De Catalaanse Compagnie – dood en verderf in Byzantium
Catalaanse Compagnie
foto © Wikimedia Commons
700 jaar geleden zaaide de Catalaanse Compagnie dood en verderf in Byzantium. Een Catalaanse historie van misbruikt vertrouwen en verraad.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHet referendum over Catalaanse onafhankelijkheid verhit de gemoederen en heeft de Catalaanse kwestie willens nillens bovenaan de agenda van de Europese politiek gekatapulteerd. Wat minder mensen weten, is dat de Catalanen reeds in de late middeleeuwen de gemoederen in het Middellandse-Zeebekken wisten te beroeren.
Catalaanse Compagnie in Constantinopel
Op 31 augustus 1302 tekenen Frederik de Derde van Sicilië en Karel de Tweede van Napels de vrede van Caltabellotta die het koninkrijk Sicilië onder hen beide verdeelde. De vrede was slecht nieuws voor Roger de Flor, avonturier, en zijn Catalaanse Compagnie van huurlingen, die nu technisch werkloos waren. Gelukkig waren er in de late middeleeuwen brandhaarden genoeg, en Roger de Flor weet snel een nieuwe werkgever te vinden. Deze was Byzantijns keizer Andronikos II Palaiologos, die dringend soldaten nodig had om zijn krimpende staat tegen de Turken in Klein-Azië te verdedigen. De Compagnie landt in januari 1303 in Constantinopel. De keizer laat zijn vijftienjarig nichtje (!) met de Flor huwen om zich van zijn trouw te verzekeren -diplomatieke huwelijken waren een beproefd recept in de laat-Byzantijnse diplomatie. De komst van de Catalanen verstoorde het bestaande machtsevenwicht in Constantinopel. Roger de Flor laat in Constantinopel 3000 Genovese kolonisten en handelaars afslachten.
Catalaanse wreedheid
De komende twee jaren beseft de Byzantijnse keizer dat zijn nieuwe Anatolië-strijders meer slecht dan goed doen aan de Byzantijnse zaak. De Compagnie kenmerkt zich door spilzucht en interne verdeeldheid met bloedige gevolgen. Kort na de ontscheping uit Constantinopel ontdekt de Flor dat zijn troepen reeds twee- tot driemaal hun soldij hebben uitgegeven. Ferran Jiménez de Arenós, luitenant van de Flor, verlaat tijdelijk de rangen om zich aan te sluiten bij de Hertog van Athene. De Catalanen leggen een ongelofelijke wreedheid aan de dag. Niet alleen Turkse vrouwen en kinderen moeten hun zwaarden vrezen. Het initieel enthousiasme bij het bevrijden van Griekse steden bekoelt al snel wanneer de Flor Byzantijnse bevelhebbers laat onthoofden of ophangen omwille van hun lafheid. De Compagnie blinkt wel uit omwille van haar moed en vastberadenheid, en weet menig Turkse meerderheid uiteen te drijven.
Byzantijns verraad
De Byzantijnen komen in opstand in de stad Magnesia (het huidige Manisa), waar het Catalaanse garnizoen wordt uitgemoord. De Flor slaat het beleg om de stad af. Keizer Andronikos weet de gemoederen te bedaren en brengt de Catalanen naar Hadrianoupolis (het huidige Edirne), waar hij de Flor en het leeuwendeel van de Catalanen laat ombrengen tijdens een banket. De Compagnie trekt, gedecimeerd en intern verdeeld, plunderend, verkrachtend en moordend doorheen het noorden van Griekenland om later, onder leiding van Roger Deslaur, het hertogdom Neopatras te stichten ten noorden van Athene.
Catalanen niet welkom
De plunderingen en wandaden van de Catalaanse Anatolië-strijders hebben een lange weerklank gekend in de Byzantijnse wereld en het Noorden van Griekenland. Na de desastreuze vierde kruistocht, die in 1204 eindigde met de plundering van Constantinopel, bevestigde de Catalaanse Compagnie het Byzantijnse beeld van westerse Christenen die zo mogelijk een grotere vloek waren voor het rijk dan de Turkse invallers. De semi-autonome monastieke republiek in het Noorden van Griekenland, de Athosberg, tevens het Mekka van de Orthodoxie, heeft in de jaren 1307-1309 ernstig geleden onder de Compagnie. Tot het jaar 2000 (!) waren Catalanen niet welkom op de Heilige Berg. Onder bemiddeling van de Europese Unie werden de Catalanen met de Athonieten verzoend. Aldus kwam na 700 jaar een einde aan de Catalaanse terreur in de Griekse wereld.
Raf Praet (1989) studeerde klassieken aan de universiteit van Gent. Na twee jaar als onderzoeksmedewerker in de byzantinistiek aan deze universiteit, voltooide hij zijn doctoraatsstudies in de oude geschiedenis aan de universiteiten van Groningen en Gent.
De Frontbeweging speelde in op de rol van de VS na het einde van de Grote Oorlog. VOS Vlaamse Vredesvereniging haalt die banden terug aan.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.