Immocratie, de Belgische ziekte
Zolang er geen integriteitsshift komt zijn onze steden en gemeenten immocratieën
In elk van onze 581 Belgische gemeenten zijn etentjes, uitstapjes en tickets tot sportwedstrijden of cultuurevenementen van vastgoedmakelaars en bouwpromotoren immers een courante praktijk.
foto © Unsplash / Antenna
De baksteen in de maag van de Belg resulteert in een immocratie op lokaal niveau. Worden vipgebeurens voor politici en ambtenaren verboden?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementToen ik begin deze eeuw in een artikel de term immocratie lanceerde, keek niemand op. Iedereen kende de houdgreep van de vastgoedwereld op de lokale politiek. Niemand greep in. Het werd beschouwd als een onhebbelijk neveneffect van de lokale politiek, meer niet.
Veroordeeld voor etentjes
In De Tijd van woensdag 16 juni 2021 las ik: ‘Belastingcontroleur terecht ontslagen voor aanvaarden van etentjes’. Het betrof een belastinginspecteur uit Oostende. Deze was in 2012 en 2013 gaan tafelen in een duur restaurant met de toenmalige voorzitter van voetbalclub K.V. Oostende. En bij een andere gelegenheid met de toenmalige hoofdsponsor van KVO Bart Versluys. In 2017 kreeg de man voor de feiten in een strafrechtelijke procedure opschorting van straf. Toch werd hij door de overheid ontslagen. De ambtenaar vocht zijn ontslag aan bij de Raad van State. Deze verwierp echter zijn beroep en liet weten dat er geen wanverhouding was tussen de tuchtstraf en de fout.
Ik fronste toch wel even de wenkbrauwen bij het lezen van het artikel. Want uit het vonnis in eerste aanleg bleek dat KVO noch Versluys enig belastingvoordeel uit het etentje puurden. Er werd tijdens de etentjes kennelijk enkel over voetbal gepraat. Goed, ik ben niet zo naïef om dat laatste te geloven, maar ik kan mij niet van de gedachte ontdoen dat de klacht er kwam net omdat de bovenvermelde bedrijven er geen voordeel uit haalden. Het signaal aan ambtenaren en politici is aldus: als je een duur etentje van ons aanvaardt en je danst vervolgens niet naar onze pijpen, dan praten we je aan de galg. De minister van Financiën met het ontslag en de Raad van State met de bevestiging van het ontslag lijken hier in de feiten deze ogenschijnlijke chantage te faciliteren.
In mijn artikel uit 2017 ‘Het verdriet van het schoon verdiep’ zet ik naar aanleiding van de commotie rond een immofeestje in Het Fornuis uiteen welke etentjes aanvaardbaar zijn voor politici en ambtenaren. En welke regels en gedragspatronen ze best hanteren. Deze recente uitspraak bevestigt dit deels. Ze haalt evenwel ook enkele stellingen ervan onderuit. Want wat conform deze uitspraak voor ambtenaren geldt, moet ipso facto ook voor politici gelden.
De vipcultuur van smeren en verteren
Het gerecht zit naar aanleiding van bovenvermelde uitspraak met een titanenopdracht. In elk van onze 581 Belgische gemeenten zijn etentjes, uitstapjes en tickets tot sportwedstrijden of cultuurevenementen van vastgoedmakelaars en bouwpromotoren immers een courante praktijk. In de stad waar de belastingambtenaar werd ontslagen, zien we op de thuiswedstrijden van de sportbedrijven Basketbalclub Oostende en Koninklijke Voetbalclub Oostende telkens tientallen ambtenaren, burgemeesters en schepenen voorname zitplaatsen bezetten en/of aanschuiven aan rijkgevulde dissen van vastgoedtycoons en projectontwikkelaars. Na de wedstrijd volgt nog een gratis zuippartij. En af en toe eindigt dit alles in een huisje van plezier, waar op lijfelijke deugden getrakteerd wordt.
