JavaScript is required for this website to work.
post

Gaza en de Palestijnse kwestie: zes maand na de oorlog (I)

Robert Vandemeulebroucke19/1/2015Leestijd 3 minuten

De vernietigende oorlog die begon in juli 2014 heeft de barslechte politieke en economische toestand in de toekomstige Palestijnse staat nog verergerd.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Ter herinnering: in juni 2014 werden drie Israëlische jongeren omgebracht, vermoedelijk door aanhangers van een Hamas-cel. Kort daarop werd een Palestijnse jongeman door Israëlische jongeren ontvoerd, gefolterd en levend verbrand. In beide moorden hebben de Israëlische veiligheidsdensten verdachten aangehouden. Over het verloop van hun berechting werd tot nog toe niets bekendgemaakt.

Dovemansoren

Meer was er niet nodig om een nieuwe Intifada, de derde sinds 2000, te ontketenen: in de loop van de volgende vijfenvijftig dagen schoot Hamas 4500 raketten op Israël af. De meeste van deze raketten werden onderschept door Patriot – afweerraketten en, waar ze toch neervielen, maakten ze weinig slachtoffers of veroorzaakten ze geringe schade. Maar zij zorgden wel voor een wekenlange angstpsychose onder de Israëlische bevolking. Het Israëlische leger daarentegen, met de operatie Protective Edge begonnen op 8 juli 2014, beschoot de hele Intifada door, op een methodische wijze scholen, hospitalen, culturele en sociale centra, fabrieken, handelszaken, woonwijken, een electriciteitscentrale en legde de helft van Gaza plat. Méér dan 2200 Palestijnen lieten daarbij het leven, 400 000 trachtten een veiliger onderkomen elders in Gaza te vinden. Een exodus, richting Europa, al enige tijd merkbaar, geraakte daardoor in een hogere versnelling. Aan Israëlische zijde telde men vierenzeventig dodelijke slachtoffers, waaronder zeven burgers getroffen door Hamas -raketten in Zuid-Israël en zevenenzestig Israëlische militairen die met de raid en de incursie in Gaza het leven verloren. De internationale gemeenschap, met de Verenigde Naties (VN) op kop, reageerde fel maar enkel met papieren protesten, die allemaal weggewuifd werden door de Iraëlische premier Benjamin Netanyahu. De traditionele Israëlische bondgenoot, de Verenigde Staten (VS), zette aan tot gematigdheid en verweet Israël de disproportionaliteit van de militaire raid in Gaza maar dat viel eveneens in dovemansoren in Tel Aviv.

Spanning

Vredesbesprekingen, gesponsord door Egypte, gingen met vertraging en moeilijk in Caïro van start met aan de tafel VN-onderhandelaars samen met Egypische, Amerikaanse, Israëlische en Fatah-afgevaardigden, waarbij Hamas, de door Israël gebrandmerkte aanstoker van de oorlog, enkel indirect vertegenwoordigd was en alleen via de Palestijnse Autoriteit (PA) onder leiding van Mahmoud Abbas inspraak op de conferentie had. De besprekingen verliepen met vallen en opstaan, met dreigend mislukken omwille van het soms hervatten van de beschietingen door Hamas beantwoord met tegenoffensieven van Israël. Toch kwam men op 5 augustus 2014 tot conclusies: naast een feitelijke wapenstilstand tussen de oorlogvoerende partijen, het terugtrekken van Israëlische troepen uit Gaza, het opheffen van de blokkade van de enclave, het vrijlaten van gevangenen, het instellen in Gaza van de PA-autoriteit boven deze van Hamas, beloofde de internationale gemeenschap een enveloppe van $ 5,4 miljard voor de reconstructie van Gaza. Twee maanden nadien was slechts twee procent van deze hulp opgehaald. Vooral de Arabische landen maken voorlopig gedane beloften niet waar. Andere potentiële donorlanden weifelen en vragen zich af in hoeverre een derde dure heropbouwoperatie op rij zin heeft in de wetenschap dat bij een volgende opstand Gaza opnieuw tot een puinhoop zal worden herleid. Spoedig liep de spanning opnieuw op: Palestijnen brachten in volle daglicht een aantal Israëliers om, een synagoge werd aangevallen. Israël riposteerde scherp met het neerschieten van enkele Palestijnse jongeren, het vernielen van de woningen van de opgepakte of neergeschoten verdachten van deze aanslagen, het toelaten dat Israëliërs op de Tempelberg aan de al Aqsa – moskee gebedsstonden zouden mogen houden, in weerwil van het Islamitisch karakter van het gebedsoord. Jordanië, de behoeder van deze gebedsplaats, reageerde hiertegen met succes en de toelating werd snel ingetrokken.

Erkenning

Internationaal beweegt er toch wat in het voordeel van de Palestijnen. Zo erkennen de parlementen van een aantal West-Europese landen waaronder Spanje, Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Ierland en Luxemburg kort na mekaar formeel de Palestijnse staat. Zijn leider, Mahmout Abbas, ondertekende begin januari 2015, na het afwijzen door de VN-Veiligheidsraad van een formele Arabische resolutie waarbij Israël over ten hoogste twee jaar de West – bank en Gaza zou moeten ontruimen, documenten om het lidmaatschap van het Internationale Strafhof in Den Haag te bekomen. In 2012 was Palestinië al lid geworden van UNESCO. Beide stappen hebben tot hevig protest van Israël geleid en ook van de VS, zijn traditionele bondgenoot.

 

De auteur is oud-ambassadeur.

(c) Reporters

Commentaren en reacties