JavaScript is required for this website to work.
post

Doet Denemarken mee met Europese defensie?

1 juni Referendum moet het uitwijzen

Herman Matthijs17/4/2022Leestijd 4 minuten
Denemarken houdt op 1 juni een referendum over zeggenschap in internationale
militaire interventies.

Denemarken houdt op 1 juni een referendum over zeggenschap in internationale militaire interventies.

foto © Unsplash

Op 1 juni zal het Deense kiezersvolk zich kunnen uitspreken over de rol van Denemarken in het EU veiligheids- en defensiebeleid.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Ook Denemarken ziet zich geconfronteerd met de oorlog in Oekraïne. Maar de Deense regering gaat met steun van de liberalen en de conservatieven een referendum houden over niet-deelname  aan het veiligheids- en defensie beleid van de EU. En in de verte naderen ook de parlementsverkiezingenverkiezingen van 4 juni 2023.

Denemarken kent een sociaaldemocratisch minderheidskabinet onder leiding van Mette Frederiksen. Deze ploeg kan maar overleven met de oppositie steun van de socialisten, de radicalen, rood-groen en de alternatieve partij.

Referendum

Op 2 juni 1992 stemden de Denen in een referendum tegen het Maastrichtverdrag. De afgifte van soevereiniteit is een heilig goed in het Scandinavische land en kan alleen gebeuren na consultatie van het kiezerspubliek. Op de volgende EU-top in Edinburgh, december 1992, verkreeg Denemarken diverse opt-out (opties om niet mee te doen) ten aanzien van de uitvoering van de EU-verdragen. Zo verwierp het volk ook bij referendum in 2000 de invoering van de euro als munt. Zodoende heeft Denemarken nog steeds zijn kroon en voert het een eigen monetaire politiek.

In 2015 bevestigde het kiezersvolk de opt out inzake het EU justitie beleid. Op 1 juni 2022 mogen de Deense kiezers zich uitspreken over het behoud van de opt -out ten aanzien van het EU veiligheids- defensie beleid. Dat houdt onder andere in dat Denemarken niet meedoet aan het EDA ( Europees Defensie Agentschap) en het EU defensie fonds.

De meeste partijen zijn voorstander om de opt out op te heffen: de sociaaldemocraten, de conservatieven, Venstre, de socialisten, de radicalen, de sociale liberale partij, de liberale alliantie en de christendemocraten. Tegen zijn de DF, rood-groen en NB. Maar op basis van de peilingen van eind maart – begin april over dit thema, zien we dat de kiezer de politieke partijen niet volgt. Inderdaad de ‘JA’ stemmen zitten tussen de 36-40%, de neen tussen de 27-35% en de onbeslisten tussen de 24-37%.

Defensie

Door de Oekraïne oorlog zijn de meeste politieke partijen in Denemarken gewonnen voor meer defensie uitgaven. Op basis van het NAVO jaarverslag 2021 ziet men dat Denemarken een leger heeft van zo’n 17.000 manschappen en de defensie uitgaven zijn gestegen naar 4,6 miljard euro 1,4% van het BBP ( België: 1,07% ) De meeste politiek partijen willen dit optrekken naar de Wales norm van 2% BBP. Reeds 18,8% van het defensie budget gaat naar investeringen in 2021 en dat is bijna de Wales norm van 20%. De twee belangrijkste uitgavenposten in het Deense defensie budget zijn personeel met 44% en onderhoud /operaties met 33%.

Laat ons niet vergeten dat Denemarken een bijzonder geopolitiek land is. Het land beheert enige verbinding tussen de Noordzee en de Baltische of Oostzee via het ‘Kattegat’ en het ‘Skarregat’. De Russische vloot in St Peterburg kan alleen maar naar de Noordzee en de Atlantische oceaan via de Deense wateren. Maar Denemarken is ook de ‘Faeröer ‘eilanden nabij IJsland alsook het uiterst belangrijk gelegen Groenland. Vergeet niet dat president Harry Truman in 1945 100 miljoen dollar bood voor de overname van Groenland. Dat bod werd enige jaren geleden nog eens overgedaan door President Trump.