Uiteraard geldt dit voor de wedstrijden en vipgebeurens van alle sportbedrijven en ook sommige grote cultuurevenementen. De dag daarna moeten diezelfde ambtenaren en politici bouwvergunningen, aanbestedingen of subsidies van deze vastgoedmagnaten zonder bias beoordelen. Kan dit wel nog? Niet als ik bovenstaande uitspraak van de Raad van State volg. Dan kan ik niet anders dan besluiten dat dergelijke braspartijen wettelijk niet door de beugel kunnen. Zelfs al leveren ze nadien geen gunstiger beslissing van de ambtenaar of politicus in kwestie op.
Het gaat vaak ook nog een stuk verder. Zo beschikken vele vastgoedmagnaten over jachtterreinen, luxueuze villa’s en zelfs hotels in binnen- en buitenland waar verrassend veel decisionmakers op vakantie gaan. Zo is het een publiek geheim dat Paul Gheysens (Ghelamco) op zijn kastelen met jachtterrein in Polen en Frankrijk regelmatig gasten ontvangt. In het mondaine skigebied Courchevel worden in Pauls villa’s en in zijn hotel Pommes de pin menige skilat geolied. Het zal wellicht toeval zijn dat je in juli en augustus langs de Franse Riviéra verassend veel politici en hoge ambtenaren tegen het lijf loopt. Die ‘huren’ daar dan een luxueuze villa met zwembad van een of andere bouwmagnaat.
Immomandatarissen
Maar voor sommige politici of ambtenaren is dat nog niet voldoende. Ze gaan verder, en worden zelf bouwheer of investeren in bouwbedrijven. In mijn artikel ‘Na de panoreportage ontwaakt Middelkerke in een immocratie’ schets ik hoe voormalig Middelkerks burgemeester, Michel Landuyt (Open Vld), zelf bouwheer en vastgoedmakelaar werd enkele jaren nadat hij de tricolore sjerp omgorde. Erger nog. Het gros van zijn activiteiten ontwikkelde hij in Middelkerke. Alsof de 580 overige Belgische gemeenten niet voldoende mogelijkheden boden.
Recent is ook het geval bekend van Blankenbergse schepen Jurgen Content (Vooruit). Eind 2018, net voor hij schepen werd van Ruimtelijke Ordening, richtte Content samen met bouwtycoon Summa en vastgoedintermediair Gilbert Deley het bouwbedrijf ‘Intercity Renewal’ op. Omdat het niet bij eerste oogopslag zichtbaar zou zijn, stapte hij in dit bedrijf via zijn 10 maanden eerder opgerichte gewone commanditaire vennootschap LuCo. Een bedrijfje dat hij samen met zijn vrouw en de daarnet genoemde vastgoedintermediair boven de doopvont hield.
Particratie vs. rechtvaardigheid
Wanneer vastgoedmakelaars of bouwheren burgemeester of schepen worden, is het ook vaak precair. Zo blijken enkele lokale projecten van immobiliënmakelaar, projectontwikkelaar en burgemeester van Oudenburg, Anthony Dumarey (Open Vld), te getuigen van een verrassend commercieel lucratieve visie op het vlak van ruimtelijke ordening.
Een kleine maand geleden kwam een duistere praktijk aan het licht in Koekelare. Immobiliënmakelaar, projectontwikkelaar en schepen Jan Lievens (Open Vld) doorbrak er het geheim van het schepencollege voor eigen commercieel gewin. Naar verluidt erkent hij zijn fout en loopt er een klacht bij de minister van Binnenlands Bestuur. Benieuwd of Bart Somers dergelijke integriteitsbreuk van een partijgenoot zal afstraffen of dat de particratie zal prevaleren op de rechtvaardigheid.
Ook het dossier rond de vermoedelijk vermenging van belangen aangaande een omvangrijk vastgoedproject te Sint-Gillis-Waas (zie artikel ‘Sint Helena is geen heilig project’) loopt nog steeds. Dat is op zich reeds een teken aan de wand.
