De vernietiging van Brussel werd gezien als een oorlogsmisdaad
Het 101e verhaal
‘Dankzij’ Lodewijk XIV heeft Brussel nu een prachtige Grote Markt.
foto © Reporters
Het recent verschenen boek ‘Honderd keer Vlaanderen’ zoekt wat Vlamingen typeert en wat Vlaanderen doet verschillen van de buurlanden. Het boek omvat 100 sterke verhalen. Dit is verhaal 101.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementVan de zowat vijftig koningen die er in de loop der eeuwen over Frankrijk heersten, is Lodewijk XIV zonder twijfel de meest beroemde. ‘Louis le Grand’ of ‘le Roi-Soleil’ was degene die het Franse hof verhuisde naar Versailles, waar de Franse edelen gedwongen werden om mee te doen aan een onwaarschijnlijke persoonlijkheidscultus. De koning gold als een beschermer van kunsten en er is een barokstijl naar hem genoemd. Minder bekend is dat hij zijn land geruïneerd achterliet en dat hij door de rest van Europa werd gezien als een oorlogsmisdadiger. Vraag dat maar aan de Brusselaars.
Frankrijk uitbreiden
Lodewijk XIV regeerde van 1643 tot 1715. In die 72 jaar voerde hij vijftig jaar oorlog, met de bedoeling om Frankrijk uit te breiden. Hij ging daarbij zo agressief te werk dat heel Europa zich tegen hem keerde. Frankrijk moest het opnemen tegen een coalitie van Oostenrijk, Engeland, Nederland, Spanje, Zweden, Pruisen, Saksen en Beieren. Toch had de Zonnekoning succes. Hij nam een flinke hap uit de Zuidelijke Nederlanden en hij voegde Franche-Comté, de Elzas en Roussillon bij Frankrijk. Tegelijk liet hij zijn land in een financieel desastreuze toestand achter. Op zijn sterfbed kreeg hij spijt en biechtte hij zijn grootste zonde op: ‘J’aimais trop la guerre.’
De bevolking van de grensgebieden had weinig aan die late schuldbekentenis. Zij betaalde met have en goed voor de ambitie van de Zonnekoning. Alle oorlogen gaan gepaard met verwoestingen, maar Lodewijk XIV maakte het erger door zijn troepen de opdracht te geven om alles plat te branden in de gebieden die ze niet in handen konden houden. De Fransen trokken door de Palts in Duitsland met het uitdrukkelijk bevel: ‘Brûlez le Palatinat!’ In 1685 verwoestten ze Genua, in 1688 Koblenz, in 1691 Luik …
Onze gewesten
In 1695 waren onze gewesten aan de beurt. Als een reactie op de belegering van het Franse garnizoen in de citadel van Namen door de geallieerden, kreeg de Franse maarschalk de Villeroy het bevel om een stad te vernietigen. Het eerste voorstel was om Brugge of Gent te verwoesten, maar het werd uiteindelijk Brussel. De stad was nauwelijks versterkt en had geen strategische betekenis. De enige bedoeling was terreur zaaien. Terwijl de Fransen hun kanonnen opstelden, leverden ze een ultimatum af: de Brusselaars kregen zes uur om ervoor te zorgen … dat de Engelse schepen niet langer de Franse havens beschoten. Dat was natuurlijk een onuitvoerbare eis.
Op 13 augustus 1695 opende de Franse artillerie het vuur. Naast gewone kanonballen en granaten, gebruikten de Franse kanonniers ook ‘gheloeyende koghels’: metalen kogels die vooraf in ovens waren geplaatst. Het effect van deze projectielen op houten gebouwen op een droge en winderige zomerdag laat zich raden. Er was geen blussen aan. Maar ook stenen gebouwen, zoals het stadhuis, de Sint-Niklaaskerk, het Vleeshuis of het Recolettenklooster, werden bestookt. Franse officieren spraken van een nooit eerder geziene vernietiging. Na twee dagen was meer dan een derde van de stad compleet vernietigd. Daarbij gingen ook veel kunstwerken verloren. Archieven, bibliotheken, werken van Vlaamse meesters … alles werd in de as gelegd.
Het bombardement van 1695 was de grootste en strafste ramp uit de geschiedenis van de stad. De verwoesting was zo groot en het bombardement zo zinloos, dat overal in Europa protest rees. Het prestige van Lodewijk XIV kreeg een flinke knauw.
Weetjes
- Lodewijk XIV was de eerste vorst met een professionele PR-dienst: de ‘Petite Académie’. In deze instelling zaten raadgevers op het gebied van literatuur, schilder- en beeldhouwkunst en architectuur, die zorgden voor een permanente propaganda en verheerlijking van de koning.
- Het duurde jaren om Brussel opnieuw op te bouwen. De reconstructie van de Grote Markt kreeg bijzondere aandacht. De gildehuizen werden heropgebouwd met nog meer luister dan voorheen. Aan één zijde van de Grote Markt kregen zeven panden dezelfde uniforme voorgevel. Die staat bekend als het ‘Huis van de Hertogen van Brabant’.
De selectie was streng. Dit 101e sterke verhaal haalde het recent verschenen boek Honderd keer Vlaanderen net niet. Meer info vindt u en bestellen kan hier.
Categorieën |
---|
Personen |
---|
De auteurs publiceerden recent het boek 'Honderd keer Vlaanderen'.
Jonah Penninck (CD&V): ‘De waarden van Kerstmis kunnen nooit helemaal verdwijnen.’
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.