Geen communisten in de kamer sedert 1950?
Knack.be schreef gisteren dat er sedert Julien Lahaut geen communisten meer in de kamer zetelden. Dat kon onze chef politiek niet onbeantwoord laten.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnement‘Komen er in 2014 voor het eerst sinds wijlen Julien Lahaut (de in 1950 vermoorde leider van de Communistische Partij van België, nvdr) opnieuw communisten in het federaal parlement? “Er zullen dan in ieder geval opnieuw consequent linkse politici in het parlement zitten”, antwoordt Mertens. “En éénmaal we in het parlement zitten, kunnen we als partij doorgroeien.”’
Dat lazen we gisteren bij knack.be in het verslag van ManiFiesta, het feest van de Partij van de Arbeid. Die rekent in 2014 op vier verkozenen, twee in de kamer, één in het Vlaamse en één in het Waalse parlement.
Vertel Doorbraak iets over Julien Lahaut, wij zijn er zowat in gespecialiseerd. Voor wie er belang in stelt: klikken maar. Maar onze belangstelling voor communisten beperkt zich niet tot Lahaut en dus rezen onze haren meteen ten berge bij het lezen van die enormiteit bij onze goede vrienden van Knack.
De métallurgist uit Seraing Julien Lahaut werd in 1932 voor het eerst verkozen als communistisch kamerlid voor Luik en voor het laatst in 1950. Enkele maanden later legden enkele politieke kogels hem definitief neer in zijn woning. In dat jaar 1950 zaten er in de kamer overigens naast Lahaut nog zes andere communisten en telde die partij ook drie senatoren.
Georges Glineur uit Charleroi maakte ook deel uit van de fractie van de KPB/PCB. Glineur, een Waalse regionalist, verklaarde later dat hij en niet Lahaut bij de eedaflegging van Boudewijn als eerste ‘Vive la République’ riep. Glineur bleef – met twee onderbrekingen – kamerlid tot 1981. Jawel, tot 1981, u leest het goed. Hij was evenwel niet de enige communist die na 1950 nog zetelde in het parlement.
In 1954 waren ze met vier kamerleden en twee senatoren, in 1958 twee en één, 1961 bracht een heropflakkering met vijf en één, nog versterkt in 1965 tot zes kamer en drie senaat. In 1968 geen kamerleden, in 1971 vijf in kamer en één in senaat, in 1974 twee (kamer) en één (senaat). In 1977 weer niks, in 1978 vier in kamer en één senator, in 1981 twee in de kamer en één senator. En toen was de parlementaire kous van de Belgische communisten af. Voila, en omdat we Knack hier behoorlijk wijsneuzerig rechtzetten is de zoektocht naar foutjes in bovenstaand lijstje voor de echt slechte karakters geopend.
Na 1950 zaten mensen als Marc Drumaux (Bergen, gestorven, als partijvoorzitter, in 1972), Noëlla Dinant (tot 1981), Ernest Burnelle (Luik, tot 1968 het jaar dat hij, ook als zetelend voorzitter, overleed) en natuurlijk Louis Van Geyt, de laatste partijvoorzitter en kamerlid van 1971 tot 1981. In 1981 behaalden twee communisten voor het laatst een kamerzetel en de eeuwige Louis Van Geyt was er door het rotte spel van de apparentering toch wel niet bij zeker. Ene Jacques Nagels haalde de buit binnen in Nijvel. Twee jaar later werd die opgevolgd door Didier Bajura die samen met Daniël Fedrigo (Hoei-Borgworm) de communistische kamerlichten mocht uitknippen in 1985.
Over die Jacques Nagels is trouwens nog iets plezant te vertellen. Dat is dan voor ergens volgende week.
Als de PVDA in 2014 kamerzetels haalt, dan zijn dat de eerste communistische verkozenen sedert 1985 en niet sedert 1950. Zeg dat Doorbraak het gezegd heeft.
Lukt het de PVDA om er één in Antwerpen te winnen, dan is dat wel de eerste in die provincie sedert 1949. Toen kwam er nog één van de twaalf kamerleden van de KPB/PCB uit Antwerpen. De twee communistische Oost-Vlamingen die in 1946 nog tot de kamer konden doordringen, werden er drie jaar later door de kiezer uitgekegeld. Het communistische parlementaire verhaal was sedertdien uitsluitend een Waalse zaak met Louis Van Geyt als uitzondering die de regel bevestigde. Van Geyt werd in Antwerpen geboren, altijd in Brussel verkozen en stelde zich in de kamer consequent tweetalig op.
En het is tenslotte zondag voor iedereen. Wie was dat laatste Vlaamse communistische kamerlid? Aan u om het op te zoeken.
<Vindt u dit artikel informatief? Misschien is het dan ook een goed idee om ons te steunen. Klik hier.>
Categorieën |
---|
Peter De Roover was achtereenvolgens algemeen voorzitter en politiek secreteris van de Vlaamse Volksbeweging , chef politiek van Doorbraak en nu fractievoorzitter voor de N-VA in de Kamer.
Peter De Roover verantwoordt de keuze van de N-VA om in Vlaanderen een Zweedse coalitie op de been te helpen, zonder het Vlaams Belang.
Evolueren we naar een politiek model zoals in een communistische eenpartijstaat? Ontdek het in ‘Ondernemen in Achterland 1.0’.