Bye Bye Belgium, een docufictie voor 2017
foto © Reporters
Tien jaar na Bye Bye Belgium bekijkt Bart De Valck (VVB) de mogelijke scenario’s voor een Bye Bye Belgium in 2017. Met een open einde…
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementBye bye Belgium. Wie herinnert het zich op deze 11 juli 2017 nog? We zijn inmiddels meer dan tien jaar na het geruchtmakende RTBF-programma. Vlaanderen zou zich eenzijdig hebben afgescheiden na een Vlaams beu-gevoel over de Franstaligen in dit land. Dat beu- of beikes-gevoel zou algemeen verspreid zijn in Vlaanderen. Het zou door alle politieke partijen worden gedeeld, Vlaams-nationaal of niet. Meer nog, zo wou Bye bye Belgium: de Vlaamse afscheiding zou eenzijdig, unilateraal, plots en hard zijn geweest. Een echte af-scheuring. Met een navenant trauma bij de Franstaligen, dat hoef ik niet te benadrukken.
Puntje op de i
Enkele jaren geleden nog maar, in 2010 en 2011, kroop België door het oog van de naald. De realiteit van 541 dagen zonder federaal bewind, overtrof bijna de fictie van Bye bye Belgium. Daar markeerde nadar over de tramlijnen nog de gewestgrenzen… De werkelijkheid was veel straffer. Ik ga de saga van die 541 dagen hier niet opnieuw uit de doeken doen en klagen en zagen over gemiste kansen. Ik ga ook niet het confederalisme opnieuw uitvinden, dat zoemwoord en wondermiddel van later, uit 2014. Vooraleer in het Vlaamse feest te vliegen, want dat wil ik ook en graag, wil ik veel liever de puntjes op de ‘i’ zetten.
Eerst en vooral: ik kan het niet genoeg herhalen, tot in de treure toe – maar ik beloof u, ik zal dat niet doen… Gedaan! Gedaan met gezaag en geklaag! Over die gemiste kansen, over slecht bewind door slechte heren, over wat moet maar niet is! Gedaan met gezeur, tandengeknars, ach en wee. Genoeg gestamel, genoeg gebedel!
Soevereiniteit en republikeinse waarden
De VVB is een Vlaamse organisatie voor zelfbestuur. Autonomie, wel, dat betekent voor mij vandaag de dag soevereiniteit en republikeinse waarden. Democratie die gegrondvest is in een sterke en authentieke beleving van de identiteit van de natie, de gemeenschap. Autonomie, zelfbestuur: daaraan werken betekent werken aan onafhankelijkheid. Om zo mee te werken aan een rechtvaardige, sociale en cultureel duurzame wereld. Daarom, vrienden, met Rodenbach zeg ik u: “Vooruit de jonge Vlaamsche schaar, vooruit! Vooruit, spijts ontrouw en misverstand! Vooruit!”
Met andere woorden: wie autonomie en ‘beter federalisme’ in België bewust samen in één zin uitspreekt, gaat maar beter zijn mond spoelen. Zeker wie confederalisme en ‘beter federalisme’, wat dat ook moge betekenen, met opzet met elkaar verwart. Maar ook, vrienden: wie, zoals in Bye bye Belgium, denkt dat wij ons op Uur Nul uit het niets zullen afscheiden, die maakt best eens een afspraak met een zielenknijper. Garen willen spinnen bij angst is hoogst ongezond. Ook in Vlaanderen, hier-en-nu, zijn er nog veel mensen die denken dat wij zullen ijveren en blijven ijveren tot we met 51 ten 100 zijn om dan zonder boe of ba uit België te stappen. Alsof wij bezig zijn met een samenzwering, een staatsgreep. Een vreemd, virtueel idee. Alsof een Vlaamse republiek uit het niets kan worden opgetrokken. Uit de resultaten van een peiling. Of alleen maar uit argumenten, hoe goed die ook zijn. Alsof wij obstinaat aan de zijlijn willen blijven roepen en argumenteren, tot we er dood bij neervallen. Alsof wij geen alternatief zien tussen de coup en steriel denkwerk. Tussen enerzijds de putsch en anderzijds steeds dezelfde argumenten.
