JavaScript is required for this website to work.
post

De illusie van één gezamenlijk klimaatplan

Wout Patyn11/11/2021Leestijd 3 minuten
De premier kan de realiteit van uiteenlopende gewestelijke belangen niet
verbergen.

De premier kan de realiteit van uiteenlopende gewestelijke belangen niet verbergen.

foto © RTBF

Een samenhangend klimaatplan is in constitutioneel versnipperd België een illusie. Homogene bevoegdheden voor de deelstaten zijn de oplossing.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

‘We hebben één gezamenlijk klimaatplan nodig. ÉÉN. GEZAMENLIJK. Men moet toch echt geen raketgeleerde zijn om dat in te zien.’ Deze oproep tweette UGent-rector Rik Van de Walle over de #COP26 te Glasgow. Zelfs met bijhorende Caps Lock om zijn frustratie extra kracht bij te zetten. Met zijn boodschap uit hij zijn ongenoegen over het steekspel tussen concullega’s Vlaams Minister Zuhal Demir (N-VA) en federaal minister Tinne Van der Straeten (Groen). Een boodschap die zich vlekkeloos inschrijft in het klassieke ‘samenwerkingsframe’ dat de media zo graag opvoeren. Maar eveneens een boodschap – en vergeef me voor de terechtwijzing – die getuigt van weinig diepgang.

Het samenwerkingsframe

Ik trap een open deur in als ik de eenzijdige mediaberichtgeving over de coronacrisis in het Vlaams medialandschap aan de kaak stel. Onze media slaagden er maar moeilijk in om buiten het vooropgestelde raamwerk aangeboden door experten en politici te rapporteren. Het gevolg is een narratief dat tot op vandaag breed zijn ingang vindt in de samenleving waar mensen zich op gaan vastpinnen. Out of the box denken wordt afgestraft of simpelweg niet opgepikt. Welke vandaag de dag opgevoerde expert pleit bijvoorbeeld om over te schakelen naar een Scandinavische omgang met het virus? Juist ja, geen enkele. Er is zelfs amper debat over. Het gaat steeds maar weer over ‘dramatische toestanden’, ‘extra maatregelen’ en ‘lockdowns’. De defenestratie van Lieven Annemans uit Celeval is er een mooi voorbeeld van.

En laat nu net die pensée unique van de coronaverslaggeving een uitstekend voorbeeld zijn om het ‘samenwerkingsframe’ te duiden. ‘Onze politici kunnen, weer maar eens, niet samenwerken’, klinkt almaar door. Dit simplistisch, maar helaas breed opgepikt narratief in allerlei politieke dossiers, getuigt van een intellectuele luiheid. En zo ook in het klimaatdossier. Stelt niemand zich dan de vraag waarom die zo gedroomde samenwerking er niet is? Zijn onze politici dan zo verdorven dat samenwerking sisyfusarbeid is?

Horizontale bevoegdheidsverdeling

Rector Van de Walle moet toch inzien dat ‘klimaatbeleid’ een horizontale bevoegdheid is. Je voert het met andere woorden in allerlei beleidsdomeinen. Verplichte renovatie vinden we terug in het woonbeleid. Elektrisch rijden vanaf 2029 behoort tot het Vlaams mobiliteitsbeleid. Het vooropstellen van een stikstofdaling? Dan wordt gekeken naar de landbouw. Hernieuwbare energie promoten is onderdeel van het energiebeleid. En zo zijn er tal van klimaatmaatregelen verspreid over diverse departementen. Het is net die horizontale bevoegdheidsuitoefening, gecombineerd met een complexe, exclusieve bevoegdheidsverdeling én tegengestelde belangen tussen verschillende overheden en regio’s, die het onmogelijk, en zelfs onwenselijk, maakt om één gezamenlijk klimaatplan te bepleiten.

Het Belgisch systeem bouwt inherent conflict in. ‘Samenwerking’ zal die institutionele constructiefout niet magisch doen verdwijnen. Giet daarbovenop nog een saus van politieke concurrentie en communicatie en het spel zit op de wagen. Want hoe denkt u dat de sfeer tussen Demir en Van der Straeten is als Vlaanderen opgezadeld wordt met extra CO2? Of hoe tevreden denkt u dat Van der Straeten is met het weigeren van omgevingsvergunningen voor extra gascentrales? Denkt u dat een andere regeringssamenstelling Vlaams en federaal bevorderlijk is voor die samenwerking?

Het klimaatdebat is in ons land daarom onvermijdelijk een institutioneel debat. Media rapporteren dan wel graag over het conflict tussen beide ministers, zelden slagen ze erin om de institutionele bric-à-brac van dit land als oorzaak van dit conflict te belichten. Samenwerking bepleiten, is in deze een illusie. Maar het bekt oh zo goed om onze politici te betichten.

Raketgeleerde

Nochtans doen sommigen een poging om tot de kern van de zaak te gaan. En ere wie ere toekomt: de groenen lanceren in dit thema vaak hun herfederaliseringsidee. Kristof Calvo tweette deze week nog dat ‘Het optreden van de Vlaamse regering inzake klimaat en energie één langgerekt pleidooi is voor een herfederalisering van al die bevoegdheden’. Grondwetsspecialist Stefan Sottiaux en jurist Thomas Van Diest beiden verbonden aan de KU Leuven logenstraften dit idee al in 2019 in een opiniestuk in De Tijd. Dit op basis van bovengenoemde bevoegdheidsproblematiek. Ze verwoordden het treffend: ‘Met andere woorden: de overheveling van het klimaatbeleid naar het federale niveau komt de facto neer op de afschaffing van het federalisme zoals we dat nu kennen’. Zonder meer een uiterst, interessante piste voor een Vlaams-nationalist. Maar wellicht heb ik een andere marsrichting voor ogen in tegenstelling tot de groenen. Nog treffender is dat Calvo in diezelfde tweet zich perfect schikt in het samenwerkingsframe. ‘Vandaag is het: wat we zelf doen, is saboteren en tegenwerken’, verkondigde hij. Twee denkfouten in één tweet. Het is een kunst.

Helaas moet men in dit land wél een raketgeleerde zijn om de institutionele rompslomp te begrijpen. Misschien daarom dat de pensée unique niet verder geraakt dan het klassieke samenwerkingsframe? Het wordt hoog tijd om dit land op orde te zetten. Wie de klimaatcrisis serieus meent, moet ook sleutelen aan de staatsstructuur. Niet door zich te verliezen in herfederaliseringsverzinsels, maar door de deelstaten meer ‘klimaatbevoegdheden’ in eigen handen te geven. Zodat Vlaanderen eindelijk dat gezamenlijk klimaatplan kan voorleggen voor alle Vlamingen. Een plan dat niet hoeft rekening te houden met elkaars bevoegdheden. Een plan dat niet hoeft rekening te houden met tegengestelde belangen en bemoeienissen. Een plan waar de Vlaamse overheid eens op de hele lijn – laat ons hopen – doortastend kan zijn.

Wout Patyn is historicus en werkt als parlementair medewerker van Sander Loones voor de N-VA-fractie in de Kamer. In zijn thuisstad Harelbeke zetelt Wout in de gemeenteraad. Naast het politieke luik is Wout sterk begaan met het Vlaamse onderwijs. Later in het onderwijs stappen behoort zeker tot de toekomstplannen.

Commentaren en reacties