Geen ‘lange tenen’ maar ‘bange tenen’
Michael Freilich
foto ©
‘Carnaval heeft te maken met het uitvergroten van stereotypen, hier gaat het om het instandhouden van historisch pijnlijke clichés en leugens,’ schrijft Michael Freilich (N-VA) die pleit voor dialoog en de Aalstenaars niet wegzet als antisemieten.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHoewel ik me had voorgenomen om deze week tijd te maken voor zon, strand en mijn gezin besliste de actualiteit daar enigszins anders over. Naar aanleiding van de gebeurtenissen tijdens het carnaval in Aalst werd ik de voorbije dagen meermaals gecontacteerd met de vraag om een reactie. In mijn vorige rol bij Joods Actueelhad ik dit wellicht ook gedaan. Als hoofdredacteur is het zaak om snel te communiceren en kort op de bal te spelen. Als je daar ‘en cours de route’ wat brokken maakt is dat minder erg, de aandacht trekken is wat telt in onze hypergemediatiseerde wereld.
Maar bloed kruipt waar het niet gaan kan, en zelfs vanuit mijn vakantieverblijf in Spanje voelde ik aan dat één en ander dreigde te escaleren. Graag wil ik dan ook mijn opinie verder toelichten en nuanceren. Dit als reactie op mensen die mij ‘bochtenwerk’ verwijten, of erger nog verdenken een ‘metamorfose’ te hebben ondergaan, (Claude Marinower, Terzake, 6 maart 2019). Dat is enkel een onheuse en spijtige poging om de kwestie partijpolitiek te recupereren.
Daarom deze opinietekst. Vandaag ben ik geen woordvoerder of hoofdredacteur van Joods Actueelmeer. Mijn functie en manier van communiceren zijn misschien veranderd, maar mijn inzet en doorzettingsvermogen zijn dat zeker niet. Een politicus moet voorzichtig omspringen met zijn communicatie. Zijn doel is verbinden, antwoorden bieden en oplossingen vinden.
Schokgolf
Sta me toe om te wijzen op de gevoeligheden binnen de Joodse gemeenschap waar de beelden van de praalwagen de voorbije dagen voor heel wat commotie zorgden en een schokgolf van verontwaardiging teweegbrachten. De afgebeelde poppen leken zo uit Der Stürmer gekopieerd. Dat was een krant die in 1923, door een zekere Julius Streicher werd opgericht. Het motto van de krant luidde ‘Die Juden sind unser Unglück!’en bevatte ook antisemitische cartoons. In de krant De Standaard verscheen overigens ook een foto van een carnavalsstoet in Keulen (1939) met daarop afbeeldingen die als twee druppels water gelijken op die in Aalst.
Hans Knoop (Forum Joodse Organisaties) reageerde verontwaardigd in Terzakemaar stelt dat je niet in de ziel kan kijken van de makers, dus dat er niet meteen sprake ‘hoeft’ te zijn van kwaadwillig antisemitisme. Ook ik verdenk de Aalstenaars noch hun burgemeester er niet van antisemieten te zijn. Maar een duidelijk signaal van begrip voor de verontwaardiging, zonder steeds te verwijzen naar de traditie van het carnaval, zou meer dan welkom zijn.
In een context waarbij we de recente maanden zowel in Frankrijk als in Engeland diverse opstoten van antisemitisme hebben vastgesteld – uit de Britse socialistische partij namen zelfs acht parlementsleden ontslag om die reden – mag men de Joodse gemeenschap niet kwalijk nemen dat die met afschuw reageert wanneer zij wordt herinnerd aan pijnlijke gebeurtenissen.
Raadsel
Waarom de Joodse gemeenschap precies aanstoot neemt aan die beelden blijkt overigens voor heel wat Vlamingen een raadsel. Een eerste begrijpelijke reflex is er één van ‘dit is carnaval, alles mag en iedereen wordt op dezelfde manier door de mangel gehaald’. Hoewel niemand expliciet pleit voor ‘censuur’, zou men in een samenleving waar men de ander kent en begrijpt, beter niet zo lichtzinnig omspringen met dergelijke thema’s. Het Joodse volk weet als geen ander wat stigmatisering, demonisering en vervolging is. Van de middeleeuwen en de Spaanse inquisitie tot de Russische pogroms en Hitler en zijn nazi’s, steeds weer werden Joden eerst beledigd, gedemoniseerd en nadien vervolgd en vermoord.