Tussen droom en daad
Nu, ik zal niet ontkennen dat ik graag tot de daad overga. Ik ben een praktisch mens. En ik wil een Vlaamse republiek. Ik wil die hartstochtelijk. Want ik ben ook een mens van vlees en bloed, een gevoelsman. Ik hou van overtuigen. Ik verlang naar een peiling die ons 51% onafhankelijkheidsgezinden geeft. Maar ik wil inmiddels niet stilzitten. Want tussen droom en daad ligt niettemin de realiteit. En die bestaat uit vier factoren: (i.) wat wij, Vlamingen, willen en plannen; (ii.) wat de Franstaligen willen en voorbereiden; (iii.) de internationale gemeenschap, die steeds wikt en weegt en (iv.) de aanleiding, de crisis in het Belgische huishouden. Anders gezegd, ik herhaal het, want het is belangrijk, er is: (i.) ons belang; (ii.) onze tegenstander; (iii.) de context, dat is de wereld, en (iv.) het conflict, de confrontatie op het scherp van de snee.
Geen steriele hardheid meer voor onszelf, is mijn boodschap. Geen masochisme. Ik wil niet nog eens tien jaar lang de steeds opnieuw opgewarmde kost van argumenten voor onafhankelijkheid. Je kan nagels met koppen blijven slaan: vroeg of laat sla je de nagels te diep en zie je ze niet meer zitten. Geen hardheid, maar discipline in het voorbereiden van een democratische omwenteling op Vlaams initiatief en op Vlaamse voorwaarden! Een blije overtuiging moet zich van ons meester maken, die jongere mensen bij ons verhaal betrekt. Een toekomstvisie.
Bye Bye Belgium 2017
Dat gezegd zijnde: tijd voor een korte geschiedenis van de toekomst. Liefst van de afzienbare toekomst! Een toekomst die een autosnelweg blijkt richting onafhankelijkheid. Want ja hoor: het alternatief voor bedelend stamelen aan de poort versus de Vlaamse putsch blijkt mijlenbreed. We moeten ons er op het juiste moment durven in werpen. In de bres van de geschiedenis. Die we zelf stuwen en sturen.
Er was eens… Er was eens een dag, kort na een zomer die veel te warm was begonnen, enfin, in dit jaar 2017, dat in Brussel, het Hoofdstedelijk Gewest, MR en cdH besloten om met de Franstalige spierballen te rollen. Er was op zuiderse vakantiebestemmingen bij het aperitief nagedacht. Uit dat informeel overleg aan Toscaanse zwembaden en op terrassen met uitzicht op Normandische stranden groeide een politieke strategie. Vroeger dan gepland moesten kabinetsmedewerkers van Brusselse en Waalse ministers terugkeren en hun posten bemannen. Het idee was gerijpt de PS zo diep naar beneden te trappen en te vernederen. Het zou vele legislaturen duren vooraleer de Franstalige socialisten weer zouden komen piepen. Een polarisering van rechts met de PTB waaraan de PS zou creperen. Nóg een regeerperiode waarin het land vrij zou blijven van institutionele hervormingen op vraag van Vlaanderen. Nóg een regeerperiode waarop MR en cdH zich zouden kunnen beroemen de Vlaams-nationalisten, wij dus, de pas te hebben afgesneden. Nóg een regeerperiode waarin Brussel zou kunnen worden ‘gederegulariseerd’ zoals de inwoners van de Woluwes dat graag willen. Uitholling taalwetgeving, buiten de lijntjes kleuren om zich eigen gemeenschapsbevoegdheden toe te eigenen… Brusselse politici leken wel in de leer te zijn gegaan bij de erg Vlaamse Bart Maddens!
Het front dat de Franstaligen uitkozen, waren de beruchte Brusselse geluidsnormen voor de vluchten van en naar de nationale luchthaven. Maandenlang uitgeschreven boetes zouden effectief worden geïnd. De economische schade van balorige luchtvaartmaatschappijen zou vooral voor Vlaanderen zijn. Een vergelijk zouden vroeg of laat worden gevonden en als extra pasmunt zou Vlaanderen zijn verzet laten varen tegen de komst van Eurostadion in Grimbergen. Daar moest – en moet! – met de bouw in het voorjaar van 2018 begonnen worden om tegen het EK van 2020 klaar te geraken. Een belangrijk Trojaans paard van het Franstalige Plan B, om op eigen initiatief uit België te trekken, zou zijn gerealiseerd. De PS zou in Brussel worden gemarginaliseerd bij de lokale verkiezingen van 2018. Na de verkiezingen van 2019 zou Michel-II er komen, nu versterkt door de cdH.
