JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Boekhouder De Croo moet de pijnlijke realiteit inzien

Horizon 2024Pieter Bauwens8/10/2022Leestijd 4 minuten

foto © Belga

Er voltrekt zich een stille ramp: België krijgt zijn begroting niet op orde. Het wordt tijd dat De Croo het probleem onderkent.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Jan Jambon die zijn chauffeur wel eens te snel laat rijden. Het is een uitspraak die past in een rij Jambonse uitspraken. Altijd goed voor clicks en goedkope verontwaardiging. Strovuurtjes in de Wetstraat onttrekken wel vaker het zicht op de echt belangrijke zaken. Er voltrekt zich een stille ramp: België krijgt zijn begroting niet op orde.

Brand!

Nog een strovuur: de federale ministers snijden in hun eigen loon. Eigenlijk doen ze een indexsprong. Verstandig. Maar om politieke redenen mag het zo niet genoemd worden en laten ze niet toe dat bedrijfsleiders dat mogen. Het is een typisch Belgische maatregel, die ‘vermindering’ van het ministerloon. Het klinkt goed, je komt er positief mee in de pers en het helpt niet echt. Het is helaas het soort opsmukmaatregelen waar een Belgische Federale regering toe veroordeeld is. Een ‘potemkinbegroting’ meer zit er niet in.

Hoe groot is de ramp? Wel, het Planbureau raamt het begrotingstekort van België (alle ‘entiteiten’ samen) op 5,4 procent van het bruto binnenlands product (bbp). In euro’s betekent dat 31,5 miljard meer uitgaven dan inkomsten. Dat brengt de totale overheidsschuld waarschijnlijk net boven 100 procent van het bbp of 580 miljard euro. Om het in perspectief te plaatsen, de ‘indexsprong’ van de ministers brengt 456.000 euro op. Het tekort op de begroting blijft zo 31,5 miljard. Ook de – voor de zoveelste keer – voorgestelde 2 miljoen besparingen op dotaties aan partijen, doen amper iets aan het begrotingstekort.

Geen tijd te verliezen

Dat begrotingstekort en de onmogelijkheid om daar Belgisch iets aan te doen, is echt een probleem. In De Tijd (7 oktober 2022) waarschuwen Hans Bevers en Bart Van Craeynest, hoofd-econoom van Degroof Petercam en van Voka dat er geen tijd te verliezen is. Ze rekenen voor dat volgens de recentste ramingen, gebaseerd op vrij optimistische hypothesen, tegen 2050 de jaarlijkse sociale overheidsuitgaven 4,1 procent van het bbp hoger liggen dan vandaag. Dat komt overeen met een jaarlijkse extra factuur van 23 miljard in euro. Nog meer structurele uitgaven dus, als het beleid niet verandert.

‘Als we niets doen, is onze budgettaire situatie onhoudbaar. Het grote tekort, de toenemende vergrijzingsfactuur en de stijgende rentelasten doen onze overheidsfinanciën snel ontsporen. Als we het tekort niet aanpakken en geen extra inspanningen doen om de vergrijzingsfactuur op te vangen, klimt de schuld tegen 2040 naar 200 procent van het bbp, en tegen 2070 naar bijna 400 procent. Dat is een simulatie. In werkelijkheid komen we sneller in een financiële crisis terecht, waardoor we moeten ingrijpen.’

De boekhoudersmentaliteit

Hoe langer we wachten om in te grijpen, hoe groter de problemen worden. Maar net dan komt een partijvoorzitter van een regeringspartij zeggen dat er nu geen nood is aan een ‘boekhoudersmentaliteit’.

Niets doen is geen optie, voor Vlaanderen, Wallonië, Brussel, maar bovenal voor de Federale begroting. Volgens het Monitoringcomité zit meer dan driekwart van de overheidsschuld van België bij de Federale Overheid. Precies daar is dringend nood aan een boekhoudersmentaliteit. Eerder hebben we daar al op gewezen hier op Doorbraak, België is blut geblokkeerd.

Wat kunnen we doen?

Hoe kunnen we daar iets aan doen? Wel, als je meer uitgeeft dan je inkomsten hebt, dan moet je minder uitgeven of/en zorgen voor meer inkomsten. Maar minder uitgeven, besparen dus, dat lukt in Federaal België niet meer. Het lijkt structureel onmogelijk geworden. Tenzij potemkin-besparingen. Meer inkomsten zijn ook moeilijk, het overheidsbeslag is al torenhoog.

Volgens de huidige regeringen zal alles opgelost geraken met een betere werkzaamheidsgraad. Meer werkenden zorgen voor meer inkomsten en minder uitgaven. Het enig probleem is dat ze nooit tot een hervorming kunnen komen die effectief die werkzaamheidsgraad verhoogt. Zeker niet in Wallonië of Brussel.

Wat doet de regering De Croo?

De Federale regering zegt te werken aan zowel besparingen als extra inkomsten. Het federale regeerakkoord voorziet dat er minstens 0,4% van het bbp wordt bespaard. Dat zou zo’n 2,3 miljard euro zijn. Premier De Croo zelf spreekt over 0,7% van het bbp of 4 miljard euro. Voor alle duidelijkheid, dat zou het begrotingstekort verkleinen, maar de schulden blijven groeien.

Zowel besparingen als extra inkomsten liggen moeilijk. Want elke partij wil wel voor iéts meer geld en elke inkomst lijkt nog voorwaardelijk, van de digitaks tot de effectentaks. Als de belastinghervorming er komt is het zeer de vraag wat dat wordt: een besparing, extra inkomst of nog meer structureel tekort? En dan weten we niet hoe hoog de rente op de staatsschuld zal worden, ook dat zijn extra uitgaven.

De pijnlijke realiteit erkennen

Wat er moet gebeuren is nochtans duidelijk. Er moet op lange termijn een traject uitgezet worden om de overheidsfinanciën gezond te maken. Hans Bevers en Bart Van Craeynest zeggen het zo: ‘Als we onze overheidsschuld onder controle willen houden, moeten we de vergrijzingsfactuur opvangen en tegelijkertijd het primaire begrotingsevenwicht (het begrotingssaldo zonder de rentelasten) herstellen. In zo’n scenario blijft de overheidsschuld de komende decennia rond 100 procent van het bbp hangen. Dat vereist wel een budgettaire inspanning van 8 procent van het bbp, of zo’n 45 miljard in euro’s van vandaag.

De inspanning om onze overheidsfinanciën weer op de rails te krijgen, staat in schril contrast met de eindeloze stroom van politieke ballonnetjes van hogere uitkeringen, extra uitgaven en permanente belastingverlagingen. In crisisperiodes is er altijd nog ruimte voor tijdelijke en gerichte steunmaatregelen. Tijdelijke extra uitgaven verzwaren de overheidsfinanciën op lange termijn niet. Maar de huidige toestand van onze overheidsfinanciën biedt geen ruimte voor structurele uitgavenverhogingen of lastenverlagingen. Integendeel, de komende decennia zullen enorme structurele inspanningen nodig zijn. Hoe sneller we die pijnlijke realiteit erkennen, hoe beter we de inspanningen kunnen spreiden.’

Eerst moet de regering De Croo dus het probleem erkennen. Met een beetje boekhoudersmentaliteit moet dat lukken.

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties