Jean Castex: nauwelijks eerste minister en al slachtoffer van glottofobie
Tja, dat accentje
Jean Castex
foto © Belga
De nieuwe Franse eerste minister werd de eerste dagen na zijn ambtsaanvaarding vooral beoordeeld op zijn accent.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementJean Castex is amper enkele dagen de nieuwe eerste minister van Frankrijk. Hij volgde Edouard Philippe op, die wellicht te populair werd en een bedreiging bleek voor president Macron. De kans dat Fransen de burgemeester van Le Havre in 2022 toch tot hun volgende president kiezen, lijkt er niet kleiner om geworden te zijn.
Maar we willen hier vertellen over die man uit het arrondissement Gers, over die burgemeester van Prades, een stadje van minder dan 6000 inwoners in de Pyrénées Orientales. Voor het grote publiek was Jean Castex weinig gekend, maar binnen het politieke wereldje was hij dat wel. Hij bouwde een serieuze reputatie op tijdens de meer dan 15 jaar activiteit binnen diverse kabinetten. Maar nauwelijks drie dagen na zijn ambtsaanvaarding sprak elke Fransman al over de nieuwe premier. Niet omwille van gedurfde plannen, niet omwille van zijn politieke inzichten. Neen, de man praat met dat zuiders zangerig accent. Dat rurale klinkt zo door als hij spreekt. Dat was het nieuws, daarrond draaide de discussie.
#‘Castexdémission’
Twee keer, amper twee keer, sprak Castex de goegemeente via de media toe en dat was al genoeg om een, hopelijk ludiek bedoelde, twitter-hastag ‘Castexdémission’ te lanceren. Zijn verschijning in het nieuws van 3 juli op TF1 deed de sociale media ontploffen.
Ook ‘serieuze mensen’ deden hun duit in het zakje. Bruno Jeudy, de chef ‘politiek’ bij Paris-Match vond het nodig te onderstrepen dat: ‘zijn rollend accent deed denken aan de derde helft van een rugbymatch en de landelijke stijl meer dan onderschreef’.
‘Et alors?’, zeggen zijn medestanders. ‘Dit is je reinste discriminatie, hij is een slachtoffer van de glottofobie, van het lachen met zij die een accentje hebben. ‘Stel je voor dat je bij de benoeming van een nieuwe vrouwelijke eerste minister alleen iets zou lezen over haar mooie haren? Dat zou toch een schandaal veroorzaken? Terecht’ zegt Médéric Gasquet-Cyrus, de populaire presentator en linguïst bij het radiostation France-Bleu Provence.
Provincialisme
‘Het wordt een echt probleem van centralisme en snobisme, dat lachen met accenten, vooral dan door de mensen van Parijs. Neen, niet de gewone Parijzenaar van het volk grinnikt, wel de zelfvoldane Parijse bourgeois. Als ik Macron hoor praten dan vind ik trouwens ook dat hij een accent heeft. Vanaf het ogenblik dat er iemand spreekt die niet uit je eigen streek komt, hoort men een accent. Als Castex tussen zijn mensen van Prades is, denkt er niemand aan dat hij een accent zou hebben. Hij spreekt de taal van zijn jeugd, en daar mag hij fier op zijn’.
‘En toch zal de nieuwe bewoner van Matignon ongetwijfeld inspanningen doen om aan zijn accent te werken, omdat hij riskeert anders niet au sérieux genomen te worden, om als “folklore” of “provincialisme” weggezet te worden. Zijn politieke tegenstanders zullen er dankbaar gebruik van maken’, besluit Gasquet-Cyrus.
Discriminatie omwille van het accent
Het zit sommige mensen hoog, die glottofobie. Jean-Jacques Bourdin, de radiopresentator van het ochtendprogramma van RMC herinnerde zich op maandagmorgen 6 juli, dat hij heel lang geen politieke programma’s mocht begeleiden omdat hij een al te herkenbaar accent van de Cevennen uitstootte. ‘Sport, was goed genoeg voor mij, en dan nog best rugby, die sport die vooral in het zuiden populair is’. Hij onderging dat toen, dacht dat het vanzelfsprekende kritiek was, maar beseft nu dat het eigenlijk om je reinste discriminatie ging.
Begin 2020 vond een volksvertegenwoordiger uit de Hérault, Christophe Euzet het zelfs nodig om een wetsvoorstel in te dienen om ‘de Franse accenten te beschermen en om de discriminatie omwille van het accent strafbaar te maken’. Jawel. Wordt vervolgd.
Catalaans
De nieuwe eerste-minister Castex spreekt ook Catalaans. Dat doet liefhebbers en verdedigers van de regionale talen hopen dat hij een pak gevoeliger zal zijn voor dit onderwerp dan zijn voorgangers.
In Prades zou hij alvast toch ‘iets’ gedaan hebben: er zijn tweetalige klassen Frans-Catalaans, iets wat niet veel Franse steden kunnen vertellen. Dat is alvast een pluspunt, maar het overtuigt niet echt veel mensen. Men denkt dan immers aan Manuel Valls, eerste minister van 2014 tot 2016, half Fransman, half Spanjaard en tegenwoordig als politicus actief in Barcelona.
Hij beheerste ook het Catalaans. Maar als men zijn inspanningen voor de regionale talen moet neerschrijven is zelfs het kleinste bierkaartje nog te groot, beweren de Franse Catalanen. Bovendien is Castex een Sarkozy-man, en die president heeft ook geen al te groot palmares opgebouwd als het om het decentraliseren van Frankrijk gaat. Misschien ook niet om andere zaken, maar dat doet er hier niet toe.
Gascons
Castex is in de eerste plaats Sarkozyst en dan pas Catalaan, zegt de ene, waarop de andere antwoordt met een: ‘Maar de vader en de grootvader van Castex praatten nog het Gascons, dat zal die “kleine” toch niet vergeten zijn?’ Gascons is (was) de omgangstaal in Gascogne en Béarn, het zuidwesten van Frankrijk.
Toch maar best even wachten wat de man te zeggen heeft over zijn politieke opdracht en hoe hij die denkt in te vullen, eerder dan te luisteren naar zijn accent, Achilles Van Acker indachtig.
Johan Van Duyse (1953) leest en schrijft over media en over de eerste wereldoorlog. Onlangs kwam zijn tweede boek uit: ‘De verkeerde doden’ (uitgeverij Willems), een waar gebeurd verhaal over vier Franse soldaten die op een augustusnacht in 1915 samen de loopgraaf introkken… Het boek is verkrijgbaar via https://boeken.doorbraak.be/p/de-verkeerde-doden-johan-van-duyse/
Johan Van den Driessche pakt opnieuw uit met een fantastisch boek. Weer bewijst hij de titel ‘auteur’ meer dan waardig te zijn.
‘De papieren krant bestaat nog, maar je voelt aan alles dat dat niet zo lang meer gaat duren’, meent Jonathan Hendrickx.