Brandweer
Maar, zoals zo vaak: als de nood het hoogst is, dan is de redding nabij. En wel in de gedaante van de Brusselse brandweer! Een brandje op een kleinkunstfestival in Vlaams-Brabant leidde tot een stevige communautaire rel. Franstalige hulpverleners begrepen niet, ze ‘verstonden’ het niet, dat er nog iemand met ernstige brandwonden onder een verschroeid tentzeil lag… Dat incident bleef vier maanden onder de radar, tot de minister van Binnenlandse Zaken bij het begin van het nieuwe politieke jaar een voorstel deed om de taalmoeilijkheden bij de brandweer uit de wereld te helpen. Toen Brusselse politici hard riepen dat de minister van hun brandweer af moest blijven, kwam een Vlaamse pompier van de Brusselse brandweer met het verhaal op de proppen.
In feite is de rest geschiedenis. Vlaanderen besloot de geldkraan naar Brussel dicht te draaien. Dat ging, vrienden, niet zonder slag of stoot. De federale regering viel en het land zat voor de rest van de legislatuur met een uittredend kabinet. De regering ging in lopende zaken. De verkiezingen van 2018 versterkten Défi, MR en cdH in Brussel. Dat was zowat het enige van het Franstalige plan dat uitkwam. Na een ongemeen bitse communautaire campagne, waarin alle Vlaamse politieke partijen, soms ‘met de dood in het hart’, standpunt moesten innemen over een Vlaamse republiek als alternatief, bleek het onmogelijk om opnieuw een centrumrechtse federale meerderheid te vormen.
Na 142 dagen onderhandelen, tegen de zomer van 2020, stelden de Franstalige politieke partijen een regering van nationale eenheid voor, ‘om het land te redden’, weet u wel… In die monsterregering zou ook de verzesvoudigde PTB vertegenwoordigd zou zijn, maar… niet het Vlaams Belang. Cordon sanitaire, weet u wel. Ook voor N-VA was dit veel te bar. De politieke suspens werd een ongelofelijke politieke thriller. Er begonnen ook steeds meer mensen op straat te komen. In Brussel kwam een heus betogingsverbod, uit veiligheidsoverwegingen. Toen het antwoord op een Vlaamse betoging in Vilvoorde – met twintigduizend deelnemers! – een Waals-Brusselse betoging was in Wezembeek-Oppem, die uit de hand liep, kwam er een samenscholingsverbod in alle taalgrensgemeenten. In alle discretie gingen twee Vlaamse pelotons para’s uit Tielen enkele weken ‘op manoeuvre’ in Voeren. Zelfs het Happartduiveltje kwam opnieuw uit het doosje.
Brusselse Finale
Over wat er vervolgens gebeurde, bestaan verschillende versies. Verder dan 200 dagen politieke ongewisheid reikt mijn glazen bol niet. Het zou kunnen dat de ‘Fédération Wallonie-Bruxelles’ zich soeverein verklaarde en de internationale gemeenschap internationale waarnemers vroeg voor volksraadplegingen in faciliteitengemeenten waar Franstalige burgemeesters de scepter zwaaien. Het Plan B, dat teruggaat tot het einde van vorige eeuw, kwam uit de lade waarin het bovenaan had gelegen ‘voor het geval dat…’. De corridor, weet u wel. Geen grote homp Vlaams-Brabant, omdat het Eurostadion er niet kwam, maar toch minstens een territoriale aansluiting tussen Brussel en Waals-Brabant. Vlaanderen stond erbij en keek ernaar. Er ging veel tijd verloren aan typisch Vlaamse discussies of er maar al een parallelle administratie moest worden uitgebouwd in Aalst of Mechelen, stel dat de Vlaamse instellingen zouden moeten vertrekken uit Brussel. Een horrorverhaal. Wat zou dat betekenen voor onze internationale erkenning? Het opgeven van de eigen hoofdstad? Bye bye Brussels: bangelijk. Wil de Vlaamse politieke klasse toch in Brussel blijven resideren, onder Franstalige voogdij? Dan zal de verdeling van de staatsschuld ter sprake moeten komen…
Witboek
Goed, tot zover het griezelscenario. Een ander facet van mijn glazen bol levert een totaal verschillend perspectief op. De VVB neemt het voortouw in de uitbouw van een netwerk van intellectuelen, middenveldmensen, ondernemers, bestuurders en vakbondslui. We schrijven een Witboek Vlaamse Staatsvorming dat de geesten rijp maakt voor een onvermijdelijke nieuwe Vlaams-Waalse clash. Het punt is minder dat we álle Vlamingen willen overtuigen van ons groot gelijk. Of die 51 ten 100 als fetisj zien. De essentie is dat we vroeg of laat verder moeten met Vlaanderen na het einde van België. En hoe we ons erop voorbereiden om die crisis glansrijk te doorstaan.