De smeerconstructies
Steeds vaker gebeurt het oliën via officiële weg. Politici en ambtenaren factureren dan via hun bedrijf of een speciaal daartoe opgericht consultancybedrijfje aan één van de vele bouwbedrijfjes of tijdelijke handelsvennootschappen in een stad of gemeente aan de andere kant van het land. Het is opmerkelijk hoeveel politici met een advocatenpraktijk een plotse stijging van juridische adviezen aan bouwbedrijven en vastgoedprojecten kennen van zodra ze schepen of burgemeester worden. Zo is er het verhaal van Johan Vande Lanotte die als professor recht een juridisch adviesbureau ‘Ghent Public Law’ oprichtte en gedurende vijf jaar maar één klant had waaraan hij juridisch adviezen verleende.
Tegenwoordig gebeurt het ook vaker via vastgoedintermediairs. Zo blijven de bouwmagnaten, de politici en de ambtenaren op het eerste gezicht buiten schot. Deze tussenpersonen hebben dan vaak bedrijfjes in het buitenland. Van daaruit zetten ze carrousels op. Of ze wassen via buitenlandse constructies met vastgoed- of antiektransacties het geld wit en laten het dan terugvloeien. Er is mij ook een constructie gekend van twee ambtenaren ruimtelijk ordening van steden 100 kilometer van elkaar verwijderd. Zij factureren ‘adviezen’ in elkaars stad aan aangeduide bedrijven voor specifieke projecten. Vervolgens bekijken beide ambtenaren periodiek of de gefactureerde ‘adviezen’ een financieel evenwicht vertonen. Het perverse aan al deze systemen is dat de fiscus en bijgevolg de overheid — via de btw en belastingen — een deel van de winst van deze ongure praktijken mee opstrijken.
De achterpoortjes van het regelbos
Hoe kan dit allemaal en hoe geraken ze er mee weg, hoor ik je denken. Er zijn toch vele wetten en er zijn toch controleorganen? Wat de wetten betreft werkt de overregulering in twee richtingen. In het regelbos vind je altijd wel een stok om mee te slaan, maar evenzeer een struik om je achter te verschuilen. Een van de veel gebruikte achterpoortjes is het containerbegrip ‘beleidsmatig gewenste ontwikkelingen’. Hoewel de decreetgever het niet zo bedoelde wordt deze figuur meer en meer misbruikt als alternatief ‘ordeningsinstrument’. Lees: ik doe als bestuur of administratie wat ik wil.
Zonder pakkans geen integriteitsshift
In mijn artikel ‘Corruptie Reynders? Beste dames en heren partijvoorzitters, het momentum ligt bij jullie.’ uit 2019 beschrijf ik de verschillende controleorganen en hun tekortkomingen. Ik hoor onze minister van Justitie Vincent Van Quickenborne over verkeersboetes en andere dossiers zeggen dat je de pakkans moet verhogen en zware straffen moet opleggen om tot een mentaliteitswijziging te komen. Maar voor de controle op de integriteit van politici hoor ik geen budgetverhogingen of honderden extra man personeel. Ik lees niets over strengere straffen voor politici die over de schreef gaan. Tja, politici bepalen nu eenmaal zelf de hoeveelheid en de efficiëntie van hun integriteitscontroles. Mochten de wielrenners zelf mogen beslissen hoeveel dopingbestrijders er aangesteld worden en hoeveel financiële middelen deze ter beschikking krijgen, dan zou het Wereldantidopingagentschap (WADA) een kleine instelling zijn met een minuscuul budget.
Om de Belgische ziekte immocratie te genezen bestaat een vaccin. Het is een cocktail van meer controles, strengere straffen en een integriteitsshift. Zolang de politiek dit vaccin niet bestelt, blijven we leven in een immocratie.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Ignace Vandewalle (1966) was kabinetsmedewerker van minister Marc Verwilghen en staatssecretaris Vincent Van Quickenborne, parlementair medewerker van Boudewijn Bouckaert en sinds 2019 partij-onafhankelijk parlementair medewerker van Jean-Marie Dedecker. Sinds 2014 is hij zaakvoerder van het onafhankelijk politiek adviesbureau BFELT.
Ignace Vandewalle: ‘Voetbal zet het meest aan tot weddenschappen en piekt tijdens kampioenschappen. Zorgelijk is dat vooral jongeren via illegale websites spelen.’
In de nieuwe versie van Emmanuelle gaat een vrouw op zoek naar ultieme seksuele voldoening.