Een echt orakel, een vals orakel
Mijmering over links, trendy én patriottisch
Jan Hoet was een orakel en een contestant van wat voos, leeg en onnozel is. Hij paarde die inborst aan respect voor zijn Vlaamse en katholieke wortels. Over die man geen kwaad woord. Hij zal gemist worden in zijn duffe vaderland.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementVeerle Baetens, van een prachtige film die het verdient te scoren in Hollywood, is geen orakel en evenmin een contestant van wat voos, leeg en onnozel is. Zij scherpt er een kinderachtig plezier in om Belgische kreten en credo’s te lossen. Veerle Baetens van ‘Vive la Belgique’ is een mooi specimen van de culturele schooier: Vlaanderen is in haar ogen lelijk en niet de moeite, wel passeert zij, en veel van haar maats, met plezier langs de kassa van het verdoemde Vlaanderen voor subsidies, belastingvoordelen (tax shelter), filmopbrengsten, applaus.
Veerle Baetens is het vleesgeworden culturele conformisme en lijdt aan oikofobie, een woord als schuurpapier dat Thierry Baudet, Nederlander en brokkenmaker, muntte, met dank aan zijn vriend Roger Scruton. De jonge Nederlandse filosoof en publieke intellectueel Thierry Baudet zaait en oogst. Zijn boeken Oikofobie (2013) en De aanval op de natiestaat (2012) kietelen de Europese Unie.
Het nieuw gesmede woord oikofobie vertelt waar onze culturele elite ziek aan is. Zij is bevreesd, en dat kan uitmonden op haat, van het eigene, van het geborgene, van de thuis, van de gemeenschap, van het vaderland. Oikofobie is het tegenovergestelde van xenofobie, het stadhuiswoord voor vreemdelingenhaat. De oikofoob is een meester van de zelfhaat en de zelfverminking. Het westen kweekt in opeenvolgende golven zelfhaters in zijn bovenlaag en dat vergiftigt de publieke discussie over Europa, de multicultuur, de waarden van het westen, de toekomst van de burgers van de Europese Unie en de VS. De meest open wereldburger heeft xenofobe naast oikofobe kenmerken, het is menselijk en gezond om de twee karakteristieken in evenwicht te houden. Het westen is echter dominant oikofobisch geworden.
Met Geert Mak – de progressieve Amsterdammer met de bestsellers over Europa en de VS – zal Thierry Baudet een boek schrijven over Oikofilie. Hij is niet alleen tegen iets, maar ook voor iets. Baudet wil aantonen dat je links, progressief, trendy kan zijn én tegelijkertijd patriottisch, met eerbied voor thuis en de eigen cultuur. Oikofiel zijn is niet per definitie een rechtse houding. De tradities, de vaderlandsliefde kunnen ook door links gekoesterd worden. De Britse socialist David Goodhart, hoofdredacteur van het invloedrijke progressieve maandblad Prospect, publiceerde in de lente van 2013 het boek The British Dream met de stelling dat massale inwijking de sociale samenhang van een land diepgaand kan verstoren. Hij pleit voor het afremmen van de immigratie. The sense of belonging en de gedeelde verbeelding zijn de essentie. De oikofobie ontstond in golven: er was de verlichting met haar universaliserende trend, er waren WO I en WO II die het Europese zelfvertrouwen braken, er is de EU met haar antitraditionalistische discours, daarop volgden mei 68 en het post-modernisme.
Precies het knuffelen van de eigenheid, de eigen natie, de eigen groep groeit hand over hand, zeggen de tegenstanders van Baudet. In een gesprek voor ’t Pallieterke dat ik met hem had, reageerde Baudet daarop als volgt: ‘Hier heerst een groot misverstand. Ook ik zie dat in de taal van politici, en niet alleen die van Geert Wilders, de liefde voor de eigen gemeenschap toeneemt. Dat is het discours, en dat discours evolueert ten gunste van mijn stellingen over de multicultuur, het Europese project en de gruwelijke modernistische architectuur. Maar veel belangrijker dan de woorden zijn de daden en het beleid, de kern van mijn betoog, verandert niet. Tot in de jaren negentig van de vorige eeuw omhelsde iedereen de Europese constructie, dat is ondertussen ingrijpend omgeslagen. De EU dendert door met haar soevereniteitsondermijnende daden, het beleid is verstard en koppig. Telkens de oppositie tegen de EU de kop opsteekt, reageert Brussel met: wij moeten het beter uitleggen. De zeurende kinderen die onze Europese onderdanen zijn willen of kunnen niet begrijpen waar wij, de fijne wereldverbeteraars, mee bezig zijn. De grenzen blijven wagenwijd geopend, de multicultuur is daarvan het onvermijdelijke gevolg, de steden worden verminkt door ijdele, dictatoriale architecten als Rem Koolhaas van het Rotterdamse Office for Metropolitan Architecture. Alle steden zouden Brasilia’s moeten worden. De oikofobie is beleidsmatig doorgeslagen en ik bemerk geen verandering in Brussel, Washington of New York. Neem de kwestie Zwarte Piet. In hun ivoren toren beweren kosmopolieten, of wie er zich voor laat doorgaan, van de Verenigde Naties dat de helper in de Lage Landen van de goedheiligman racistisch is. Gevolg: op dit moment (medio november, FC) haalt de Pietitie – de internetsite pro Zwarte Piet – twee miljoen “likes”. De burger zegt ferm, genoeg is genoeg met dat gedoe. Hij verwerpt de ingrepen vanuit de theorie, vanuit het niet, vanuit de onredelijkheid.’
Foto: (c) Reporters
<Vond u dit artikel informatief? Steun dan het Doorbraak-project.>
Frans Crols was hoofdredacteur en directeur van het economisch magazine Trends en na zijn 65 werd hij vrije pen van ’t Pallieterke, Tertio en Doorbraak.
Evolueren we naar een politiek model zoals in een communistische eenpartijstaat? Ontdek het in ‘Ondernemen in Achterland 1.0’.
Extreemlinks en -rechts werken samen om de regering Barnier al na drie maanden weg te sturen, terwijl Frankrijk financieel dieper in het moeras zakt.