JavaScript is required for this website to work.
post

Een praatje in een Amerikaanse keuken in Moskou

Vooruitblikken in het verleden

Paul Cordy23/7/2018Leestijd 3 minuten
Het beroemde ‘keukendebat’ in 1959.

Het beroemde ‘keukendebat’ in 1959.

foto © Reporters / Everett

Amerikaanse en Russische leiders die elkaar ontmoeten, het levert altijd leuke beelden op. In 1959 leverde het zelfs een Keukendebat op.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Had Trump zich nu werkelijk versproken tijdens de persconferentie met Poetin? Of kwam hij postfactum met die verklaring op de proppen omdat de interne druk te groot werd? Voer voor commentatoren en latere generaties historici, maar van één ding kunnen we ondertussen al zeker zijn: ontmoetingen tussen de president van de VS en de leider of president van de Sovjetunie of Rusland leveren al wel eens meer merkwaardige beelden op, en deze past zeker in dat rijtje.

Trump is niet de eerste Amerikaanse president die zich door Poetin liet inpakken. Zo gaf Bush na hun ontmoeting in Slovenië in 2001 te kennen dat hij hem diep in de ogen gekeken had, hem heel betrouwbaar vond en dat hij ‘de ziel van Poetin had kunnen voelen.’ Die eerste blik in de koele blauwe ogen van Poetin was in ieder geval niet voldoende om te vermijden dat de relatie tussen beide later toch flink verzuurde.

Al even merkwaardige beelden leverde de ontmoeting tussen Jeltsin en Clinton in 1995 op. De twee presidenten wilden een manier vinden waarop Russische militairen een rol konden spelen in de pogingen om een einde te maken aan de oorlog in Bosnië. De pers was vooraf zeer sceptisch, en dus lanceerde Jeltsin, nuchter als altijd, een ferme uitval naar de pers, waarop Clinton in een eerder genante schaterlach uitbarstte.

Keukendebat

Maar een van de meest spraakmakende ontmoetingen was ongetwijfeld het bezoek dat Sovjetleider Nikita Chroesjtsjov en vice-president Richard Nixon op 24 juli 1959 aan een Amerikaanse tentoonstelling in Moskou brachten en het zogenaamde Keukendebat dat ze daar voerden. De tentoonstelling, samen met een pendant in de VS, waren het resultaat van een cultureel akkoord dat beide staten een jaar voordien hadden gesloten. Chroesjtsjov, aan wie welgemanierde diplomatieke geplogenheden niet besteed waren, ging voor de draaiende camera’s in discussie met Nixon over welk van beide systemen – het Amerikaanse kapitalisme of het Sovjetcommunisme – superieur was. Een unieke discussie omdat het de enige keer was dat leiders van beide naties een publiek debat voerden. Nixon en Chroesjtsjov gingen met elkaar in de clinch over het leven van de gewone man in hun land. Het gesprek draaide rond de vraag of John met de Stetson dan wel Ivan met de chapka beter af was. Chroesjtsjov wees er onder meer op dat wanneer de Amerikaanse vrachtwagenchauffeur zijn huis had afbetaald hij aan een nieuw huis toe was, terwijl de Sovjets bouwden voor hun kinderen en kleinkinderen. En dat laatste klopt. De Chroesjtsjovkas, de goedkope en weinig comfortabele prefabbuildings die in de jaren zestig werden gebouwd ontsierden vele decennia de Russische buitenwijken en werden, tot aan de sanering die nu plaatsvindt, bewoond door de kinderen en kleinkinderen van toen. Chroesjtsjov voorspelde ook dat de economie van de Sovjetunie binnen elke jaren die van de VS zou inhalen. Een boude voorspelling, vooral omdat de Sovjeteconomie op zijn hoogtepunt eind jaren zestig qua omvang nauwelijks 60 procent van die van de VS uitmaakte.

Nixon en Chroesjtsjov waren beiden van zeer bescheiden komaf, maar daar houdt de gelijkenis ongeveer op. Nixon kwam uit een arm gezin, dat hij rechten zou gaan studeren en een succesvol politicus zou worden was gezien zijn achtergrond allesbehalve evident. Ook voor de arme boerenzoon en pijpfitter van beroep Chroesjtsjov was het bij zijn geboorte in 1894 ondenkbaar dat hij ooit het land zou leiden. De revolutie bracht daar verandering in. Hij behoorde tot de generatie Sovjetleiders die dankzij de Grote Zuiveringen, waarbij Stalin het oude partijestablishment bloedig opdoekte, een geweldige politieke carrière kon opbouwen. Chroesjtsjov was trouwens zelf betrokken bij die zuiveringen, waarbij hij tienduizenden regionale partijkopstukken de dood injoeg. Hoewel hij later de misdaden van Stalin op het partijcongres in 1956 zou aanklagen, was hij, net zoals zoveel anderen van zijn generatie, wel degelijk mededader. Zijn machtsovername na de dood van Stalin ging gepaard met de executie van concurrent Lavrenti Beria. En er mocht dan wel een zekere dooi zijn onder Chroesjtsjov, het regime bleef repressief, al werkte het subtieler dan in het verleden. In het Keukendebat werd er gediscussieerd alsof het twee gelijke, normale samenlevingen betrof. Maar de Sovjetunie is uiteraard nooit een normale samenleving geweest. Daar waren onder meer de politieke repressie, de bizarre economische en sociale politiek en de manier waarop een totalitaire partij de staatsinstellingen had overgenomen de oorzaak van.

Cubacrisis

Leidde het bezoek van Nixon aan Moskou in juli 1959 nog tot een amusant Keukendebat, andere contacten drie jaar later hadden mogelijk een veel dramatischer afloop kunnen hebben. Op 10 juli 1962  gaf Chroesjtsjov op basis van een geheim akkoord met Cuba de toestemming tot de installatie van kernwapens op Cuba. Door de agressieve manier waarop Kennedy Castro wilde verdrijven, had deze laatste de steun van de Sovjetunie nodig. Dat had natuurlijk ook onder de vorm van conventionele troepen gekund, maar Chroesjtsjov dacht in één klap het nucleair evenwicht te herstellen en greep te krijgen op West-Berlijn. Toen de Amerikanen dit ontdekten leidde het tot een rondje nucleair blufpoker waarbij uiteindelijk Chroesjtsjov het moest afleggen tegen de VS. Het zou iets minder dan twee jaar later tot zijn afzetting als Sovjetleider leiden. En misschien maar goed ook.

Paul Cordy is historicus en studeerde daarnaast nog Duitse taalkunde, filosofie en rechten. Hij was free lance journalist, leraar Duits en studiebegeleider Cultuurwetenschappen aan de Open Universiteit. Hij is districtsburgemeester van Antwerpen en gewezen Vlaams Parlementslid. Hij schreef onder meer "Wij zingen Vlaanderen vrij: Het verhaal achter 75 jaar Vlaams Nationaal Zangfeest', een verhaal dat hij zelf als jarenlang regisseur mee vorm gaf.

Meer van Paul Cordy

‘Ik ben Alexander De Croo, de premier waar 92,5 % van de Belgen niet op zat te wachten en wiens aanstelling 100 % van de Belgen verraste.’

Commentaren en reacties