Op het moment, dat puntje bij paaltje komt, dat de Belgische verstandhouding tot ‘aan het gaatje’ gaat, zoals de Nederlanders zeggen: dan rollen we ons Plan VL uit. Dan houden MR, PS, cdH en alle andere waterdragers van Wallobrux onder druk en nemen wij het voortouw. We laten ons gewoon niet chanteren met onze instellingen in Brussel en met de interpersoonlijke solidariteit – de transfers -, maar gaan rechttoe-rechtaan op ons doel af. Dat Objectief VL, vrienden, dat doel van ons Plan VL, is de Republiek Vlaanderen, nieuwe spits van het EU-peloton van naties met een sterk en autonoom profiel.
Want onze blauwdruk voor een staatsvormend proces: die bieden wij dan op een zilveren schoteltje aan onze politici aan. Ons stappenplan moet de strohalm zijn voor Vlaamse bewindslieden van links tot rechts om meteen ‘op de counter’ te spelen op het moment dat de escalatie naar de definitieve breuk zich op gang trekt. Een Witboek Vlaamse Staatsvorming moet ook laten zien dat de Vlaamse republiek is voorbereid op de complexe uitdagingen van de eenentwintigste eeuw. Die zijn van culturele, ecologische en sociaaleconomische aard. Op die manier betrekken we de internationale gemeenschap bij onze exit uit België. Niets is zo belangrijk als de eerste indruk. Daarom moeten wij als eerste handelen als België onhoudbaar en onleefbaar wordt. En niet wachten op Franstalige manoeuvres.
Zoals in Catalonië
In mijn docufictie zitten alle ingrediënten die ook in de politieke paella zitten die de Catalanen momenteel opdienen. Politieke spanning, oude eisen, oude wonden, onwerkbaarheid van de oude structuur, nieuwe ideeën, straffe verkiezingsuitslagen. De Catalanen maken gewiekst gebruik van al die elementen om op te stomen richting referendum op 1 oktober. Ze zijn meesters geworden in het uitbuiten van ‘de strategie van de spanning’ met Madrid. Ja, beste mensen, het is waar: Madrid bedreigt en intimideert Barcelona. Maar de Catalaanse politieke elite laat zich niet onbetuigd en serveert een koekje van eigen deeg: alle obstructies door Madrid van het Catalaans staatsvormend proces zullen alleen maar tot gevolg hebben dat de Catalanen in een hogere versnelling schakelen. Wat dat betekent, is algemeen geweten. De Catalanen hebben een plan en hebben dat internationaal uitgedragen. De bewijslast dat de Catalanen een loopje nemen met elke democratische rechtsorde ligt dus bij officiële Spanje. Om het Catalaanse dossier verder te versterken, doe ik hier graag een warme oproep om u bij de ngo ICEC te melden. De VVB neemt het secretarisschap van ICEC waar. ICEC zal voorzien in internationale waarnemers in Catalonië op 1 oktober. Wie zich geroepen voelt, weet waarheen. Er staat veel op te spel, maar niet dringen!
Een heel klein beetje oorlog
De aanval is de beste verdediging. Maar die aanval moet van zelfvertrouwen en vertrouwen in de wereld getuigen. Aan dat model wil ik graag de komende jaren met de VVB werken. Het is een glorievol perspectief, vind ik, dat kan enthousiasmeren. Onze acties voor de nationale luchthaven gaan over Vlaamse jobs, da’s waar. Maar ze willen ook een lijn trekken, ‘tot hier en niet verder’, in het Belgische eindspel. Makkers, ook daar heeft de VVB een rol te spelen! “Zou een heel klein beetje oorlog niet wat beter kunnen zijn?” Stijn Meuris zingt het. Wat is oorlog? Wat kan het zijn? En wat is een ‘heel klein beetje’? Het is een zienswijze waarover we de komende maanden met elkaar breed en diep van gedachten zullen wisselen. Leve Vlaanderen! En leve onze Beweging die de aloude grieventrommel omruilt, omruilt voor een marstrommel. Op mars naar… onafhankelijkheid!
Bart De Valck is nationaal voorzitter van de Vlaamse Volksbeweging (VVB)
Liselotte Dupont: ‘Zijn niet alle partijen een beetje katholiek, liberaal en socialistisch met een sausje van groen?’
‘De papieren krant bestaat nog, maar je voelt aan alles dat dat niet zo lang meer gaat duren’, meent Jonathan Hendrickx.