‘Bange tenen’
Het waren door de eeuwen heen steeds dezelfde stereotypen die tegen de Joodse gemeenschap werden gebruikt. Stereotypen van rijke Joden die je niet kan vertrouwen, die enkel op geld belust zijn of Joden die worden afgebeeld als onsmakelijke sujetten met haakneuzen. Carnaval heeft te maken met het uitvergroten van stereotypen, hier gaat het niet om uitvergroting maar om het instandhouden van historisch pijnlijke clichés en leugens. Karikaturen van een pedofiele priester of de parachutemoordenares, die zijn allemaal gebaseerd op ware gebeurtenissen. Joden die vals zijn en enkel op geld uit zijn, dat zijn hardnekkige clichés die sommigen misschien geloven, in stand willen houden onder het mom van humor, maar die bovenal pertinent onwaar zijn.
Trouwens, nog een belangrijk verschil met de andere onderwerpen van Aalsterse spot zit natuurlijk in het gegeven dat geen énkel volk in onze geschiedenis massaal zo werd vervolgd, vanuit een breed verspreid aanwezig antisemitisme, dat uiteindelijke aanleiding gaf tot Jodenvervolging en resulteerde in de Shoa.
DNA
Toch verrast het niet dat de afkeurende reacties op onbegrip stoten bij veel Vlamingen. Men voelt dat aan als een zoveelste inperking of kritiek op onze tradities en gebruiken. Vanuit deze achtergrond kan een verklaring gevonden worden voor de, naar mijn aanvoelen, foute overtuiging dat de Joodse gemeenschap ‘lange tenen’ heeft of overgevoelig reageert, want ook dat lijkt me een hardnekkig vooroordeel dat dringend uit de wereld moet worden geholpen. Iemand verwoordde het eens als volgt tegen mij: ‘wij hebben geen lange tenen, wij hebben bange tenen’. Dat is de crux van het verhaal: het gaat hier niet over een verkrampte gemeenschap die geen begrip toont voor humor, maar wel om mensen die een zware last meetorsen en tot in het diepste van hun ziel bang en bevreesd zijn voor wat er kan gebeuren als de zaken ontsporen.
Ook iemand als Johan Sanctorum, die al jaren worstelt met vooroordelen tegenover Joden, omwille van zijn rabiate haat tegen Israël blijft in hetzelfde bedje ziek, wanneer hij de reactie van Christophe D`haese becommentarieert: ‘Dat is moedig en sympathiek, benieuwd hoe ze daarover op het N-VA-hoofdkwartier denken, waar antisemietenjager Michaël Freilich een erezitje kreeg. Voor Freilich is elke jodenmop er een te veel, behalve als ze uit de mond van een jood komt.’ (Doorbraak 6 maart). Sanctorums lang sluimerende maar onverhulde insinuaties dat Joden zich superieur zouden voelen creëren mee het beeld van de Joodse lange tenen. De realiteit is simpel: zoals bij alle bevolkingsgroepen is humor vooral een individuele karaktereigenschap. Bij Vlamingen en dus ook bij Joden.
Het is mij ook niet ontgaan dat de voorbije jaren, veelal vanuit (links) politiek correcte hoek, diverse onderdelen van de Vlaamse cultuur onder vuur werden genomen. Denk maar aan de discussie rond Zwarte Piet en de zogenaamd racistische oorsprong van dit personage. Ook toen de hoofdredacteur van een gekend Vlaams magazine schreef over de Vlamingen, dat racisme deel zou uitmaken van hun DNA, was ik net als velen verontwaardigd over zoveel gebrek aan ernst. Evenzeer mogen we door deze heisa de échte bronnen van Jodenhaat en antisemitisme in onze samenleving niet uit het oog verliezen.
Dialoog
Veel diametraler dan vandaag kunnen de Joodse gemeenschap en de Vlaamse carnavalisten niet tegenover elkaar staan. Toch ben ik ervan overtuigd dat er zowel bij de Aalstenaars als de Joodse gemeenschap mensen van goede wil zijn die de schijnbaar tegenstrijdige belangen dichter bij elkaar willen brengen.
Zoals ik bij aanvang al schreef: vandaag ben ik geen hoofdredacteur meer maar politicus. In mijn huidige positie is de tijd nemen om in de luwte te werken aan oplossingen dus te verkiezen boven snel en luid communiceren. Het tegenovergestelde van mijn rol als hoofdredacteur. Van één zaak kan u wel op aan, mijn maatschappelijke rol en manier van werken zijn dan wel veranderd, maar het einddoel is dat zeker niet. Mensen verbinden en problemen aanpakken. Dat blijft mijn engagement en gedrevenheid, daarom heb ik de stap naar de politiek gezet. Om die reden heb ik ook contact gelegd met de burgemeester van Aalst met de boodschap dat ik steeds bereid ben om een dialoog op te starten. Daarvoor hebben we, met alle respect uiteraard, Unia écht niet nodig.
Categorieën |
---|
Michael Freilich is oud-hoofdredacteur van 'Joods Actueel' en kandidaat-Kamerlid voor N-VA in Antwerpen.
Jonah Penninck (CD&V): ‘De waarden van Kerstmis kunnen nooit helemaal verdwijnen.’
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.