JavaScript is required for this website to work.
Europa

O divórcio necessário para tirar Portugal da crise

Maandag - Europadag

Sander Roelandt24/6/2013Leestijd 3 minuten

In de bestseller Porque Devemos Sair do Euro (Waarom we de euro moeten verlaten) argumenteert de Portugees João Ferreira do Amaral dat zijn land enkel uit de crisis enkel kan raken door de eurozone zo snel mogelijk te verlaten. Het boek verkoopt al weken als zoete broodjes en maakt een eventuele euro-uitstap bespreekbaar.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

João Ferreira do Amaral, hoogleraar economie aan de School of Economics & Management in Lissabon, vergelijkt Portugals huidige situatie met de onderwerping van het land door Filips II van Spanje: ‘In 1581 verloor Portugal zijn soevereiniteit aan Spanje. In 1992 legde Portugal zich aan de voeten van een Europese Commissie die steeds meer toegeeft aan de Duitse eisen. Er was geen referendum, de kiezers werden nooit geraadpleegd. De Portugese elites, die hoopte om rijkelijk te profiteren van de Europese structuurfondsen, overhandigden hoffelijk onze munt – en daarmee onze monetaire soevereiniteit’, citeert The Telegraph uit het boek.

Sinds de crisis probeert Duitsland haar economische visie op te leggen aan het zuiden, vindt de Portugese auteur: ‘Vanaf 2008 brak de Europese Commissie met de traditie en werd het een orgaan ten dienste van een nieuwe macht. De Portugese economie bezweek, verstikt door de “nieuwe Mark”. Die tragedie werd alom voorspeld. In de jaren 1990 hebben enkelen ons gewaarschuwd voor de gevaren van de toetreding tot de gemeenschappelijke munt.’

Verdwijnende middenklasse

Het Nederlandse televisieprogramma Nieuwsuur ging kijken in Portugal. De reportage die Saskia Dekkers er maakte, toont hoe hard de crisis daar toeslaat. We weten dat er een uitzichtloze crisis heerst in Griekenland en dat Spanje en Italië hoge jeugdwerkloosheid kennen, maar er gaat weinig aandacht naar de situatie in Portugal. Onterecht. De werkloosheid steeg er sinds de uitbraak van de crisis van 8% naar 17%, de jeugdwerkloosheid zit al boven de 40 %.

Uit de reportage komt vooral naar voren dat de crisis de middenklasse verzwelgt. Stijgende werkloosheid gecombineerd met dalende lonen en hoge schulden richten er een sociale ravage aan. Gezinnen moeten overleven op één loon, of zoals in de reportage, op het kleine pensioen van een grootmoeder. Meer en meer mensen overleven op voedselhulp. De schaamte voor deze nieuwe armoede is groot.

Uit de eurozone

Voor João Ferreira do Amaral moet Portugal terug naar de Escudo om twee redenen: ‘Het maakt devaluatie mogelijk. Nu hebben we met de euro een te sterke munt. Het is belangrijk dat we onze munt kunnen devalueren. Ten tweede kunnen we met onze eigen munt het monetaire beleid zelf bepalen.’ Hij wil een ordelijke uitstap, zorgvuldig voorbereid in 2 à 3 jaar tijd en in samenwerking met de andere Europese regeringen en de Europese instellingen.

Het boek heeft het taboe op de euro-uitstap ontkracht. Sinds kort wordt in Portugal luidop nagedacht over de oorzaak van de economische problemen in het land: zijn het alleen de gehate bezuinigingen of is de euro zelf het probleem? In lezingen, tv-debatten en columns vragen opiniemakers en zelfs sommige politici zich luidop af of Portugal uit de crisis kan raken binnen de eurozone.

Een voorbeeld van zo’n politicus is de socialistische ex-premier Mario Soares, die de democratische overgang leidde na de dictatuur van Salazar; hij riep begin april op om het door de Troika opgelegde bezuinigingsbeleid eenzijdig te verwerpen – wat de facto tot een uitstap uit de euro zou leiden. Ook de voorzitter van het Portugese Hooggerechtshof Luís António Noronha Nascimento heeft al voorgesteld dat Portugal en andere Zuid-Europese landen de euro te verlaten. Hij waarschuwde dat de kloof tussen Europa’s rijke en arme landen anders steeds groter zal worden.

Geen licht aan het einde van de tunnel

De Portugese regering beweert dat het langverwachte herstel er zit aan te komen, maar veel economen betwijfelen dat. In elk geval is de eurocrisis niet voorbij, zoals de Franse president François Hollande onlangs opnieuw beweerde. De paniek op de financiële markten is gaan liggen, maar de economische en sociale crisis, die blijven de mensen voelen.

Als de recessie in Portugal aanhoudt, zullen politici nog meer bezuinigingen moeten doorvoeren en ooit zal de bevolking dit niet meer pikken. ‘Op een bepaald moment wordt het misschien te moeilijk om verdere bezuinigingen te verkopen’, zegt Antonio Costa Pinto, politicoloog aan de Universiteit van Lissabon aan The Wall Street Journal. ‘Dit zouden de perfecte omstandigheden zijn voor een radicale ommekeer in het beleid.’

<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>

Sander Roelandt (1989) is medewerker in het Europees Parlement en volgt er verschillende economische commissies.

Meer van Sander Roelandt
Commentaren en reacties