Islam en christendom: 2 maten, 2 gewichten
Het verschil tussen een oude jas en een blinkend pantser
foto © Reporters
Er is geen enkele reden waarom u even streng zou moeten voor het christendom als voor de islam. De twee verschillen als dag en nacht.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementKonden kranten maar praten met elkaar. Hoe vaak gebeurt het niet dat een opiniestuk in de ene krant op dezelfde dag uitstekend beantwoord wordt door een opiniestuk in een andere krant? Vorige week was het weer zover. Op woensdag 16 mei werd een opiniestuk van Walter Pauli in Knack schitterend weerlegd door een tekst van Bart De Wever in De Tijd.
Walter Pauli wond zich in zijn column Café Treurenberg behoorlijk op over Wim kardinaal Eijk. De aartsbisschop van Utrecht heeft in Nederland voor opschudding gezorgd door heel duidelijke standpunten in te nemen tégen toenadering tot andersgelovigen en andersgeaarden. Voor Pauli de aanleiding om een klaagzang af te steken over de hypocrisie van rechts, dat imams kapittelt en een oogje dichtknijpt voor “de foute tradities en opvattingen uit de christelijke cultuur“.
De Tijd publiceerde diezelfde dag een ingekorte versie van de toespraak die Bart De Wever uitsprak bij het aanvaarden van de Edmund Burke Award voor verdienstelijke conservatieven. De N-VA-voorzitter had het onder meer over de erfenis van het christendom in Europa. Hij gaf daarbij onbedoeld een antwoord op de oprisping van Walter Pauli: “Voor weinig Europese christenen bepaalt religie hun dagelijkse handelen of staat hun god boven de wet. Als die er zijn, zijn ze de laatsten van het verleden, niet de eersten van de toekomst“.
“Wees consequent!”
Het opiniestuk van Pauli zal geen prijzen winnen voor originaliteit. Al jaren worden alle islamcritici voor hypocrieten versleten, omdat ze milder zouden zijn voor het christendom. Gaat het over hoofddoeken aan het loket, dan krijg je kerststalletjes aan het gemeentehuis op je bord. Komt Islamitische Staat ter sprake, dan komen ze met de kruistochten aanzetten. Wil je iets zeggen over de boerka, dan moet het plots over begijntjes gaan.
Er zijn grosso modo 2 groepen die de islam op één hoopje willen vegen met het christendom. Ten eerste zijn er de naïeve kosmopolieten die gewoon geen kwaad woord willen horen over moslims. Zij proberen islamcritici de mond te snoeren en gokken dat veel mensen nog te gehecht zijn aan onze joods-christelijke erfenis. Ten tweede zijn er de rabiate vrijzinnigen, die verder willen afrekenen met de restanten van het christendom. Zij grijpen de bezorgdheid rond de islam aan om ook het christendom te treffen.
De strategie is buitengewoon succesvol geweest. Veel islamcritici zijn nu doodsbenauwd om het verwijt van 2 maten en 2 gewichten te krijgen. Ze hebben zich laten intimideren en spreken nu netjes over “een verbod op levensbeschouwelijke symbolen” als ze een hoofddoekenverbod bedoelen en over “religie” als ze islam bedoelen. Alsof het allemaal hetzelfde is. Alsof we een buitenlandse cultuur alleen maar mogen aanvallen, als we eerst onze eigen cultuur afvallen.
De oude jas en het pantser
Het is pure dwaasheid om islam en christendom over dezelfde kam te scheren. “Rechtlijnigheid” wordt in dit hele debat voorgesteld als een hoog goed, maar het is eigenlijk een zwaktebod. Blind consequent zijn is alleen voor mensen die de gave des onderscheids nooit ontvangen hebben. Wat ongelijk is, moet niet gelijk behandeld worden – en de verschillen tussen christendom en islam zijn talrijker én belangrijker dan de overeenkomsten.
De gelijkenissen tussen christendom en islam zijn eigenlijk oppervlakkig. Het zijn allebei monotheïstische godsdiensten, die een Abrahamitische verwantschap delen. Het godsbeeld, de verhouding tot de heilige teksten, de religieuze voorschriften en de evolutie van de twee godsdiensten verschillen evenwel als water en vuur. Jezus en Mohammed zijn elkaars tegenpool. Anno 2018, in Vlaanderen, moet je wel van heel slechte wil zijn om nog altijd te doen alsof het allemaal hetzelfde is.
Het Europese christendom is als een oude jas. Een erfstuk, overgedragen van generatie op generatie. We trekken de jas nog maar zelden aan, alleen bij speciale gelegenheden: het oude ding past ons niet meer goed, maar zit soms nog knus. We bewaren de jas op zolder, maar dat wil niet zeggen dat we die versleten mantel weg willen werpen. De islam daarentegen is een pantser dat de meeste moslims elke dag met veel fierheid dragen, ook in Vlaanderen. Er is niets knus aan het pantser, maar het is sterk en het blinkt als nieuw.
Kruis niet naast kromzwaard
Er is eigenlijk geen lange theologische discussie nodig. Zelfs als het christendom en de islam twee perfect vergelijkbare godsdiensten zouden zijn – met krek dezelfde geschiedenis, krek dezelfde bekeringsijver, krek dezelfde ondertoon – dan nog zou er één cruciaal verschil blijven bestaan: het christendom is ons eigen verleden, de islam is relatief recente import. We hebben het recht om ons eigen verleden te koesteren en een andere cultuur af te wijzen.
Het is tijd om met enige trots te zeggen: “Ja, ik meet met 2 maten en 2 gewichten”. Ik schrijf meer belang toe aan mijn eigen erfenis dan aan de tradities van een ander. Ik hecht meer waarde aan de gebruiken van mijn eigen voorouders dan aan de opvattingen die heersen in een ander land. Waarom moeten wij vluchten in beuzelarijen, zoals die huichelachtige term “religie”? Er zijn honderden religies en sommige ervan verschillen als dag en nacht – en het is perfect mogelijk dat ik hou van de dag, terwijl ik vrees voor de nacht.
De Beierse CSU wil terug kruisbeelden in alle overheidsgebouwen, als symbool van de eigen basiswaarden en de oude sociale orde. Dat voorstel verdient bewondering, want het toont tenminste enig historisch bewustzijn en een bescheiden verlangen om terug aan te knopen bij onze geschiedenis. De Verlichte Geesten zullen op hoge toon eisen dat we dan naast elk kruis een kromzwaard hangen. Die stemmen moeten we leren negeren. We hebben al lang genoeg geluisterd naar hun sirenenzang.
Categorieën |
---|
Klaas Cobbaut (1979) is ambtenaar. Hij heeft weleens gehoord dat zijn thuisstad Aalst niet de mooiste plek ter wereld is, maar dat doet hij af als laster van jaloerse kwatongen. Vanuit zijn ajuinenstad overschouwt hij lokale en vaderlandse politiek.
De cultuuroorlog tegen vermeend racisme eist een nieuw slachtoffer. En deze keer is het niet eens een karikatuur die voor de bijl moet.
Frédéric De Gucht ziet de Brusselse onderhandelingen afspringen en de federale doodbloeden. ‘Ze lijken een ander verkiezingsresultaat te willen.’