbert Dijkgraaf, sinds 2012 directeur van het Institute for Advanced Study in Princeton.

Bij andere ministersposten lijken kennis en ervaring minder ter zake te doen. Hanke Bruins Slot (CDA) is beroepsofficier geweest. Defensie ging echter naar het pacifistische D66. Bruins Slot krijgt Binnenlandse Zaken. CDA-leider Wopke Hoekstra, werkzaam geweest bij Shell en bij McKinsey, is geschikt voor Financiën, of voor Economische zaken. Hij gaat naar Buitenlandse Zaken.

En wat te denken van de expertise van oud-diplomaat en D66-leider Sigrid Kaag? Zij moest aftreden vanwege de chaotische terugtrekking uit Afghanistan. Hoewel zij opleiding noch werkervaring in economie of financiën heeft, krijgt zij Financiën. En de nieuwe justitieminister, Dilan Yesilgöz (VVD), is geen jurist.

Samengevat: ministers dienden kennis van zaken of politieke ervaring te hebben. Zolang het maar niet allebei was.

Kaag: de nieuwe Jeroen Dijsselbloem?

Ramptoeristen verheugen zich alvast op de te verwachten problemen binnen het kabinet. Wat te denken van de te verwachten problemen binnen D66? Die partij bezit een reservoir aan mensen met kennis van economie en financiën. Die werden allemaal gepasseerd, opdat Kaag minister van Financiën kon worden. Bij het indienen van de jaarlijkse begroting ontvangen de minister en de staatssecretaris van dat departement uit traditie een exemplaar met fouten erin. Minister Gerrit Zalm (VVD, 1994-2002 en 2003-2007) haalde die er bij de eerste lezing uit!

Al maanden wordt vanzelfsprekend herhaald dat Financiën doorgaans naar de tweede partij van de coalitie gaat. Dat is vaak zo geweest. Dat het CDA van 1982 tot 1989 zowel de premier Ruud Lubbers) als de minister van Financiën leverde, lijkt vergeten.

Voor Kaag zou het om machtspolitiek gaan. Er kan weinig gebeuren zonder fiat van Financiën. Europese bijeenkomsten worden naast de premiers door de ministers van Financiën bezocht. Ministers van Financiën worden in Nederland snel populair en haar imago kan een opfrisser gebruiken.

Een voorganger was Jeroen Dijsselbloem (2012-2017) van de sociaaldemocratische PvdA. Van 2013 tot 2018 was hij tevens voorzitter van de Eurogroep. Niemand twijfelde aan zijn kennis van zaken, toch heeft hij na zijn ministerschap nooit meer een functie op niveau gekregen. Dat is ongebruikelijk voor ex-ministers van Financiën. Als minister deed hij meerdere tactloze uitspraken, vooral over buitenlandse politici. Kaag overtreft hem in hooghartigheid.

Christendemocratische Afvlakking?

Het CDA behaalde afgelopen maart de laagste score in haar bestaan. Peilingen voorspellen verlies bij de gemeenteraadsverkiezingen in maart. Het heeft nood aan een leider die de partij weer profiel geeft. Andere partijen hadden in het verleden baat bij een aanvoerder die fractievoorzitter bleef in de Tweede Kamer. Wopke Hoekstra gaf altijd aan zichzelf meer als bestuurder te zien. Hij wordt vicepremier.

Had hij niet beter Binnenlandse Zaken gekozen? Aan die dossiers is het makkelijker een christendemocratische invulling (gemeenschapszin) te geven dan aan Buitenlandse Zaken, waar incidenten en geopolitiek de feiten dicteren. Een partijleider die alsmaar in het buitenland zit? Hans van Mierlo (D66) probeerde het van 1994 tot 1998. Hij keerde niet terug als minister of partijleider. CDA-historicus en -apologeet Pieter Gerrit Kroeger presenteert zijn partij doorgaans als het beste wat het land kan overkomen. Zelfs hij trok de wijsheid van Hoekstra’s besluit in twijfel.

Hugo de Jonge wordt minister Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. De gezondheidsminister die het niet aandurfde lijsttrekker te blijven en zelfs afzag van een plaats op de kandidatenlijst. Beloont zijn partij hem voor zijn inzet? Of waren zo weinig mensen bereid in dit kabinet te stappen dat het voldoende was om de vinger op te steken?

VVD: meer van hetzelfde

De VVD volhardt in haar beleid om alle ballen op Rutte te gooien. Hij is de enige ervaren bewindspersoon tussen de debutanten. De premier is sowieso de enige bewindspersoon binnen het kabinet die op zijn post blijft. De VVD-ministers en staatssecretarissen lijken — wederom — geselecteerd op persoonlijke trouw.

De partij is consequent. Het rechtse Kamerlid Hans van Baalen (1960-2021) werd in 2009 Europees lijsttrekker. Hij kwam nooit in aanmerking voor kabinetsposten. Jeanine Hennis-Plasschaert, in 2009 nummer twee op de Europese lijst, werd in 2010 Kamerlid en van 2012 tot 2015 defensieminister. Voor Defensie was Van Baalen geschikt geweest. Maart 2015 moest VVD-Kamerlid Malik Azmani pleiten voor opvang van vluchtelingen uit het Midden-Oosten in de regio. In 2019 werd hij Europees lijstrekker. Zijn naam viel de afgelopen weken en maanden niet. Europarlementariër Liesje Schreinemacher, in 2019 nummer vijf, wordt minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Zij was medewerker van Hennis-Plasschaert.

December 1999 was Angela Merkel de enige die het aandurfde om openlijk te stellen dat als oud-partijleider Helmut Kohl een last werd, de partij het oude paard beter op stal kon zetten. Dat vormde de basis voor haar leiderschap. Wie bindt de kat de bel aan?

Pieter de Jonge is historicus. Hij publiceert regelmatig op www.historiek.net en is Nederland-correspondent voor Doorbraak.be.

Commentaren en reacties