JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Mamasé mamasa

Laurens De Vos15/9/2016Leestijd 2 minuten

De koning danste in Plopsaland, en de nar ook, nog swingender maar zonder spot. 

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

U hebt ze ongetwijfeld ook gezien, de volgens sommigen nu al legendarische beelden van een op K3 huppelende Bart De Wever – op de muziek, wel te verstaan. Wij moeten daar niet te lacherig over doen; de leider is immers vader van vier die het met de opvoeding van zijn kroost goed meent. Bovendien is zo’n partijdag in Plopsaland precies bedoeld om aan de buitenwereld de zachtere kant van de heren en dames politici te tonen, en daar mag wat kindermisbruik aan te pas komen.

En toch hadden die beelden iets bijzonder tragisch, en wel omdat ze ons meer dan welk Wetstraatdebat of –reportage ook een intrieste inkijk in de wereld van de politiek gaven. Achter of naast de leider stond immers Pol Van den Driessche, weggedoken achter de gevel misschien niet helemaal in volle glorie, maar onmiskenbaar de Brugse politicus-journalist-politicus-journalist-politicus. Of andersom, wij willen er vanaf zijn. Van den Driessche, geheel in lijn met hoe we hem kennen, toonde zich zowaar nog voortvarender en klapte en danste enthousiast mee. Er is geen mooier beeld dan dit: de nar die danst en huppelt en springt voor de koning. Alleen met dit verschil; in de middeleeuwen stonden narren erom bekend met kolder en kluchten de waarheid te zeggen, en meestal kwam hij er bij de koning wel mee weg. Dat subversieve kantje ontbeert Van den Driessche, die zich integendeel vooral van zijn zieligste kant toont. Hoe hij daar maar met geveinsde geestdrift in zijn handen aan het klappen was dat het een lieve lust was, zichzelf in de gratie van de grote baas klappend, zich klappend naar het lijsttrekkerschap in Brugge. Met elke klap leek zijn versteende lach meer en meer op zijn gezicht gebeiteld; elke droge noot die uit zijn schorre keel kwam maakte hem almaar meer tot een welwillende circusaap. Wij mogen blij zijn dat de meisjes van K3 beneden op het podium niet over het slijm zijn uitgegleden.

Als ik die beelden zie vraag ik me af wat er op dat moment door het hoofd van het object van adoratie gaat. Wat denkt de leider als er naast hem zo’n marionet hem in alles klakkeloos imiteert? Zou hij nog kritisch genoeg zijn om die idolatrie weg te lachen, of zou hij zich toch vermeien in de pelsen mantel van de ijdelheid? Mocht De Wever die ongewervelde dans doorprikken, dan zou hij die hielenlikkers toch meteen een schop onder hun kont geven? Als hij zich niet laat inpakken door zijn vanitas, laat hij dat soort mensen toch verdrinken in de blubber die ze zelf produceren? Dan heb je toch echt geen studiebureau meer nodig om de populariteit van deze of gene te meten?

foto (c) Reporters

Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.

Commentaren en reacties