Peilingen

Op basis van de laatste peilingen zijn er grootse verschuivingen te verwachten bij de aankomende verkiezingen. Eerst de vijf actieve-en passieve regeringspartijen. De sociaaldemocraten blijven rond de 26% ( in vergelijking met 2019 ) en daarmee de grootse partij. De linkse socialisten winnen tot 9% (2019: 7,7%), de rood-groenen blijven hangen rond de 7,5% en de radicaal liberalen zakken twee procent tot 6,5%. Deze radicalen zijn het D’66 van Denemarken! Ook de andere sociaalliberale partij, de alternatieven, zakt weg van 3% naar 1% in de peilingen! Het resultaat voor de steun aan dit kabinet is dat de beide links liberale partijen in het verlies worden gepeild.

De rechtse oppositie ligt er nog meer verdeeld bij. De liberale van ‘Venstre’ met Ellemam-Jensen als leider zakken naar 14% ( minus 9,5%). Dat heeft te maken met twee afscheidingen uit deze partij. Zo is de gewezen Eerste-Minister Rasmussen (2015-19) een eigen partij gestart: ‘Moderaterne’ of letterlijk vertaald de gemachtigden. Al die ruzies in het liberale kamp hebben ook geleid tot de liberale alliantie, die nu gepeild wordt op 3%. Uit de conservatieve partij is de ‘NB: Nye Borgerlige’ ontstaan en dat is goed voor 6% in de peilingen. Deze partij zet zich rechts van de conservatieve partij. Deze laatste wordt nu geleid door Soren Pape Poulsen en ondanks alle ruzies , heeft hij de partij naar 15% in de peilingen gebracht ( plus 9%). Daarmede leidt hij virtueel de oppositie.

De anti migratie partij DF zakt een drietal procenten naar 5,5%. De christendemocraten blijven sq op 1,7%. Het versnipperd partij landschap blijft ook een probleem in Denemarken. Maar een meerderheid vinden om het kiesstelsel te wijzigen bij de 179 leden van de Folketing is niet mogelijk ! De reden is het bestaan van de vele kleine partijen. De electorale strijd van 2023 over de regeringsleiding zal er een worden tussen de sociaaldemocrate Frederiksen en de conservatief Poulsen.

Conclusie

Op 1 juni zal het Deense kiezersvolk zich kunnen uitspreken over de rol van Denemarken in het EU veiligheids- en defensiebeleid. Ook is het uitkijken of EM Frederiksen haar partijgenoten – regeringsleidsters in Zweden en Finland zal steunen bij hun vraag om toe te kunnen treden tot de NAVO. Als een dergelijke toetreding zou lukken, dan zitten de vijf Scandinavische landen met evenveel sociaaldemocratische EM aan de tafel van de NAVO toppen. Maar deze mogelijke toetreding gaat dan ook het gewicht van Scandinavië gevoelig verhogen binnen de NAVO. Dat is niet alleen belangrijk voor een veiligheidspolitiek tegenover Rusland, maar ook ten aanzien van de arctische regio.

Want de arctische regio wordt beheerd door de arctische raad met acht leden : de Verenigde Staten, Canada, de vijf Scandinavische landen en Rusland. Het is daar ook al zeven tegen Poetin ! Deze laatste nieuwste versie van een Russische Tsaar moet niet alleen de door hem begonnen Oekraïne oorlog managen. De arctische uitdaging is op zijn minst even groot ! Gezien de ligging van Denemarken speelt het land in beide dossiers een belangrijke rol.

Herman Matthijs doceert publieke en openbare financiën aan de UGent en de VUB. Hij volgt o.m. overheidsadministratie en -begrotingen op, maar evenzeer de politiek van de VS.

Commentaren en reacties