Traditioneel begint het filmseizoen met het Filmfestival van Venetië begin september. Enkele blockbusters – na COVID, de sluiting van de bioscopen en de opkomst van de streamingdiensten – hebben opnieuw wat volk naar de bioscopen weten te lokken, toch is nog maar 70 % van de toeschouwers terug.
Oscarwaardig?
Vooral de toeschouwers die geïnteresseerd zijn in de betere film hebben blijkbaar de weg terug naar de bioscoop nog niet gevonden. Net die films die filmfestivals zoals Cannes, Berlijn en Venetië willen lanceren. Daar dienen deze manifestaties trouwens voor.
La Mostra Internazionale d’Arte Cinematografica zoals het Filmfestival van Venetië officieel heet, is al 90 jaar oud maar is om allerlei redenen nog maar (!) aan de 79ste editie toe. Het is hoe dan ook het oudste filmfestival.
Stilaan dreigt het evenwel Cannes te gaan overvleugelen qua aanbod en doortocht van filmsterren. Daar is de jongste jaren nog een fenomeen extra bijgekomen. De septembermaand lijkt namelijk ook het ideale begin voor de Oscarcampagne. En die race lijkt al ruim 10 jaar te starten in Venetië op het festival. Voor films zoals Birdman, La La Land, Gravity, Roma, Joker en The Power of the Dog is de race naar de Oscars in het Noord-Italiaanse Venetië begonnen. Dit jaar werd er al bijvoorbeeld hardop gespeculeerd of de glansprestatie van acteur Brendan Fraser in The Whale al dan niet Oscarwaardig zou zijn. En wat de actrices betreft: Cate Blanchett – te zien als fictieve, wereldvermaarde maar ernstig getroebleerde dirigent Lydia Tar in het psychodrama Tar van Todd Field.
Bardo
Alvast een film die je in de bioscoop zal moeten zien is Bardo van de Mexicaanse cineast Alejandro Gonzalez Inarritu. Een semi-autobiografisch, hilarisch portret van een journalist en maker van documentaires die na 15 jaar in de VS te hebben gewoond en gewerkt naar zijn geboorteland Mexico terugkeert.
Alleen al de beginscene – een schaduw stapt, rent en vliegt over de Mexicaanse woestijn – is eentje om in te kaderen en kan alleen maar ontsproten zijn uit het brein van een inventieve beeldenstormer. Af en toe doet de film zelfs Felliniaans aan – de verbeelding haalt het van de realiteit. Terwijl het hoofdpersonage dat maar al te graag Amerikaan wil zijn zoals zijn kinderen maar in feite nog altijd vooral Mexicaan is, in een impasse/black out verzeilt, doet denken aan Marcello Mastroianni in Otto e mezzo van Federico Fellini.
Moby Dick
Visueel totaal het tegenovergestelde maar minstens even amusant/aangrijpend is The Whale van Daren Arinofsky. Een Kammerspiel – we komen de leefkamer niet uit van een 270 kilo wegende online-docent literatuur die zich doodschaamt voor zijn overgewicht. Uiterlijk lijkt hij een immobiel monster maar hij is de vertederende, luistergrage goedheid zelve zo ongeveer. Achtereenvolgens komen langs: zijn huishoudhulp Liz, een jonge missionaris van New Life, zijn allerminst op haar mond gevallen dochter van 17 lentes en zijn ex. Charlie heeft tien jaar geleden zijn gezin in de steek gelaten voor een man.
En terwijl een thesis over Moby Dick de sleutel is tot de film worden er ook rake dingen gezegd over religie en over poëzie. The Whale is een uitstekend exponent van het oeuvre van Arinofsky die zijn hoofdpersonages zichzelf telkens fysiek naar de knoppen helpen voor een obsessie. Charlie is zich letterlijk gaan doodvreten nadat zijn grote liefde was gestorven.