JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Antwoord in De Standaard totaal naast de kwestie

Ook na tegenartikel blijft stelling ‘België = twee democratieën’ onaangetast

Peter De Roover20/8/2012Leestijd 4 minuten

Geschiedenis-docent Maarten Van Ginderachter reageert op het opiniestuk van Peter De Roover (beide in De Standaard). Volgens De Roover antwoordt hij helemaal niet op de basisstelling dat België bestaat uit twee democratieën.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Mijn opiniestuk ‘Bart De Wever is al honderd jaar oud’ in De Standaard van 18 augustus 2012 (www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DMF20120817_00261890) bleef niet onopgemerkt. Er volgden online, stand op maandagmiddag, liefst 849 reacties. Dat het artikel 85 keer werd aangeraden, 48 keer aanbevolen op facebook en 20 maal getweet, streelt uiteraard de ijdelheid van de auteur bijzonder maar toont vooral aan dat ‘het communautaire thema’ springlevend blijft. Het zet pennen van voor- en tegenstanders steeds weer massaal in beweging.

Het plan om hier met een artikel in te gaan op het forumdebat op Standaard-online kreeg door het overtal aan reacties iets van een titanenwerk, wat niet weinig ontmoedigde. Vele bijdragen daarop getuigen daarenboven weer van een ontstellend gebrek aan niveau. Ik schreef op facebook: ‘Debat over mijn opiniestuk verloopt erg levendig op De Standaard online. Het begon interessant met zinvolle over en weers. Maar gaandeweg zakte het niveau dikwijls weer naar dieptepunten (en jawel, langs ‘beide’ zijden). Waarom kunnen mensen hun standpunt niet a) rustig, b) ter zake, c) zonder te veel taalfouten en d) met respect formuleren?’ Tja, waarom niet. Ik ga daar in deze bijdrage niet verder op in.

Er waren ook interessante tussenkomsten (en jawel, langs ‘beide’ zijden). Mits tijd en zin kom ik daar wel op terug. Hier wil ik het antwoord bekijken dat op maandag 20 augustus in de papieren krant werd afgedrukt (‘De Wever is geen Destrée, gelukkig maar’, aan te klikken op (www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DMF20120819_00263267). Auteur Maarten Van Ginderachter doceert geschiedenis aan de Universiteit van Antwerpen en mag dus verondersteld worden thuis te zijn in het verleden. Reden genoeg om bijzondere aandacht te besteden aan zijn kritiek op mijn artikel.

‘Voor overtuigde Vlaams-nationalisten als Peter De Roover is geschiedenis simpel. Het verleden toont duidelijk, objectief en onherroepelijk aan dat België van bij zijn oprichting tot mislukken gedoemd was’, begint hij met woorden in mijn mond te leggen. Geschiedenis is natuurlijk niet simpel. Wat zou er gebeurd zijn als er in België een ander beleid was gevoerd? Zo’n oefening is interessant, maar verliest snel vaste grond onder de poten. Wanneer ik wijs op parallellen, wil dat niet automatisch zeggen dat het zo moest gebeuren. Ik beweer slechts dat het zo gebeurd is en nog steeds gebeurt. Dan zijn feiten nodig om zo’n bewering te staven en andere om ze tegen te spreken.

Over Jules Destrée wil Van Ginderachter kort zijn. Destrée was geen separatist, staat te lezen. Klopt natuurlijk, ik schreef zelf in mijn bijdrage: ‘Voor Destrée hoefde de volledige scheiding overigens niet. Vlamingen en Walen zouden “naar het voorbeeld van Zwitserland, in een federalen staat verbonden blijven”. Hij rekende erop dat die ingreep zou volstaan.’ Rekent Van Ginderachter op de korte bewaartijd van kranten om de verkeerde indruk te wekken dat ik van Destrée wel een separatist wil maken?

‘Interessanter dan Destrée is de parallel die De Roover trekt tussen de politieke situatie van 1912 en die van vandaag’, vindt de historicus. Ik schreef dat ‘de politieke gespletenheid van het land al een eeuw lang aan de oppervlakte <komt>, de ene keer nog duidelijker dan de andere. Het is pas wanneer de kiezer het terrein verlaat en de politici het initiatief overnemen, dat de kloof zo veel mogelijk weggemoffeld wordt.’ Van Ginderachter daarover: ‘De Roovers redenering lijkt hout te snijden maar doet het niet.’

Dan verwachten we van een academicus natuurlijk tegenargumenten. Van Ginderachter schrijft dat we in 1912 nog het stelsel kenden van algemeen meervoudig stemrecht, wat ik ook had vermeld. Hij gaat verder met de bewering dat de Vlaamse Beweging nauwelijks steun verleende aan de Belgische Werklieden Partij. Tja, het omgekeerde was evenmin het geval en het staat iedereen vrij het ene en/of het andere te betreuren. Zowat heel de rest van de opiniebijdrage gaat over hetzelfde. ‘De Vlaamse beweging mengde zich slechts hoog zelden in deze <de sociale> kwesties’, schrijft Van Ginderachter. Ik heb daar niets over geschreven en dus ook niet het tegendeel beweerd. Wat die vaststelling komt doen als antwoord op een heel andere zaak, is me niet echt duidelijk.

Dat ik Destrée met een knipoog en met zin voor effect op het einde meteen postuum een lidmaatschapskaart van N-VA aansmeer, grijpt Van Ginderachter aan om te eindigen met een weer totaal naast de kwestie zijnde insinuatie over antisemitisme en N-VA.

Uit het artikel blijkt dat Van Ginderachter betreurt dat de Vlaamse Beweging geen aansluiting zocht bij de socialistische strijd. Dat is een interessante stelling, maar daarover ging het natuurlijk helemaal niet. Dat De Wever geen socialist is en al zeker niet zoals Destrée was niet meteen wat ik met mijn opiniestuk wilde gezegd hebben. Wie over een beetje leesvaardigheid beschikt, zal dat wel gemerkt hebben.

Mijn basisstelling blijft: dit land bestaat uit twee democratieën en dat al heel lang. Dat in 1912 het algemeen meervoudig stemrecht nog bestond, klopt. Maar dat was zowel in noord als zuid uiteraard het geval en kan het verschil in stemgedrag tussen Vlaanderen en Wallonië dus helemaal niet verklaren. Met andere woorden: Van Ginderachters argument snijdt zelfs geen fluitjeshout, want kerft in een boom in een andere gaard.

Op 16 november 1919 vond in dit land de eerste verkiezing plaats volgens het algemeen enkelvoudig stemrecht (dat in feite een plicht was) voor mannen. Formeel waren die verkiezingen ongrondwettelijk, want de constitutie was nog niet aangepast. Die verkiezingen brachten uiteraard een sterke groei van socialistische stemmen en zetels (van 40 naar 70). De katholieken verloren hun meerderheid (99 naar 73 op 186 in totaal) en de liberalen leverden 11 zetels in (van 45 naar 34). De Vlaamse Frontpartij won 5 zitjes, waarvan één in een kartelformule en uiteraard allemaal in Vlaanderen.

Bewijst die eerste verkiezing onder algemeen enkelvoudig stemrecht voor mannen dan wel dat België één democratie is geworden en mijn bewering dus niet klopt? In Vlaanderen (de vier pure Vlaamse provincies, zonder Brabant) behaalde de katholieke partij 49,5% van de stemmen en de socialisten 26%. In de Waalse provincies was dat 28% voor de katholieken en 51% voor de socialisten. Juist, net het spiegelbeeld. De verkiezingen van 1919, gehouden volgens algemeen enkelvoudig stemrecht voor mannen, bevestigt mijn stelling perfect dat België ook een eeuw geleden al bestond uit twee democratieën. Dat de verkiezing van 2010 een heel ander beeld liet zien in noord en zuid was dan ook niet zo uitzonderlijk en al zeker niet atypisch. Na zo’n honderd jaar mag je best van een patroon spreken.

Het is verder interessant vast te stellen dat het arrondissement Brussel een politiek driestromenland vormde, een mengeling van en/of afwijking op het kiesgedrag in noord en zuid. Na de verkiezingen van 16 november stelde de katholiek Léon Delacroix een nieuwe regering van nationale eenheid samen, zoals die al tijdens de eerste wereldoorlog op poten was gezet. Daarin leverden de katholieken één portefeuille in ten voordele van de socialisten. Die kwam in handen van… Jules Destrée, als minister van kunsten en wetenschappen.

Blijft de slotvraag. Waarom gaat Van Ginderachter helemaal niet in op mijn basisstelling? Misschien omdat ze gewoon juist is?

Peter De Roover was achtereenvolgens algemeen voorzitter en politiek secreteris van de Vlaamse Volksbeweging , chef politiek van Doorbraak en nu fractievoorzitter voor de N-VA in de Kamer.

Meer van Peter De Roover
Commentaren en reacties